| |
| |
| |
FF. 30v-33r. [Vergelijk D1 FF. 82r-83r en 135r-135v]
Ga naar margenoot+Autenticke copien uijt sauvegarden in tijde Alexander Fernes, hartog van Parma etc., gouverneur en capitain generael, als oock ten tijde zijnen alteze Albert, cardenael en gouverneur generael, als oock bij de heeren Staeten van Hollandt. |
Waarheidsgetrouwe kopieën van vrijwaringen ten tijde van Alexander Farnese, hertog van Parma enz., gouverneur en kapitein-generaal, als ook ten tijde van Zijne Hoogheid Albert, kardinaal en gouverneur-generaal, en eveneens van de heren Staten van Holland. |
|
Ga naar margenoot+Alexander Duc de Parme, chevallier de l'ordre, lieutenant gouverneur et capitaine generael, |
Alexander, hertog van Parma, ridder van de orde, luitenant-gouverneur en kapitein-generaal, |
|
A tous lieutenans gouverneurs, coronels, capitaines, ensiergnes, fouriers, officiers de gens de guerre, tant a cheval que a pied, de quelque nation quils soient, que ses presants veront, salut; |
Aan alle luitenant-gouverneurs, kolonels, kapiteins, sergeanten, fouriers, officieren van soldaten zowel te paard als te voet, van welke natie ze ook zijn, die de huidige tekst zien, gegroet. |
|
Scavoir faisons, que pour tous considerations et raisons nous avons pries et mis, prenons et mettons par cestes au nom de sa Majeste en nostre protection et sauvegarde, especialle les deux maisons et vivans, assy une situe au village de Simpelvelt appertenant a la cure, dont est cure Arnouldt Dydden, religieux, et l'autre situee au village de Kerckraedt, aussy appertenant a la cure illic, dont est pasteur Jacques Fabritius, aussy religieux, amsamble le dist cures ou pasteures modernes et autres advenir avecq leurs domestiques, serviteurs, grains, bestiaux, fourages, terres et autres leurs biens quelquonques, que voulons et entendons etre franqs et reserves de tout logement de gens de guerre, et de touts foules, dommages, pielleries, mangeries et oppressions, vous ordonnant et de par sa Majeste commandant, tres expressement et a certes, que si vous ou aucuns de vos gens y estes loges sans ordre bien particuliere, nostre en deloger incontinent, et faictes deloger tous aultres, commandant enoultres en particuliere aux eschevins et ceuls de la loij des susdits villages de ne savanchier de donner billets pour louger en leur maisons soldats ny allieurs a leur charge, ny dattenter rien contre iceuls, soit a raison de leur desmes ou autres terres et revenues apertenant a leur eglises touchant le contributions, ny les contraindre ou moulester a paijer aucune, le tous a paijne d'incourir l'indignation de sa diste Majeste et nostre disgrace e ester puni comme infracteurs de nos commandements, et affin que personne ne puisse pretender cas d'ignorance, nous leurs avons consenty et consentons par ceselt, de pouvoir fair mettre et anexer a tel endroit de leurs |
Wij laten weten dat wij om alle mogelijke overwegingen en redenen hebben genomen en nemen bij dezen in naam van Zijne Majesteit onder onze bescherming en vrijwaring in het bijzonder de beide huizen en levenden, waarvan een gelegen is in het dorp Simpelveld toebehorend aan de pastorie, waarvan Arnoult Dydden pastoor is en religieus en het ander gelegen in het dorp Kerkrade, eveneens horend bij de pastorie aldaar, waarvan Jacques Fabritius pastoor is, eveneens religieus, tezamen de genoemde pastorieën of huidige pastoors en anderen in de toekomst met hun personeel, knechten, granen, beesten, voorraden, landerijen en al hun andere bezittingen, dat wij willen dat zij vrij zijn, gevrijwaard van elke inkwartiering van soldaten en van elke overlast, schades, plunderingen, eterij en onderdrukking, dat wij u bevelen en opdragen in naam van Zijne Majesteit, zeer nadrukkelijk en duidelijk, dat als u of iemand van uw mensen ingekwartierd bent zonder een speciaal bevel, ons bevel inhoudt te vertrekken en dat u alle anderen doet vertrekken, terwijl wij anderen, in het bijzonder de schepenen en wetshandhavers van de genoemde dorpen opdragen er niet toe over te gaan papieren te geven aan de soldaten om in hun huizen te verblijven noch elders op hun gezag; evenmin dat ze iets tegen hen ondernemen, hetzij vanwege hun tienden of andere gronden en inkomsten behorend bij hun kerken door middel van belastingen, noch hun te dwingen of lastig te vallen om iets te betalen, dit alles op straffe van de afkeuring van Zijne Majesteit op te lopen en onze ongenade en te worden gestraft als overtreders van |
| |
| |
maisons que bon leur semblera, nous blazons armoije de nos armoijeries. Car tel est nostre vouloir de par sa dist Majeste. |
onze bevelen; en opdat niemand kan doen alsof hij het niet weet, hebben wij toegestaan en staan wij bij dezen toe, dat men op welke plaats van hun huizen hun goeddunkt, onze wapenkleuren en wapentekens mag aanbrengen. Want zo is onze wens namens Zijne Majesteit. |
|
Donne en la ville de Bruxelles ce 16e de maij 1587. |
Gegeven in de stad Brussel de 16e mei 1587. |
|
Signe Alexander, et plus bas estoit escript: par ordonnance idem son alteze et plus bas: vasseur; et estoit cachette avec le cachet de sa Majeste en syr vermeil. |
Getekend: Alexander; en eronder was geschreven: in opdracht van Zijne Hoogheid; en nog meer naar beneden: Vasseur. En het was gezegeld met het zegel van Zijne Majesteit in rode was. |
|
Anno 1589 in mayo revocate sunt omnes saviegardie per ducem parmensis et ista cassatio facta est de instantio domini de Rijsbroeck gubernatoris Lymborgensis. Quare coactus fui accedere suam celsitudinem ducem parmensem (mihi addictissimum), qui tum temporis usque ad mortem infirmabatur in pago de Spae, a quo humaniter receptus et vocato domini de Rijsbroeck sua sua celsitudo denuo renovabit dictam sauvegardiam et restauravit in forma ampliori ut sequitur. |
In het jaar 1589 werden alle sauvegardes herroepen door de hertog van Parma en die intrekking werd gedaan op aandringen van de heer van Rijsbroeck, gouverneur van Limburg. Daardoor was ik gedwongen me te wenden tot Zijne Hoogheid de hertog van Parma (die mij zeer toegenegen is); hij lag in die tijd tot zijn dood ziek in het dorp Spa; ik werd door hem vriendelijk ontvangen en nadat de heer van Rijsbroeck geroepen was, vernieuwde Zijne Hoogheid de betreffende sauvegarde en herstelde hem in uitgebreidere vorm als volgt: |
|
Ga naar margenoot+Alexander duc de Parme, chevalier de l'ordre, lieutenant gouverneur et capitaine general, |
Alexander, hertog van Parma, ridder van de orde, luitenant-gouverneur en kapitein-generaal, |
|
[Vervolgens de tweede sauvegarde van Parma; letterlijk dezelfde tekst met als variant het weglaten van Kerkrade.] |
|
|
Donne a la ville de Bruxelles le 7e jour d'octobre l'an 1589 et de soubs estoit le cachet secret de sa Majeste en cyr vermeil et soubsigne: Alexander, plus bas estoit subscript: par ordonnance de son altesse et encor plus bas estoit escript: Verreijken. |
Gegeven in de stad Brussel op 7 oktober van het jaar 1589 en eronder was het geheime zegel van Zijne Majesteit in rode was en ondertekend: in opdracht van Zijne Hoogheid en nog lager was geschreven: Verreijken. |
|
Ga naar margenoot+Sauvegarde donne par son altesse Albert, cardinal, archiduc etc., après le cassation de tous sauvegardes en generaels et especeals excepte le sauvegarde de renesque [levesque] de Reurmondt. |
Vrijwaring gegeven door Zijne Hoogheid, Albert, kardinaal, aartshertog, enz., na de opheffing van alle vrijwrangen in het algemeen en in het bijzonder, behalve de vrijwaring van de bisschop van Roermond. |
|
Albert par le grace de Dieu cardenal, archiduc etc., lieutenant gouverneur et capitaine general, |
Albert, door Gods genade kardinaal, aartshertog, enz, luitenant-gouverneur en kapitein-generaal, |
| |
| |
A tous lieutenans, chiefs, capitains, quartiermaitres, de gens de guerre tant a cheval que de pied de quelque nation ou qualite quils soyent, ainsi a touts drossardts et majeurs de justice estant au commendement et service du roij, monseigneur salut; |
Aan alle stadhouders, leiders, kapiteins, kwartiermeesters van soldaten zowel te paard als te voet, van welke natie of hoe belangrijk ze zijn, alsook aan alle drossaards en gerechtsmeiers onder bevel en in dienst van de koning, Monseigneur brengt hun een groet; |
|
scavoir faisons que en contemplation et pour toutes considerations et raisons aians vue la patente donne Arnoult Dydden, religieux et cure de Simpelvelt, et subsigne de sa Majeste et faut a Madryk l'an 1579 le 29e de octobre, aussi par le chancelier et conseil de Brabant confirme l'an 82 le 3e de mars et ratifie l'an 87 le 16e de maij et l'an 89 le 7e de octobre par son altesse defunct duc de Parme etc. par sauvegardes, pour quel respect et se ne pas nostre intention ne puissance de oster le patent de sa Majeste, ne la confirmation du conseil de Brabant, ne sauvegardes pris leur fundament et effect de diste patent et conseil, nous avons de rechiefs prins et mis, prenons et mettons sans aucun revocation par nous ne par aultres futures par cestes au nom et vouloir de sa Majeste en nostre protection et sauvegarde particulier et especialle la maison, situe au village de Simpelvelt, au quartier de Rolduc, appertenant a dist Arnold, cure et pasteur de Simpelvelt, moderne et aultres advenir avecq leur domestiques, servituers, grains, bestiaulx, forages, terres et aultres leurs biens quelquonques, que voulons et entendons ester francq et reserves de tout logement de gens de guerre et toutes foules et dommages, pilliries, mangeries et oppressions, vous ordonnant de la part de sa Majeste commandant tres expressement de vous gens y estes loges, en deloger incontinent et faites desloger tous aultres, commandant en aultre en particulier a tous officiers la present sauvegarde de continuer et observer, fair continuer et observer jusques a la revocation particulier de sadist Majeste, semblablement commandant aux echevins et ceux de la loij de susdist village de ne savancer de donne billets pour loger en leur maisons ou englises |
Wij doen weten dat wij, alle overwegingen en redenen overdacht hebbend, hebben gezien de garantie gegeven aan Arnoult Dydden, geestelijke en pastor van Simpelveld en ondertekend door Zijn Majesteit en gedaan te Madryk in het jaar 1579 op 29 oktober, eveneens door de kanselier en de Raad van Brabant bevestigd op 3 maart in het jaar 1582 en bekrachtigd op 16 mei in het jaar 1587 en op 7 oktober in het jaar 1589 door de overleden Hoogheid de hertog van Parma, enz, door vrijwaringen die wij respecteren en het is niet onze bedoeling noch hebben wij de macht het patent van Zijne Majesteit op te heffen noch de bevstiging door de Raad van Brabant noch vrijwaringen die gebaseerd zijn op het genoemde patent en de Raad; wij hebben opnieuw genomen en nemen zonder enige herroeping door ons, noch door anderen in de toekomst in dezen, in de naam en wens van Zijne Majesteit in onze bijzondere bescherming het dorp Simpelveld in het gebied van 's Hertogenrade, toebehorend aan genoemde Arnold, pastoor van Simpelveld, nu en in de toekomst met hun huisgenoten, knechten, granen, beesten, voorraden, landerijen en hun andere goederen, welke ook, waarvan wij wensen dat ze vrij zijn en gevrijwaard van elke inkwartiering door soldatenen, van alle dwang en schades, beroving, eterij en onderdrukking; wij gebieden u namens Zijne Majesteit en bevelen zeer nadrukkelijk dat als uw mensen er ingetrokken zijn, ze meteen vertrekken en dat u alle anderen doet vertrekken en bevelen bovendien in het bijzonder de officieren, de huidige vrijwaring te repecteren en ook doen respecteren tot aan herroeping door Zijne Majesteit zelf; tegelijk dragen we de schepenen en de wetsdienaren van het genoemde dorp op het niet te wagen formulieren te geven voor huisvesting van soldaten in hun huizen of kerken |
Ga naar margenoot+soldats ny alleurs charge ny dattenter rien contre iceux, soit a raison de dismes ou oultres terres et revenues appertenant a leurs englises touchant les contributions, petitions, exactions, ou semblables, ny les contraindre ou molester au paijer aucunes, le tout a paijne toute et quante fois de cent florins de Brabant, pour emploijer une part a profit de sadist Majeste et l'autre a dist cure et a paijne |
noch elders te belasten noch iets te ondernemen tegen hen, noch hetzij vanwege de tienden of overige landerijen en inkomsten behorend bij hun kerken belastingen te innen, te verzoeken, vorderen of iets dergelijks, noch hen te dwingen of pressen tot enige betaling, dit alles op straffe van elke keer 100 gulden Brabants, te gebruiken voor een deel ten gunste van Zijne Majesteit |
| |
| |
d'incurir l'indignation de sadist Majeste et nostre disgrace, et estre punies comme infracteurs de commandements et ordonnances de sadist Majeste et les nostres, et afin que personne ne puisse pretender cause de ignorance, nous leur avons consenti et consentons par ceste de pouvoir mestre et anexer tel endroit de leur maisons et englises que bon leur semblera, nos blasons armoijes de nous armoijeries en la maniere accostumer, car tel est la vouloir de sadist Majeste et le nostre. |
en het andere deel voor de genoemde pastoor en op straffe van de afkeuring van Zijne Majesteit en onze ongenade op te lopen en gestraft te worden als overtreders van bevelen, opdrachten van Zijne Majesteit en van ons; en opdat niemand kan doen alsof hij van niets weet, hebben wij hen toegestaan en staan wij hen toe bij dezen te plaatsen en te bevestigen op welke plaats van hun huizen hun goeddunkt, onze wapenkleuren met onze wapentekens op de gebruikelijke manier, want dat is de wens van Zijne Majesteit en de onze. |
|
Donne a la ville de Bruxelles le 28e de mars 1597 et de soubz estoit le cachet secret de sa Majeste en cyr vermiel et soubsigne: Albert cardenael; plus bas estoit soubscript: par ordonnance de son Altesse; et encor plus bas estoit escript: Ferrasseur. |
Gegeven in de stad Brussel op 28 maart 1597 en onderaan was het geheime zegel van Zijne Majesteit in rode was en getekend: Albert, kardinaal; lager was ondertekend: in opdracht van Zijne Hoogheid en nog lager: Ferrasseur. |
|
Copie uijt de sauvegarde gegeven bij die Edel Heeren ende Oeverigheijt ende Lantraedt aen doostsijde der Maese. |
Kopie van de vrijwaring gegeven door de Edele Heren en overheid en Landraad ten oosten van de Maas. |
|
[Feitelijk een herhaling van D1 ff. 82r-83r, 1584. Kleine verschillen.] |
|
|
Dovericheijt ende Lantraet van d'oostsijde der Maese, doen te weten allen die desen verthoont sal worden dat naer dyen wij bij daegelijxe ervaeringe bevinden dat verscheijde heerlijckheeden, dorpen ende vlecken in den lande van Valckenbergh ende s'Hertogenraij gelegen, den algemenen vijanden der geunieerde Nederlanden sijn contribuerende ende wij daeromme wel vermoegen souden die selven met den brant ende andersints vernielen te laeten, nochtans aenmerckende dat den inwoonderen der selver plaetsen genousam bij den vijant tot opbrenginge alsulcker contributie rigoureuselijck bedwongen worden, ende daer wij oock meer tot goetheit als rigeur ende straffe genijcht sijn, hebben eenige der heerlicheijden, dorpen, vlecken, geestelijke persoonen in den voorss. lande van Valckenbergh ende Thertogenraeij in onse sauvegarde ende protectie wel willen nemen ende onder anderen het dorp van Simpelvelt ende den pastor heer Arnout Dydden, met sijne familie onder den landen Thertogenraij gehorigh, mits dat die inwoenderen en ingesetenen van dyen tot stuijr der tegenwoordige oorloge, maents te veel aen onser als der gemeijner vijanden sijde sullen hebben te contribueren, junueren provisionelijck de somme van vijftig Carolusguldens |
De overheid en Landraad ten oosten van de Maas doen weten aan allen aan wie dit getoond zal worden dat, aangezien wij door dagelijkse ervaringen vaststellen dat verschillende heerlijkheden, dorpen en gehuchten gelegen in het land van Valkenburg en 's-Hertogenrade, de algemene vijand van de Verenigde Nederlanden betalen en wij daarom die [gebieden] te vuur en te zwaard zouden mogen vernietigen, maar ermee rekening houdend dat de inwoners van deze plaatsen door de vijand met geweld zijn gedwongen tot deze belastingen en omdat wij ook meer tot goedheid dan tot geweld en straf geneigd zijn, hebben wij enkele van de heerlijkheden, dorpen, gehuchten, geestelijken in de genoemde landen van Valkenburg en 's Hertogenrade in onze sauvegarde en bescherming willen nemen en onder andere het dorp Simpelveld en de pastoor heer Arnout Dydden met zijn familie behorend tot het land van 's Hertogenrade, mits de inwoners en ingezetenen tot steun aan de huidige oorlog maandelijks evenveel aan ons als aan de gemeenschappelijke vijand zullen hebben te betalen, leggen bij beschikking de som van 50 Carolusgulden |
| |
| |
Ga naar margenoot+ter maent ende der pastor van den voorss. dorp des jaers een ende twintigh guldens bb. voor sijn acquoot, welcke penningen sullen worden gelevert in handen van onsen ontfanger, daertoe van ons geordonneert, waer door dan wederom billich, dat de selve onderdaenen ende pastor wederom van alle rouvinge, plonderinge, overlast ende verdriet van ons kriegsvolck ende anderen gantselijck gevrijt ende verschoont worden ende blijven. Ontbieden derhalven hiermede ende bevelen wel ernstelijck allen ende eenen iegelijken onsen oversten, ritmeesteren, houpluijden, der selven onderhoorigen, beveelhebberen ende gemeen kriegsluijden soo te peerde als te voet, saempt allen anderen in onsen ende der voorss. provincie eedt ende dienstwesende, dat sij de bovenroerde ingesetenen van Simpelveldt noch den pastor aen haeren persoonen, gesinde, provisien, huijsen, schuijren, stallingen, vee, vrughten, waegen, haeveren, ende alle anderen goederen hoedanigh die sijn moghten, in geene manieren en beschaedigen, noch den selven onder wat dexel het oock sij, eenigen overlast ofte verdriet aendoen, maer hun luijden voor alle oeverval des viandts ende anders nae hun vermoegen, beschutten ende verdedigen, oock ongehindert haere gewoonlijcke bouwerije ende neringe doen te water ende te lande nae haeren gevalle vrij ende vredelijck reijsen ende weder keeren laeten, op pene dat alle die gheene die jegeenen dese onse sauvegarde ongehoorsaemelijck doen ende die vorige ingesetenen boven haeren operlachte vorderinge oft oock den pastor eenig wijder beswaernisse hinder oft schaede toe voegen, ander ten exempel sonder alle genaeden aen den lijve gestraft sullen worden, met den bescheijde soo verre die van Simpelvelt met den pastor t'eeniger tijt in gebreeke mochte blijven die voorschreve haere contributie, immers die voorseijde vijftigh gulden allen maent, met den pastor op te brengen ende sulx bij handen van onsen geordineerden ontfangers blijckt, sullen sij van deser
onser sauvegarden vervallen sijn ende anders niet gehouden ende getracteert worden als vianden van de landen, immmers der vianden toestaenders ende fauteurs en wort dit all verstanden en verstaen bij provisie ende totten wederroepen daernae een jaer sigh sal hebben te reguleren. |
per maand op en voor de pastoor van het genoemde dorp per jaar 21 gulden Brabants voor zijn deel; welke gelden in handen van onze ontvanger zullen worden geleverd, die daarvoor door ons is aangesteld; daarvoor is het dan billijk dat de onderdanen en de pastoor ook van alle beroving, plundering, overlast en ellende van onze soldaten en anderen gevrijwaard worden en blijven. Wij ontbieden daarom hiermee en bevelen dringend allen en eenieder van onze oversten, ritmeesters, hoplieden, hun ondergeschikten, bevelvoerende en gewone soldaten zowel te paard als te voet, samen met alle anderen die bij onze en genoemde gewesten in dienst zijn dat zij de genoemde ingezetenen van Simpelveld noch de pastoor in hun persoon, personeel, voorraden, huizen, schuren, stallen, vee, vruchten, wagens, haver en alle andere goederen, welke ook, op geen enkele wijze beschadigen noch onder welk voorwendsel ook enige overlast of ellende aandoen, maar hun voor elke overval door de vijand en anders naar hun beste vermogen beschermen en verdedigen, ook hun gewone [land]bouw en handel te doen, te water en te land zoals zij willen, vrij en vredig te laten reizen en terug te laten keren, op straffe dat al degenen die tegen onze vrijwaring ingaan en die de genoemde ingezetenen boven de hun opgelegde vordering of ook de pastoor, enige last, hinder of schade toebrengen, als voorbeeld voor anderen zonder genade lijfelijk gestraft zullen worden, met het voorbehoud dat, mochten die van Simpelveld met de pastoor op zekere tijd in gebreke blijven de voorgeschreven bijdrage, immers de genoemde 50 gulden per maand, samen met de [bijdrage van de] pastoor op te brengen en als dat in de handen van onze aangestelde ontvanger blijkt, zullen ze deze vrijwaring kwijt zijn en niet anders beschouwd worden dan als vijanden van deze landen, omdat ze immers de vijand toelaten; en dit alles wordt beschouwd als beschikking en is tot herroeping een jaar lang geldig. |
|
Gegeven binnen Gravenhaege onder onsen cachette, den 19en martij anno 1596, stilo novo. Onder stont aldus: Ter ordonnantie van den Landtraede, |
Gegeven in 's Gravenhage onder ons zegel op 19 maart in het jaar 1596, nieuwe stijl. Eronder stond: In opdracht van de Landraad, |
|
Jan Zuijlens, 1596. |
Jan Zuijlens, 1596. |
|
|