Verzameld werk. Deel 1(1958)–P.N. van Eyck– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 254] [p. 254] V [Ik keerde wéer en eindelijk werd ik vrij] Ik keerde wéer en eindelijk werd ik vrij. Daar is voor mij geen wezen buiten mij, Daar is geen Anders-zijn, dat eind van smart, Dat rust beduidt, en volheid van mijn hart. En gij, mijn zelf, die 't enig venster zijt, Ik sluit uw luik voor 't Al-in-IJdelheid. Vorige Volgende