(7) |
God de Heere wil ons bystaen ende sijnen heiligen Geest geuen om ons in sijne wegen te leyden. (KORI 148) |
2. Helemaal aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog bindt graaf Lodewijk van Nassau in het Groninger land de strijd aan met het Spaanse bewind: stadhouder Arenbergh en de Spaanse troepen onder diens bevel. Er vinden wat militaire schermutselingen plaats, maar Arenbergh gaat, in opdracht van Alva, de echte confrontatie uit de weg, in afwachting van troepen onder bevel van Meeghen. Maar dit is tegen de zin van de Spaanse bevelhebbers ter plaatse, die net een klein succesje hebben geboekt.
(8)
1Dit was den Spanjaardt genoegh, om zich d' ooverhandt toe te schryven. Bet
2groeide deeze verwaantheit, als Nassau 's nachts opbrak, om dat hy, nocht
3Apingendam, te houden, nocht zeekerlyk Meeghens afweezen wist. Met den
4daghe dan, ('t was de driëentwintighste van Bloeimaandt) moeyen de
5Spanjaards Arenbergh aan, hy soude hen voortvoeren, en zich den vervaarden
6vyandt niet ontgaan laaten. Hy, kennende zynen last, en de geleeghenheit der
7landdouwe, die 't afrieden, beval hun geduldt te neemen tot de aankoomst
8van Meeghen; die, maar eenen dagh achter zynde, een' dappere versterking,
9en de wisse winst, met zich braght. Dan d' opgeblaazenheit had hier geen'
10ooren toe. Zyn' reede van toeven, was de hunne tot ylen: die zich bedunken
11lieten, dat het voorgaande van 't volghende zouw ingeslorpt, het geholpen
12deel van 't helpende ooverstelpt worden, en al 't lof aan Meeghens troepen
13te beurt vallen. (NH 165)
a. Wijs aan op welke plaatsen in fragment (8) er sprake is van begrepen elementen, ‘gaten’. (Laat hierbij de subjecten van beknopte bijzinnen en verzwegen controleurs buiten beschouwing!)
b. Laat voor elk van de begrepen elementen zien of de weglating verklaard wordt door de in dit hoofdstuk gehanteerde samentrekkingsprincipes (identiteit en periferie).
c. Beredeneer voor de begrepen elementen die niet in overeenstemming zijn met deze samentrekkingsprincipes, of ze verklaard kunnen worden als gevallen van hoofdsamentrekking of TD, dan wel of er, naar de huidige maatstaven, sprake is van foutieve samentrekking.
3. De fragmenten (9)-(10) zijn syntactisch homoniem.
(9) |
Dit was Reinaerde onbequame ende verbalch hem (ST 5) |
(10) |
Marius die brochtene te Rome ende was in eenen kaerker gedaen (ST 5) |
a. Laat zien welke interpretaties mogelijk zijn.
b. Leg uit hoe deze interpretaties syntactisch verantwoord kunnen worden.
c. Beredeneer welke lezing de voorkeur verdient.
4. Bezie fragment (11) (vercoelden is pluralis):
(11) |
Een reghen diese lavede ende vercoelden (ST 7) |