Bloemlezing uit het werk van Cornelius van Engelen
(1972)–Cornelius van Engelen– Auteursrechtelijk beschermdUit: De Philosooph, nr. 86, 24 augustus 1767
| |
[pagina 41]
| |
eene menigte Menschen verdrinken; Maar het is minder bekend, dat de meesten dier ongelukkigen omkoomen by gebrek van eene goede behandeling, na dat zy uit het Water zyn gehaald. zy worden meest allen verwaarloosd en als onherstelbaar opgegeeven, en evenwel, ‘als zulke Menschen, verzekert ons een der beroemdste Geneesheeren, niet langer dan agt-en-veertig uuren, in het water gelegen hebben, is het geheel onverantwoordelyk, om hen zonder eenige poogingen ter herstelling, te laaten liggen of te begraaven, naardien men verscheide voorbeelden heeft, dat zulke Menschen weder te regt gebragt zyn. Maar de waarschynlykheid gaat nog verder, en een Drenkeling, die nog geen blyk toont van begonnen bederving, kan den doorzigtigsten Natuurkundigen, zo wel als schrandersten Geneesheer, wegens zyn dood, in onzekerheid brengen.’ Men geeft deze ongelukkigen ondertusschen op, zo dra men ze heeft opgevischt, of men behandelt ze op eene gansch verkeerde wyze, en men stopt 'er van tien, welken men hadt kunnen behouden, misschien negen onbarmhartig onder de Aarde. - Dergelyke bedenkingen bewoogen de Academie van Besançon, in den Jaare 1759, om voor het onderwerp van haaren prys te stellen: ‘De beste wyze en middelen op te geeven, om Verdronken Menschen te doen herkoomen, en in het Leven te behouden.’ De Heer Isnard is met dien prys gekroond, en deze is myn Leidsman en Borg in de meeste aanmerkingen, welke ik over dit onderwerp voordraage. De gewoone manier van de Drenkelingen te behandelen is allerelendigst, en regelregt aangekantGa naar voetnoot(62) tegen het oogmerk, dat men bedoelt. Men moest den omloop des bloeds herstellen, met de ongelukkigen, die men opvischt, te verwarmen, en men laat hen uitgestrekt op den kant van den Wal of Oever, nat en in een koude lugt, en derhalven in de onmoogelykheid om hunne Circulatie te hervatten; Als men dezelve in Huis brengt, legt men ze eensklaps voor een groot vuur, 't welk, door eene al te schielyke uitzetting der vogten, misschien al zoGa naar voetnoot(63) gevaarlyk is, als de vorige stilstand was. Het zot vooroordeel, dat de Drenkelingen de Maag vol water hebben, maakt, dat men hen op de ysselykste wyze martelt; Men hangt hen by de Beenen op, men rolt hen op een Ton, men schudt en sleurt hen, men belemmert de Longen, die men moest ontlasten, men overlaadt de harsenen, die men moest verligten, en men solt de rampzalige slagt-offers eener onkundige hulpe dood. Daar is geen of weinig water in de Maag der Drenkelingen; Daar dringt, met het inademen, eenig water in de Long-slag-ader, 't welk vervolgens in | |
[pagina 42]
| |
de Borst koomt, maar eene menigte waarneemingen bevestigen, dat het Water in de Maag geheel niet de oorzaak van den dood der Drenkelingen is, en dat men ze niet anders dan op den voetGa naar voetnoot(64) van Verstikten, maar Verstikten in het Water, moet beschouwen. Wy weeten, dat wy zonder ademing niet leeven kunnen, omdat door dit middel het Bloed telkens voortgestuwd, en deszelfs omloop bevorderd worden moet. Maar de onmoogelykheid, waar in iemand onder water is, om zyn adem in te haalen, moet dien omloop noodwendig stremmen; Hier koomt de uitwendige koude by, waardoor de Circulatie en Doorwaasseming insgelyks gehinderd worden, en alle deze oorzaaken moeten den dood der Drenkelingen ten laatsten onfeilbaar uitwerken. Ik zeg ten laatsten, want de ondervinding leert, dat die uitwerking geenzints zo spoedig volgt, als men in den eersten opslag vermoeden zoude. Uit deze eenvoudige aanwyzing ondertusschen der wezentlyke oorzaaken van den schynbaaren of waaren dood der verdronkenen volgt byna van zelve de wyze hoe men die ongelukkigen behandelen, en welke middelen men ter hunner herstelling aanwenden moet. Al wat 'er te doen is, bestaat daar in, dat men hen van de Lugt, welke in de Borst beslooten, en van het water, 't welk daar in gedrongen is, ontlaste, en vervolgens den omloop des bloeds en der vogten weder herstelle. Heister, de Baron Haller, en anderen pryzen, ter bevordering van het eerste oogmerk, het openen van de Strot-ader aan. Dit kan door middel van een TrokairGa naar voetnoot(65) best, en, door eene bekwaame hand, meestal zonder gevaar geschieden; Men kan zyn doelwit egter ook dikwils op eene eenvoudiger wyze bereiken; door namelyk de Drenkelingen, met het hoofd een weinig nederwaards gelegd, met warme doeken het Onderlyf zagtelyk opwaards te drukken. Ook kan men, door middel van met de veer van een Pen in de Keel te prikkelen, Honing-azyn met Zee-aluin, (Oxymel Sicliticum.) Zout en Brandewyn, of andere dergelyke middelen, in den mond te brengen, eene pooging tot braaken tragten uit te werken, als waardoor de Longepyp zig openen zal: Deze middelen werken zomtyds langzaam, en men moet 'er ten minsten een uur, en zelfs langer, geduldig mede aanhouden. | |
[pagina 43]
| |
Verder kan de prikkeling, welke men in de Ingewanden door warmte en Tabaksrook veroorzaakt, met de voorgestelde middelen mede werken; Men kan zig ten dien einde van een Tabaks- of andere Pyp bedienen, om den rook in het Lighaam op te blaazen. Als 'er geen Tabaks- of andere bekwaame Pyp by der hand is, kan men 'er de ledere Schede van een Mes, daar men even de punt afsnydt, met zeer goed gevolg toe gebruiken; Ik melde dit niet alleen, omdat byna elk Mensch, die koomt toeschieten, een Mes met een Schede in de zak heeft, maar ook omdat onbetwistbaare ondervindingen in ons Land, en als onder onze oogen het nut daarvan hebben aangetoond, naardien de beroemde Doctor Snel te Rotterdam, en wylen de Heer Tjerk Nieuwenhuis, loffelyker gedagtenis, in leven Hoogleeraar onder de Doopsgezinden,Ga naar voetnoot(66) hunne vergadering houdende by den Toren en het LamGa naar voetnoot(67), door dit eenvoudig middel elk een Mensch gered hebben, die reeds voor dood waren opgegeeven, en die buiten hunne hulp onfeilbaar zouden omgekoomen zyn; Ik kan derhalven het blazen in het fondamentGa naar voetnoot(68) niet te ernstig aanraaden; En gelyk 'er andere dergelyke beproefde middelen zouden kunnen zyn, of gevonden worden, verzoek ik elk Menschlievend Vaderlander my dezelve te laaten toekoomen. - Als 'er niet anders voor handen was, zou men aanstonds een Zetpil van Brasilische Tabak gebruiken kunnen. Dog gelyk het blaazen beter is, pryst de Heer Louis, om de walgelykheid voor te koomen, een ander werktuig aan, 't welk al door Bartholinus beschreeven, en door den Heer Musschenbroek tot grooter volmaaktheid gebragt is. Het bestaat uit een Doosje, daar Tabak in gebrand, en een Klisteerpyp op gezet wordt, door welke men, met eene andere ledere Pyp, den rook der Tabak in het Fondement opblaast. Deze Machine is zeer onkostbaar en volmaakt dienstig tot het bedoelde oogmerk, om welke beide redenen het my onvergeeflyk voorkomt, dat elk Heelmeester dezelve niet by zyne andere Instrumenten plaatst. De ArtzGa naar voetnoot(69) is van gedagten, ‘dat men op dit soort van Klisteer meer vertrouwen stellen kan dan op eenig ander middel. De sterke prikkeling der Darmen, zegt hy, door den Tabaksrook, en de daarop volgende saamentrekking en meerdere beweeging derzelver, welke | |
[pagina 44]
| |
zig tot de Spieren van den Onderbuik, tot de Maag, en tot het Middelrif voortplant, en dus tot eene nieuwe Dryfveder der ademhaaling wordt, moet naar allen aanzien, na dat de borst weder open is, zeer veel tot de herstelling der ademhaaling toebrengen. Onder dit alles moet de Lyder, voor alle dingen, in de warmte gehouden worden. Denzelven, voor dat 'er eenige omloop van vogten is, voor een groot vuur te braaden, de buitenste vaten en vogten, en wel aan ééne zyde, geweldig uit te zetten, terwyl al het overige styf en saamgetrokken blyft; begrypt men ligtelyk, dat ten uitersten nadeelig, en dikwils doodelyk, zyn moet, maar eene zagte doorgaande stoovende warmte is van eene onvermydelyke noodzaaklykheid. De Heer Isnard brengt een geval byGa naar voetnoot(70) van een verdronken Matroos, ‘wien men in Vellen van Schaapen, op het oogenblik geslagt, bewondtGa naar voetnoot(71), en door deze natuurlyke warmte, by de andere middelen gevoegd, als uit den dooden in het leven herriep’ Men heeft dit middel niet altoos by der hand, maar men kan het met anderen, die misschien even goed zyn, vervullen. De omstanders moeten zig van hun Hembd en Onderkleederen ontdoen, om 'er de Lyders mede te helpen. Dat Hembd, en die Onderkleederen door de natuurlyke Levenswarmte van hun, die ze aangehad hebben, als bezield, zyn een zeer kragtig middel, om de stilstaande Geesten weder in beweeging te brengen, en van den grootsten dienst om hun leven te behouden, of zelfs weder te doen koomen: Want de verzekering van Boerhavae, dat men een Mensch, die wezenlyk dood, maar in wien nog geen beginzel van bederving is, in zommige gevallen, uit den dooden kan opwekken, baart thans geene verwondering meer, dan by onkundigen. Men kan de Verdronkenen, als men warme Asch van Bakkers, Brouwers, Zout- en Zeepzieders, of andere Fabrieken schielyk kan bekoomen, in een Bed daar van, ter dikte van een handbreed, leggen. De warmte van de Asch, en derzelver doordringende Loogzouten werken hier gelykelyk mede, en de Heer Isnard stelt dit onder de allerkragtigste hulpmiddelen om de Drenkelingen te doen bekoomen. By gebrek van Asch kan warm Zand gebezigd worden, men kan het zelve, even als de Asch, door middel van Vuur of vermenging, op zulk een graad van warmte brengen, als dienstig is. Maar nog gereeder, schoon-moogelyk min kragtige, middelen zyn Wollen Dekens voor 't Vuur gewarmd, waarin men vervolgens, nadat | |
[pagina 45]
| |
men 'er den Drenkeling tusschen gelegd heeft, de warmte onderhoudt met Tinne Waterflessen, Keulsche Aarde Kannetjes met heet water gevuld, Bedstooven, heete Steenen, enz. welk alles men onder aan de Voeten, tusschen de waaden der Beenen, aan de Heupen, en onder de Okselen leggen kan, steeds zorg draagende, dat de warmte niet onmaatig zy. Onderwyl moet men het vryven met warme Doeken, in Brandewyn gedoopt, niet verwaarloozen. Sterke Niesmiddelen in de Neus, kunnen insgelyks van dienst zyn: Eene zagte schudding des Lighaams kan ook al mede werken, om den omloop der vogten weder aan den gang te helpen, want dat is, naast het ontlasten der Longen, de groote zaak: Een Glas zwaare Wyn, laauw gemaakt, is een natuurlyk CordiaalGa naar voetnoot(72), en dat gemakkelyk te bekoomen is. En zo de Verdronkene het zelve nog niet door kan zwelgen, zal ten minsten de prikkeling, welke het in zyn mond zal maaken, mede werken om zyne Verstorvene Levensgeesten weder op te wekken. ‘Op deze wyze, besluit de Heer Isnard, zullen wy alle Jaaren eene groote menigte Menschen in het Leven behouden, of liever hen het zelve weder doen bekoomen.’ En de Artz drukt zig ten dezen opzigte nog sterker uit, ‘als men dus met de Verdronkene te werk ging, zouden genoegzaam alle die, welke, na eenige uuren in 't water gelegen te hebben, weder gevonden wierden, en zommigen nog den anderen dag, te redden zyn. Daar zyn althans eene meenigte van waarneemingen voorhanden, dat men Verdronkenen, na een dag en daar over in 't leven gebragt heeft; zonder ons met andere onzekerer waarneemingen van een veel langer tyd te behelpen.’
* * *
Dergelyke verzekeringen nu, door alle kundige Geneesheeren bevestigd, hebben eenige Edelmoedige Lieden, door eene hartelyke zugt voor de behoudens hunner Medemenschen gedreeven, aangespoord om eene Premie te stellen voor allen den geenen, die met goede bewyzen kan aantoonen, een Mensch of Kind, 't welk zonder eenige beweeging of teken van leven uit het water was gehaald, door eene goede behandeling weder tot zig zelven gebragt te hebben. Deze Premie zal bestaan in een Gouden Medaille, op de kant van welke de naam des geenen, die door zyne welaangelegde hulp, een Ongelukkigen gered heeft, gesteld zal worden, en zal zich dit over al de Zeven Provintiën uitstrekken. Byaldien deze Persoon; in plaats van den gemelden Penning, liever zes gouden Dukaaten | |
[pagina 46]
| |
wil ontvangen, zal zulks ter zyner keuze staan: En gelyk het meermaalen gebeuren moet, dat 'er meer dan een in de behoudenis van den Drenkeling hebben medegewerkt, welke dus aanspraak op de blyken onzer agting hebben, zo zal, in dit geval, de Medaille of de zes Dukaaten aan hun allen gegeeven worden, om daaromtrent eene billyke schikking onder malkanderen te maaken; Mits dat altoos zy, die deze Premie geheel of gedeeltelyk ontvangen, valabeleGa naar voetnoot(73) bewyzen bybrengen, dat zy tot het ontvangen daarvan geregtigd zyn: Welke bewyzen zullen bestaan in eene Verklaaring, 't zy mondelyke of schriftelyke, by myn Boekverkooper Pieter Meijer te bezorgen, van twee braave Menschen, van onbesprooken Naam en Faam, die geen belang hebben in het trekken van de Premie, en als ooggetuigen bevestigen, dat, volgens het oogmerk onzer instelling, dezelve aan zodanig een Persoon of Persoonen behoort uitgedeeld te worden: Ik zal dit Berigt onderzoeken, en als het egt is, zal de uitdeeling een Maand daar na geschieden. Gelyk wy in de behandeling der Drenkelingen een bekwaam Genees- of Heelmeester ten uitersten dienstig, en zelfs noodig, oordeelen; zo kan deze, byäldien hy door de belanghebbende Persoonen, 't zy uit onvermoogen of anderzints, niet rykelyk voor zyn tyd en zorgen gerecompenseerd mogt zyn, of worden, 't zy dan, dat de Persoon, omtrent welken hy zyn moeite heeft aangewend, in 't leven behouden is of niet, zyne rekening by mynen Boekverkoper bezorgen, die dezelve, als ik ze goed bevonden heb, een Maand daarna, op eene onbekrompen wyze, zal betaalen: zo de Medicus buiten de Stad woont, kan hy bepaalen, waar hy begeert, dat het geld bezorgd worde. Byaldien 'er eenige onkosten, in een Herberg of ander Huis gemaakt hebben moeten worden, zullen dezelve, niet boven vier Dukaaten loopende, boven de Premie door onze Maatschappy voldaan worden, 't zy de Verdronkene al of niet gered is, byaldien men slegts behoorlyk kan bewyzen, dat die onkosten wezenlyk alleen ten nutte van de Drenkelingen zyn gemaakt. Verre zy het ondertusschen van ons de Ordonnantiën, welke by onze loffelyke Overheden over het ophaalen van doode Lyken uit het water gemaakt zyn, te verydelen; Want het spreekt van zelve, dat hun oogmerk niet anders kan wezen, dan voor te koomen, dat Verdronkene, of na hun dood in het water geworpen Lyken niet stil worden weggemoffeld: en dat zy geenzins zoeken te beletten, dat men Ongelukkigen hulp zou toebren- | |
[pagina 47]
| |
gen: Zy zullen zig daar met ons en alle edelmoedige Menschen, over verheugen: En men zal volmaakt aan hunne intentie voldoen, met die Drenkelingen alleen, welke, na alle aangewende poogingen, niet weder in 't Leven zyn te herstellen, aan de Respective Geregten aan te geeven. Ik maak dit Menschlievend ontwerp by voorraadGa naar voetnoot(74) in myn Philosooph bekend; Ik zal het vervolgens in andere Papieren adverteeren, en ter kennis van alle myne Landgenooten doen koomen. Om een ieder gerust te stellen, dat de Premie wel betaald, en de verdere beloften wel nagekoomen zullen en kunnen worden, verklaare ik mits dezen, op myn woord van Eer, dat ik een InstrumentGa naar voetnoot(75) in handen heb, waarop reeds eenige Duizenden ten dien einde zyn ingeschreeven. Maar zoude ik inderdaad vreezen, dat men, in weêrwil van alle onze welmeenende poogingen, nog al met geen genoegzaamen yver handen aan het werk mogt slaan, meer zoude ik vreezen, dat men ons niet genoeg, dan dat men ons te veel, Premiën kwame afvraagen; Want, wanneer het gevolg van ons Project aan onze hartelyken wensch beantwoordt, en dat men dus hoopen kan, (zodanig immers is de aart eener blymoedige Liefde) dat 'er meer geld noodig zal zyn, zo vleie ik my, met eene volmaakte gerustheid, dat 'er onder Christenen en Nederlanders eene menigte welgeplaatste hartenGa naar voetnoot(76) zullen gevonden worden, waar in eene genoegzaame Edelmoedigheid en Menschenliefde gloeit, om een gering, een zeer gering, gedeelte slechts van hunnen overvloed te willen besteeden, om het leven hunner Medemenschen, hunner Landgenooten, hunner Broederen te behouden; En in dit geval, 't welk wy nogmaals wenschen dat gebeuren mag, zullen wy onze Maatschappy verder uitstrekken, en in tyds nadere schikkingen beraamen. Ik heb de Bekendmaaking van dit Ontwerp, zo dra het zelve in order gebragt was, geen oogenblik willen uitstellen, omdat dit het leven aan dezen of geenen ongelukkigen zoude kunnen kosten; Het zelve zal zyn aanvang neemen met den dag, waar op dit Vertoog verschynt, maar dewyl onze Medaille nog niet in gereedheid is, zal men by voorraad maar zes Dukaaten voor Premie geeven, met een handschrift voor elk die het begeert, waar tegen naderhand de Medaille kan afgehaald worden. Dit alles zal weder geschieden ten Huize van gemelden mynen Boekverkooper. Mogten wy nu slegts zo gelukkig zyn, van, door een gedeelte onzer | |
[pagina 48]
| |
middelen tot zo heilzaam een oogmerk aan te bieden, alle ongevoelige Zielen te treffen! Mogten wy die dwaaze schaamte, dat gewaande Laage, 't welk ik vrees, dat niet zelden dezen en genen wederhouden heeft, om ter hulp der Ongelukkigen toe te schieten, verbannen! Mogten wy eene edele naaryver in het hart onzer Landgenooten opwekken, om hunne Medemenschen te behouden! Mogten wy zo veelen, welken, door dien verhaasten dood, de middelen aan Overdenking en Boete worden afgesneeden, uit dit gevaar, door onze poogingen, gered, voortaan op hun einde doen letten, en Werktuigen ter hunner eeuwige behoudenisse zyn! Mogten wy elk Nederlander beweegen, zig boven alles op eene Deugd toe te leggen, die, zo eenige andere, ons aangenaam in de oogen van onzen Schepper maaken moet! En mogten wy dus, gezamentlyk toonen Christenen te zyn, door de Hoofdwet van onzen Godsdienst te betragten! P. |
|