Ga naar margenoot+Declaratie van sekeren morgen lants, waerop Lens Schouteth erfgenaemen pretenderen die half thienden tegen den pastor van Simpelvelt. |
Verklaring over bepaalde morgens land, waarop de erfgenamen van Lens Schouteth tegenover de pastoor het bezit van de halve tienden beweren [te hebben]. |
|
Lens Schouteth, erfgenaemen in den Waelbroeck, pretenderen te hebben seekere half thiender tegen den pastor in sijn quartier op ettelijcke stukken lants als hier nae volght, ende anno 1684 sijn die pretendeerende erfgenaemen, Jost Schiffelarts kinder, Heijn Schiffelarts kinder, Nijss ende Lisken Lempken in den Waelbroeck. |
De erfgenamen van Lens Schouteth in de Waalbroek beweren tegen de pastoor dat ze de halve tienden bezitten in zijn gebied op verschillende stukken land, zoals hierna volgt en in het jaar 1684 zijn die eisende erfgenamen: de kinderen van Jost Schiffelart, de kinderen van Heijn Schiffelart, Nijss en Lisken Lempken in de Waalbroek. |
|
In den eersten hebben sij de half thienden tegen den pastor, als sij pretenderen op dry vierdel lants liggende neven der pastor, vier morgen aen die Doern en schuijst uijt op die straet, en possideert Jutten Jan oft Jan Saevelbergh; nu ter tijt possideert Wilhelm Maess. |
Op de eerste plaats bezitten zij de halve tienden tegen de pastoor, zoals zij beweren, op 3 vierdel land gelegen naast de pastoor, 4 morgen bij de Doorn en lopend tot de straat en in het bezit van Jutten Jan of Jan Saevelbergh; in deze tijd in het bezit van Wilhelm Maess. |
|
Item joncker Cortebachs lant in den Waelbroeck over den wegh tegen dat Heijligen Huijsken over, begrijpende twee morgen. |
Ook jonker Cortenbachs land in de Waalbroek over de weg tegenover het kapelletje, bestaand uit 2 morgen. |