Simpelveld en Bocholtz door de ogen van Arnold Dydden, pastoor 1571-1616

FF. 150r2-157r.

^+Renovatio reddituum anniversariorum ecclesie de Simpelvelt et Bochudts anno 1596.	Vernieuwing van de inkomsten van de jaardiensten van de kerk van Simpelveld en Bocholtz in het jaar 1596.
Vernuwunge der rentten van den jaerlicke jaerbegenckenissen, perfeckelicker unde claerlicker aengeteeckent als dye voerige registeren bij mij, heer Arnoldt Dydden, pastoer tot Sympelvelt. Unde dye pachten vallen allen jaer op synter Andrees daech apostel, unde dye betaelinge te Lichtmisse daer nae. Unde weerden deesen pachten buytten unde binnen jaers bij faut van voltaelinge gevoerdert met pantschaffrecht.	Vernieuwing van de inkomsten van de jaarlijkse jaardiensten, volledig en duidelijk opgetekend, evenals de vorige registers door mij, heer Arnoldt Dydden, pastoor te Simpelveld. En de pachten vervallen ieder jaar op sint Andreasdag apostel en de betaling op Maria Lichtmis daarna. En bij ontbreken van volledige betaling worden deze pachtsommen buiten en binnen het jaar gevorderd door middel van het recht van beslaglegging.
^+Jan Gloys unde zijnder huysvrouwen Cathryn Jaergetzijt, waer van der pastoer heft jaerlix dry vaeten roggen wellicke getransporteert zijn op hous unde hoff Heiliger Cardenael aen dye kerck tzo Bochults van den Twei Lynden; unde nu betaelt Hans Roetkrans als voerseid op dat -coxlviii- blat unde betaelt Getruydt Didden unde betaelt tot anno 1614 der fabrycke der kercken twe vas roggen. Onderpandt eenen morgen landts, liggende in dye Gloisdelle.	Jaardienst van Jan Gloys en zijn vrouw Cathryn, waarvoor de pastoor jaarlijks 3 vat rogge krijgt die overgedragen zijn op huis en hof van Heilger Cardenael bij de kerk van Bocholtz van de Twee Linden en nu betaalt Hans Roetkrans, zoals gezegd op folio 148 en betaalt Getruydt Didden en ze betaalt tot het jaar 1614 aan de kerkfabriek 2 vat rogge. Onderpand is 1 morgen land, gelegen in de Gloisdel.
Anno 1612 is bevonden dat dese dry vaeten roggen zijn bleven staen op onderhalven morgen landt aen die Twee Linden. Unde hebbe ich dat landt gegolden 1581 met den last van dry vaeten roggen.	In het jaar 1612 is geconstateerd dat deze 3 vaten rogge zijn blijven staan op 1½ morgen land bij de Twee Linden. En ik heb dat land in 1581 gekocht met de belasting van 3 vaten rogge.
Noch eenen morgen liggende in den Winckel welligen twe vaeten roggen Jacop Lambrechs unde Agnees van Oppen eerven als Alman, Dedrich unde Entten Lambrechts jaerlix betaelen unde den kuster jaerlix een vas roggen, dat wellich betaelen Andrees van Oppen kinder, nemlich Merrien van Oppen. Betaelt 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 1603, 1603, 1604 1605, 6, 7, 1608. Anno 1609 Merien voer desen pacht unde den pacht staende op hous unde hoff, nemlich twe vaeten roggen. Noch twee vaet roggen aen dye Ridderskoul den pastoir gelaeten twe morgen landts oft -ij- morgen aen dye Ridderskoul. Noch -j- vas roggen aen dye cappelle tzo Bochudt, joffrou Cortenbach -xi- cup haeveren.	Ook 1 morgen gelegen in de Winkel, welke 2 vaten rogge Jacop Lambrechts en Agnes van Oppen erven, als Alman Dedrich en Entten Lambrechts jaarlijks betalen; en aan de koster jaarlijks 1 vat rogge, hetgeen de kinderen van Andrees van Oppen betalen, met name Merrien van Oppen. Betaald van 1596-1608. In het jaar 1609 betaalde Merrien deze pacht en de pacht die staat op huis en hof, nl. 2 vaten rogge. Ook 2 vat rogge bij de Ridderskoul aan de pastoor nagelaten, 2 morgen land of 1½ morgen bij de Ridderskoul. Ook ½ vat rogge aan de kapel te Bocholtz; jonkvrouw Cortenbach 11 kop haver.

+ 150r2.

+ 150v.

[p. 260]

Anno 1615 dit landt aen dye Twee Linden partijen widerom oevergelaeten ende sullen den pastoir jaerlich betaelen dry vaeten roggen.	In het jaar 1615 het land van de Twee Linden weer overgelaten aan de partijen en zij zullen de pastoor jaarlijks 3 vaten rogge betalen.
Dat jaergetijt van jonffrou Margriet van Koeckem waer van der pastoer heft jaerlix een eerff vas roggen. Onderpant hous unde hoff van Tewijs Ploumen. Nu ter tijt possideert Leenardt Pelsers, getrouwet hebbende Celien, Tewijs Ploumen dochter op den Molsberch. Leenardt Pelsers, Celiens man, betzaelt 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 16[0]3, 1604, 1605, 1606, 7, 8. Tewis Pelsers betaelt 1609, 10, 11, 12.	De jaardienst van jonkvrouw Margriet van Koeckem, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt. Onderpand zijn huis en hof van Tewys Ploumen. Tegenwoordig in het bezit van Leenardt Pelsers, getrouwd met Celien, de dochter van Tewys Ploumen op de Molsberg. Leenardt Pelsers, de man van Celien, betaalt van 1596-1600. Tewis Pelsers betaalt van 1609-1612.
Dat jaergetijt van den geheelen geslecht van Emstenraedt, te weeten joncker Betrandt Buetz unde jonffrou Margreet van Kockem unde hun voer elderen unde hebben hun begreffenis voer onsser Liever Vrouwen altaer binnen der kercken Sympelvelt. Unde is der pastoer gehalden allen sondaech nae der messen op dat graff te bidden eenen de profundis, pro nv... anime..-[?].	De jaardienst voor de hele familie van Imstenrade, te weten jonker Betrandt Beutz en jonkvrouw Margreet van Koeckem en hun voorouders. Zij gedenken hun begrafenis bij het altaar van O.L. Vrouw in de kerk van Simpelveld. En de pastoor is verplicht elke zondag na de mis op het graf een ‘de profundis’ te bidden voor onze ziel........
^+unde is der pastoer allen vier quatertemper dat jaerbeganck te doen voer dat geheel geslecht van Emstenraedt met vigilie unde twe messen unde vier bernende kertsen, voer wellicke jaergetijt der pastoer heft jaerlix twelleff eerff vaet roggen. Unde is veronderpandt hous unde hoff unde allen dye lenderien daer toe staende op den Vroenhoff. Unde sal oeck der pastoer unde op dat graff bidden voer dye zeelen uut den geslecht gestoerven. Der halffwen, Leenardt Heuts, voltaelt anno 96, 97. Wilhem Maes betzaelt als schathever anno 98, 99. Wilhem van Berg haldende dye weiden jaerlix voir -xxii- daeler, betaelt anno. Joncker Andries van Grytteren betzalt 1600, 1601, 1602, 1603, 1604, 1605, 1606, 7, 1608. Guert Cox tsaemen betzalt 1609, 16010 [1610], 1611, 12. Geurt Cox betaelt -ix- vas unde Drees Snyders -iii- vas.	en de pastoor moet de jaardienst alle 4 quatertemperdagen doen, voor het hele geslacht van Imstenrade met vigilie en 2 missen en 4 brandende kaarsen, voor welke jaardienst de pastoor jaarlijks erfelijk 12 vat rogge krijgt. En huis en hof en alle daarbij behorende landerijen van de Vroenhof dienen als onderpand. En de pastoor zal ook op het graf bidden voor de gestorven zielen uit het geslacht. De halfwin, Leenardt Heuts, betaalt volledig in de jaren 1596 en 1597. Wilhem Maes betaalt als rentmeester in de jaren 1598 en 1599. Wilhem van Berg, die de weiden jaarlijks voor 22 daalder bezit, betaalt in het jaar..... Jonker Andries van Grytteren betaalt van 1600-1608. Guert Cox betaalt alles ineens van 1609-1612. Guert Cox betaalt 9 vat en Drees Snijders 3 vat.
Dat jaergetijt van Loduwyck in die Nermstraet met zijnder huysvrouwen Merie met hunnen kinderen, waer voer der pastoer heft jaerlix dry st[uyvers] Br[abants]. Onderpandt Jan Bachus unde hoff. Reigenoet nae oesten dye Nermstraet; nae suyden Willem dye Bus hous; nae westen den gemeynen Broeck; nae noerden der Pannesleeger, Jan Oetegraeven eerff. Nu betaelt Jan Bachus. Jan Bacchuys voltaelt anno 96, 97, 98, 99, 1600. Thys der Schroeder betzalt van Jan Bachus wegen tot anno 1608. Dedrich Bachus betaelt 1609, 1610.	De jaardienst voor Loduwyck in de Irmstraat met zijn vrouw Merie met hun kinderen, waarvoor de pastoor jaarlijks 3 stuivers Brabants krijgt. Onderpand is Jan Bachus' huis en hof. Grenzend in het oosten aan de Irmstraat; in het zuiden aan het huis van Willem dye Bus; in het westen aan het gemeenschappelijke broekland; in het noorden aan de Panneslager, de erfenis van Jan Oetegraven. Tegenwoordig betaalt Jan Bachus. Jan Bacchus betaalt volledig in de jaren 1596-1610. Thys der Schroeder betaalt namens Jan de jaardienst van Bachus tot het jaar 1608. Dedrich Bachus betaalt in 1609 en 1610.

+ 151r.

[p. 261]

Dat jaergetijt van Willem Scheifkens met zijnder huysvrouwen unde zijnen kinderen waer voer der pastoer heft twee eerff vaet roggen. Onderpandt hous unde hoff op den Schijn. Nu betaelt Jan Remkens onderhalff vas unde Peeter Jonckers een halff vas.	De jaardienst voor Willem Scheifkens met zijn vrouw en zijn kinderen, waarvoor de pastoor erfelijk 2 vat rogge krijgt. Onderpand is huis en hof op de Schijn. Tegenwoordig betaalt Jan Remkens 1½ vat en Peeter Jonckers ½ vat.
^+Betaelt 96, 97, 98, 99, 1600, 160[1], 1602, 1603, 1604, 1605, 1607, 1608, 1609, 1610, 1611,1612.	Ze hebben betaald van 1596-1612.
Jan Syben unde zijnder housvrou jaerbeganck, waer van der pastoir heft onderhalff vas roggen. Underpandt der geheel Syben, unde betzaelt Anna Byspelmans een halff vas, Houbrecht Saevelberch een halff vas unde Peter Kuypers unde Berb Paesens Heuts een halff vas, unde betzaelt anno 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608. Nuy betalt Nees Byspelmans, Guert Cox een vas. Peeter Kuypers -j- vas 1609, 1610, 1611.	Jaardienst voor Jan Sijben en zijn vrouw, waarvoor de pastoor 1½ vat rogge krijgt. Onderpand is de hele hof van Sijben; en Anna Byspelmans betaalt ½ vat, Houbrecht Saevelberch ½ vat en Peeter Kuypers en Berb Paesens Heuts ½ vat en betaald in de jaren 1600-1608. Nu betalen Nees Byspelmans en Guert Cox 1 vat. Peeter Kuypers ½ vat van 1609-1611.
Das jaergetijt van Jan Buesen unde zijn huysvrou Getruydt met hunnen kinderen, waer van der pastoer jaerlix heeft een eerff vas roggen. Onderpant dry virdel landts neeven Beisels kinder landt unde voerheufft Heyn Scheiffelers halff boenre. Nu betaelt Merrien van Oppen. Betaelt 96, 97, 98, 99, 1600, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 1608; betzalt als voerseid. Merien Oppen met haeren eerfgenaemen myr gelaessen omtrent -ij- morgen landts, gelegen aen die Ridderskoul voer allen den jaerlycken pacht der zij mich schuldich is.	De jaardienst voor Jan Buesen en zijn vrouw Getruydt met hun kinderen, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt. Onderpand zijn 3 vierdel land naast het land van de kinderen van Beisel; en aan de voorkant ½ bunder van Heyn Scheiffelers. Nu betaalt Merien van Oppen; zij betaalde van 1596-1608, zij betaalde als vermeld. Merien Oppen met haar erfgenamen hebben mij nagelaten ongeveer 1½ morgen land, gelegen aan de Ridderskoul, voor alle jaarlijkse pacht die zij mij verschuldigd is.
Das jaergetijt van Jan in dye Grayt unde zijnder huysvrouwen Nees met hunnen kynderen, waer van der pastoer jaerlix heefft dryddenhalff vas roggen unde dye fabryck dry cup unde der kuster eenen cop. Onderpandt een bonre landts, liggende aen dye Heuls neeven Buschops landt aen een sijde, unde dye ander sijde Symen Jaespers eerffen. Nu betaelt Jan Scheilen weduwer, Lysken Schyns een vas, dry cup roggen unde Thys Breemen unde Alffer Boesten dry cup. Betaelt 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 9, 10, 11, 1612.	De jaardienst voor Jan in dye Grayt en zijn vrouw Nees met hun kinderen, waarvoor de pastoor jaarlijks 2½ vat rogge krijgt en de kerkfabriek 3 kop en de koster 1 kop. Onderpand is 1 bunder land gelegen op de Huls naast Buschops' land aan de ene kant en aan de andere kant de erfgenamen van Symen Jaespers. Nu betaalt Jan Scheilen, de weduwnaar van Lysken Schijns, 1 vat en 3 kop rogge en Thijs Breemen en Alfer Boesten 3 kop. Betaald van 1596-1612.
Das jaergetijt van Jan van der Heggen met zijnder housvrouwen unde hun kinderen unde Henkens op den Berg met zijnder	De jaardienst voor Jan van der Heggen met zijn vrouw en hun kinderen en Henkensop den Berg met zijn
^+huysvrouwen, waer van der pastoer jaerlix heft onderhalff vas roggen unde fabryck twe cup. Underpandt hous unde hoff Leenardt Hegmans, nu Jacop Dichters. Regenoet nae oesten Jan Santernel eerff; nae suyden den Mulendijck; nae westen Merchen Geerardts eerff; nae noerden dye gemeynstraet. Unde Jacop Dichters voltaelt tot anno 97, excluys. Nu is ophelder des pants Jan Santernel. Der schatshever Jan Hulsen betaelt ses jaer tot anno 1603, 4, 5, 6, 7, 1608. Betaelt 1608,	vrouw, waarvoor de pastoor jaarlijks 1½ vat rogge krijgt en de kerkfabriek 2 kop. Onderpand is huis en hof van Leenardt Hegmans. Nu in het bezit van Jacop Dichters. Grenzend in het oosten aan het erfgoed van Jan Santernel; in het zuiden aan de Molenbeek; in het westen aan de erfenis van Merchen Geerardts; in het noorden aan de openbare weg. En Jacop Dichters heeft volledig betaald tot aan het jaar 1597. Nu is Jan Santernel beheer-

+ 151v.

+ 152r.

[p. 262]

1609, 16010, 1611, 162.	der van het pand. De rentmeester Jan Hulsen betaalt 6 jaar over de jaren 1603-1608. Betaald van 1608-1612.
Das jaergetijt van Peeter Scheilen unde zijn huysvrou Berb met hunnen kinderen, waer van der pastoer heft jaerlix een eerff vas roggen unde dy fabryck dry cup unde der kuster eenen cap. Onderpant eenen morgen landts op den Mulen wech neeven Claes Brouwers landt. Nu bijpandt gesadt hous unde hoff aen gen Busken. Regenoet nae oesten Dydrich Broumans hous unde hoff; nae suyden dye baech unde Bulckommer bempt; nae westen...... Nu betaelt Jacop Vaesen een halff vas unde Mercken Gerardts Oetegraeven een halff vas unde betaelt tot anno 97, excluys 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609. Mercken Oetegraeven unde Jacop Vaesen betaelt 1610. Mergen Oetegraeven soen Gelis unde Jacop Vaesen betaelt 11, 1612.	De jaardienst voor Peeter Scheilen en zijn vrouw Berb met hun kinderen, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt en de kerkfabriek 3 kop en de koster 1 kop. Onderpand is 1 morgen land bij de Molenweg, naast het land van Claes Brouwers. Nu is een extra onderpand ingezet, nl. huis en hof bij het Bosje. Grenzend in het oosten aan Dydrich Broumans' huis en hof; in het zuiden aan de beek en de Bulkemerbeemd; in het westen......... Tegenwoordig betaalt Jacop Vaessen ½ vat en Merchen Gerardts Oetegraven ½ vat en betaalde tot aan de jaren 1597 en 1598-1609. Merchen Oetegraven en Jacop Vaessen betaalden in 1610. Merchen Oetegraven en Gelis en Jacop Vaesen betaalden in 1611 en 1612.
Das jaergetijt van Jennen in dye Beldt unde haer dochter Merrien, waer van der pastoer heft jaerlix neegen cup haeveren. Onderpandt eenen hoff teegen Schyn Jans hous op den Molsberg. Nu possideert Leenardt Pelsers op den Mols berg. Unde heft dat onderpandt gegolden anno 83 aen Alman Lambrechts;	De jaardienst voor Jennen in dye Beldt en haar dochter Merrien, waarvoor de pastoor jaarlijks 9 kop haver krijgt. Onderpand is een hof tegenover het huis van Schijn Jan op de Molsberg. Nu in het bezit van Leenardt Pelsers op de Molsberg. En hij heeft het onderpand anno 1583 betaald aan Aelman Lambrechts.
^+dan Alman Lambrechts gestaldt hebbende gerichtelicke bijpendt Leenardt Pelsers voerseid betaelt den pacht. Alman Lambrechs betaelt -ix- cup haeveren tot anno 97 excluys, betaelt 97, 98, 99. Leenardt Pelsers betaelt 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610, 1611, 1612.	Toen heeft Alman Lambrechts wettig een tweede pand gesteld. Leenardt Pelsers betaalt de pacht. Alman Lambrechs betaalt 9 kop haver tot aan het jaar 1597, betaalt van 1597-99. Leenardt Pelsers betaalde van 1600-1612.
Das jaergetijt Peter in den Wijer unde zijn huysvrou Beel met haeren kinderen, waer van der pastoer heff underhalff vas roggen erffelich unde dye fabryck twee cup unde der pastoer zal den kuster geeven een bous. Onderpandt eenen morgen landts in den Meertensgraeff. Reigenoet Meyken, Leenardt Knousten dochter landt, nae den Lyndenstock. Op ander sijde Dyrich Bromans op dye Steyn landt. Nu ter tijt possideert Houbrecht Saevelberch unde Anna Bijspelmans unde betaelt-ij- vas tot anno 97. Betaelt 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608. Nu possideert Nees Byspelmans unde Thys Byspelmans. Nees Byspelmans betaelt 1609, 1610, 1611. Nees betaelt 12.	De jaardienst voor Peter in de Wijer en zijn vrouw Beel met haar kinderen, waarvoor de pastoor erfelijk 1½ vat rogge krijgt en de kerkfabriek 2 kop en de pastoor zal de koster 1 bous geven. Onderpand is 1 morgen land bij de Meertensgraaf. Grenzend aan het land van Meyken, de dochter van Leenardt Knousten, bij de Lindenstok. Aan de andere kant aan het land van Dydrich Bromans op de Steen. Tegenwoordig in het bezit van Houbrecht Saevelberch en Anna Byspelmans en zij betaalt 1½ vat tot het jaar 1597. Betaalt van 1597-1608. Nu in het bezit van Nees Byspelmans en Thijs Byspelmans. Nees Byspelmans betaalt van 1609-1611. Nees betaalt 12.
Fie Elegast met haeren elderen jaerbeganck waer voer der pastoer heff jaerlix een een eerff Aecher mudt roggen. Onderpant hous unde hoff tzo Bulckom. Nu ter tijt possesseur Dedrich Bromans tzo Guylich. Unde noch onderpant dry	Jaardienst voor Fie Elegast met haar ouders, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 Akens mud rogge krijgt. Onderpand is huis en hof te Bulkum. Tegenwoordig in het bezit van Dedrich Bromans uit Gulik. En ook als

+ 152v.

[p. 263]

morgen landts achter dat hous genant Cappart, unde dye fabryck der kercken een halff mudt roggen. Onderpandt eenen morgen bongardts achter dat hous van Wyllem Aelffers van Bulckom. Unde ouch op dat onderpant voerseid, Willem Maes, halffwen, betaelt tot anno 97. Betaelt 97, 98, 99, 1600, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 1608. Lenardt Bosten, halffwen, betzalt 1609, 1610, 1611, 1612.	onderpand 3 morgen land achter het huis met de Cappart; en de kerkfabriek ½ mud rogge. Onderpand is 1 morgen boomgaard achter het huis van Willem Aelffers van Bulkum. En ook op dat genoemde onderpand betaalt Willem Maes, de halfwin, tot 1597. Betaald van 1597-1608. Lenardt Bosten, de halfwin, betaalt van 1609-1612.
^+Heyn Buschof unde zijn huysvrou Merchen jaergetijt met haren kinderen, waer van der pastoer heft jaerlix een eerff vas roggen. Noch een halff vas voer den cappellaen unde dye fabryek een halff vaet unde der kuster eenen cop. Underpandt hous unde hoeff Meertens op dye Playt unde vier morgen eenen halven int Oppen loech. Nuy possideert Kleur op dye Plaet, Houbrech Vree, Neesken, Jan Baenen, Croesen kynder. Voerseide partijen betaelt anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610, 1611, 1602.	Jaardienst voor Heyn Buschof en zijn vrouw Merchen met haar kinderen, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt. Ook ½ vat voor de kapelaan en de fabriek ½ vat en de koster 1 kop. Onderpand is huis en hof van Meerten op dye Playt, en 4½ morgen in het Oppenloech. Tegenwoordig in het bezit van Kleur op dye Plaet, Houbrech Vree, Neesken, Jan Baenen en de kinderen van Croesen. Genoemde partijen betalen in de jaren 1596-1612.
Symen Kuypers unde zijn huysvrou Getruydt jaergetzijt, waer voer der pastoer hefft een halff vas roggen unde dye fabryck een halff vas roggen. Underpandt is eenen bempt onder den Meulendijck, dye ander sijde nae dye meulen des kusters bempten. Nu ter tijt possideert unde betaelt Leenardt Smets, Ment van der Mouren, Nees Heulsen; unde betaelt anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610, 1611, 1612.	Jaardienst voor Symen Kuypers en zijn vrouw Getruydt, waarvoor de pastoor ½ vat rogge krijgt en de kerkfabriek ½ vat rogge. Onderpand is 1 beemd onder de Molenbeek; de andere kant bij de beemd van de molen van de koster. Tegenwoordig bezitten en betalen Leenardt Smets, Ment van der Mouren en Nees Heulsen en zij betaalden in de jaren 1596-1612.
Jan Hairst unde zijn huysvrou Mechtelt met haeren soen Peeter jaergetijt, waer van der pastoer hefft jaerlix twee eerff vas roggen unde dye fabryck onderhalff vas unde der kuster een halff vas. Underpandt hous unde hoff Jan Hairst tzo Busserhousen. Reigenoet nae oesten op Gutsen Drees; nae suyden Lemmen Kraecbers landt; nae westen Grieten, weduwe Lemmen Kraeckbeer; nae	Jaardienst voor Jan Hairst en zijn vrouw Mechtelt met haar zoon Peeter, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 2 vat rogge krijgt en de kerkfabriek 1½ vat en de koster ½ vat. Onderpand is huis en hof van Jan Hairst te Bosschenhuizen. Grenzend in het oosten aan Gutsen Drees; in het zuiden aan het land van Lemmen Kraecber; in het westen aan de hof van Grieten, de weduwe van Lemmen Kraecbeer, bij
^+dye gemeynstraes. Nu possideert unde betaelt Houbrech Saevelberch unde Langer Jan tot Busserhousen. Houbrecht unde Langer Jan betaelt anno 96, 97, 98, 93, 1600, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609. Langer Jan dochter betaelt 1609, 1610, 1611. Symen, Jacop Vaesen soen, betaelt 12.	de openbare weg. Nu bezitten en betalen Houbrech Saevelberch en Lange Jan te Bosschenhuizen. Houbrecht en Lange Jan betaalden in de jaren 1596-1609. De dochter van Lange Jan betaalde van 1609-1611. Symen, de zoon van Jacop Vaessen, betaalt in 1612.
Meis van der Portzen unde zijn huysvrou Agnes met hunnen beider elderen jaerbeganck, waer van der pastoer heft jaerlix vier merck unde dye fabryck een merck unde der kuster een merck. Hous unde hoff in den Waelbroech. Nu possesseur unde beteeler Jan Baenen. Jan Baenen betaelt anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1, 2, 3, 4,	Jaardienst voor Meis van der Portzen en zijn vrouw Agnes met hun beider ouders, waarvoor de pastoor jaarlijks 4 mark krijgt en de kerkfabriek 1 mark en de koster 1 mark. [Onderpand is] huis en hof in de Waalbroek. Nu is Jan Baenen bezitter en bewerker. Jan Baenen betaalt in de jaren 1596-1609. Mechtelt, de

+ 153r.

+ 153v.

[p. 264]

5, 6, 7, 1608, 169. Jan Baenen dochter Mechtelt betzalt 1610, 1611, 1612. Wilhelm van den Haeff unde zijn huysvrou Cathryn met hunnen vrunden, waer voir der pastoir heft jaerlix dry vas haeveren. Onderpandt tzwae morgen landts, liggende tuschen Bochuts unde Vleggendael. Nu possidert Claes Costers cum suis. Claes Kosters cum suis betzaelt anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610, 1611, 1612.	dochter van Jan Baenen, betaalt van 1610-1612. Jaardienst voor Wilhelm van den Hove en zijn vrouw Cathryn met hun vrienden, waarvoor de pastoor jaarlijks 3 vat haver krijgt. Onderpand is 2 morgen land gelegen tussen Bocholtz en Vlengendaal. Nu in het bezit van Claes Costers met de zijnen. Claes Costers c.s. betaalden in de jaren 1596-1612.
Heyn Prickart unde zijn huysvrou Cathryn met hunnen kynderen jaergetijt, waer van der pastoir heft een eerff vas roggen unde de fabryck een vas. Onder pandt twe morgen landts aen den Wisen Steyn in dat Busveldt. Regenoet..... Nu possideeren unde betzaelen Heyn Scheiffelerts kinder, Nys unde Lysken. Nys unde Lysken betzaelt anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609. Jan van Werst, Lyskens man, betaelt 1610, 1611, 1612, 1613.	Jaardienst voor Heyn Prickart en zijn vrouw Cathryn met hun kinderen, waarvoor de pastoor erfelijk 1 vat rogge krijgt en de kerkfabriek 1 vat. Onderpand is 2 morgen land bij de Witte Steen in het Bosveld. Grenzend aan......... Nu bezitten en betalen de kinderen van Heyn Scheiffelerts, Nys en Lysken. Nys en Lysken betaalden in de jaren 1596-1609. Jan van Werst, Lyskens man, betaalt van 1610-1613.
^+Cathryn unde Fye, Jan Scheffelertz huysvrou, unde hun voir elders jaergetzijt, waer voir der pastoir heft jaerlix een eerff vas roggen unde dye fabryck een vas roggen. Onderpandt tzwae morgen landts aen der Wijsen Steyn in dat Busveldt; regenoit...... Nu betzaelen Heyn Scheffelerts kynder, Nys unde Lysken Scheiffelerts. Nys unde Lysken betzaelt anno 96, 97, 96, 99, 1600, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609. Jan van Werst, Lysken man, betaelt 1610, 1611, 1612, 1613.	Jaardienst voor Cathryn en Fie, de vrouw van Jan Scheffelertz en hun voorouders, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt en de kerkfabriek 1 vat rogge. Onderpand is 2 morgen land bij de Witte Steen in het Bosveld, grenzend aan........ Nu betalen de kinderen van Heyn Scheffelerts, Nys en Lysken Scheiffelerts. Nys en Lysken betaalden in de Jaren 1596-1609. Jan van Werst, de man van Lysken, betaalde van 1610-1613.
Guert Heutz unde zijn elders jaergetijt, waer van der pastoir heft jaerlix een eerff vas roggen. Onderpandt allen dat eerff, hous unde hoff van Leenardt Heutz, Simen Heuts unde zijnre broederen. Reigenoet dye straet aen Synter Claes, affgaende nae den gemeynen Broech. Possideert nu ter tijt Merryen van Oppem tzwae morgen unde betzaelt voir haer aenpaert jairlix een halff eerff vas roggen unde Peeter Kuypers unde Leenardt Heuts dat ander halff vas betaelt. Meryen van Oppen, Peeter Kuypers, Leenardt Heutz betaelt een vas roggen anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 1608; betzalt 1609, 1609, 1611, 1612 volgende ons verdrach 1606, 1608.	Jaardienst voor Guert Heutz en zijn ouders, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt. Onderpand is heel het geërfde huis en hof van Leenardt Heutz, Simen Heuts en zijn broers. Grenzend aan de straat bij Sinterklaas, aflopend naar het gemeenschappelijke broekland. Nu bezit Merryen van Oppem 2 morgen en betaalt voor haar aandeel jaarlijks erfelijk ½ vat rogge en Peeter Kuypers en Leenardt betalen het andere ½ vat. Meryen van Oppen, Peeter Kuypers, Leenardt Heutz betalen 1 vat rogge in het jaar 1596-1608, betaalden van 1609-1612 volgens onze overeenkomst in 1606, 1608.
Leenardt Heutz unde zijn huysvrou Berb Jaergetzijt, waer van der pastoir heft jairlix een eerff vas roggen unde de fabryck een halff vas roggen unde der kuster eenen cop roggen. Onderpandt zijn hous unde hoff in de Nermstraes. Reigenoet Housmans hoff; dye ander sijde Jan Bachus koolhoff; dye ander sijde de Nermst. Nu ter tijt betaelt Peeter Kuypers unde	Jaardienst voor Leenardt Heutz en zijn vrouw Berb, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt en de kerkfabriek ½ vat rogge en de koster 1 kop rogge. Onderpand is zijn huis en hof in de Irmstraat. Grenzend aan de Housmans hof; aan de andere kant de moestuin van Jan Bachus; aan de andere kant de

+ 154r.

[p. 265]

Leenardt Heuts Peeter Kuypers unde Leenardt Heuts betaelt	Irm. Tegenwoordig betalen Peeter Kuypers en Leenardt
^+jaerlix een vaet roggen anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610, 1611.	Heuts. Peeter Kuypers en Leenardt Heuts betalen 1 vat rogge in de jaren 1596-1611.
Jan Roe unde zijn huysvrou Mey met hunnen kinderen unde voir elderen jaergetzijt, waer voir der pastoir heft jaerlix twe erff vas roggen unde dye fabryck twe vas. Underpandt is hous unde hofft zoe Bulckom unde allen dye lenderijen, bempden, bongarden daer tzoe behoerende. Unde nu ter tzijt possideert Dedrich Broumans van Gulich unde van zijnen twegen Wilhem Maes, der halffwen, anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608. Anno 1609 der halffwen Lenardt Boest betzalt 1609, 1610, 1611, 1612.	Jaardienst voor Jan Roe en zijn vrouw Mey met hun kinderen en voorouders, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 2 vat rogge krijgt en de kerkfabriek 2 vat. Onderpand is huis en hof te Bulkum en alle bijbehorende landerijen, beemden, boomgaarden. En tegenwoordig in het bezit van Dedrich Broumans van Gulik en namens hem Wilhem Maes, de halfwin, in de jaren 1596-1608. In het jaar 1609 betaalt de halfwin Lenardt Boest van 1609-1612.
Jan van den Hoeff unde zijn huysvrou Cathryn met hun elders, waer van der pastoer erffelich heft elleff merck unde dye fabryck vier merck unde der kuster een merck. Underpandt hous unde hoff tzo Bulckom. Nu ter tijt possideert Dedrich Brouman van Gulich. Wilhem Maes, halffwen, betzaelt anno 95, 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609. Der halffwen Boesthen betzalt 1609, 1610, 1611, 1612. Op reeckenschaff betaelt -ix- m[arck]	Jan van den Hove en zijn vrouw Cathryn met hun ouders, waarvoor de pastoor erfelijk 11 mark krijgt en de kerkfabriek 4 mark en de koster 1 mark. Onderpand zijn huis en hof te Bulkem. Tegenwoordig in het bezit van Dedrich Brouman van Gulik. Wilhem Maes, de halfwin, betaalde in de jaren 1595-1609. De halfwin Boesthen betaalde van 1609-1612. Op rekening betaald: 9 mark.
Itten van den Kryckelberg jaerbeganck, waer van der pastoer heft jaerlix een eerff vas roggen. Onderpandt is hous unde hoff unde allen dye lenderijen daer tzoe behoerende op den Kryckelberg. Nu ter tzijt possideert Thonis Vocken cum suis. Thonis Vocken betaelt een vas roggen anno 94, 95, 96, 97,98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610, 1611, 1612.	Jaardienst voor Itten van den Krickelberg, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt. Onderpand is huis en hof en alle bijbehorende landerijen op de Krikkelberg. Tegenwoordig in het bezit van Thonis Vocken met de zijnen. Thonis Vocken betaalt 1 vat rogge in de jaren 1594-1612.
Tylman Momber unde zijn vrunden jaerbeganck, waer van der pastoer heft jaerlycx tzwae eerff vaeten roggen. Underpandt is allen dye guderen op Hensberg unde op vier morgen landts liggende op Cullenerwech, boeven den bongardt van Oeverhousen. Nu possideert unde betaelt	Jaardienst voor Tylman Momber en zijn vrienden, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk twee vat rogge krijgt. Onderpand zijn alle goederen gelegen op de Hensberg en op vier morgen land gelegen aan de Keulenerweg, boven de boomgaard van Overhuizen. Nu bezit en betaalt
^+joncker Jan van den Haeff unde betzaelt anno 99, 1600, 1601 jaerlix twe vas roggen, Item betaelt anno 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610, 1611, 1612.	Jonker Jan van den Hove en hij betaalt in de jaren 1599- 1601 jaarlijks 2 vat rogge. Idem betaalt hij in de jaren 1602-1612.
Leenardt Prickarts unde zijn elderen jaergetijt, waer van der pastoir heft jaerlix een erffvas roggen unde dye fabryck dry cup unde der kuster eenen cop. Onderpandt is zijn kendts gedeils op den Priccartberg. Unde nu betzaelen Gerardt Pryckarts kinder dry cup unde Jan Cardenal, slosmecher tzo Achen, eenen cop unde den kuster eenen cop. Gerardts Prickarts kinder unde Jan Cardenal, sloetmecher, hebben betzaelt een	Jaardienst voor Leenardt Prickarts en zijn ouders, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt en de kerkfabriek 3 kop en de koster 1 kop. Onderpand is zijn kindsdeel op de Prickartberg. En nu betalen de kinderen van Gerardt Pryckarts 3 kop en Jan Cardenal, slotenmaker te Aken, 1 kop en de koster 1 kop. De kinderen van Gerardt Prickarts en Jan Cardenal, slotenma-

+ 154v.

+ 155r.

[p. 266]

vas roggen anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1069, 1610, 1611, 1612.	ker, hebben 1 vat rogge betaald in de jaren 1596-1612.
Heyn Fellarts unde zijn huysvrou Trijnchen unde hun kinder jaergetzijt, waer van der pastoer heft jaerlicx underhalff vas roggen unde der kuster eenen cop. Underpandt is hous unde hoff Leenardt Muylens. Regenoet nae oesten dy gemeyn aen den Ouvenberch; nae suyden dye baech; nae westen dye Raederstraes; nae noerden des Vossen huys unde hoeft. Nu possideert Wilhem Maes, Gryn Bour, Jacop Lambrechts erven, unde betzaelt anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 2609, 1610, 1611.	Jaardienst voor Heyn Fellarts en zijn vrouw Trynchen en hun kinderen, waarvoor de pastoor jaarlijks 1½ vat rogge krijgt en de koster 1 kop. Onderpand is huis en hof van Leenardt Muylens. Grenzend in het oosten aan de meent bij de Ouvenberch; in het zuiden aan de beek; in het westen aan de Rolduckerstraat; in het noorden aan huis en hoeve van Vossen. Nu in het bezit van Wilhem Ma es, Grijn Bour en de erven van Jacop Lambrechts en zij betalen in de jaren 1596-1611.
Jasper unde zijn huysvrou Merchen unde hun kinder jaergetzijt, waer van der pastoer	Jaardienst voor Jasper en zijn vrouw Merchen en hun kinderen, waarvoor de pastoor
^+heft eerfflich onderhalff vas roggen unde dye fabryck eenen cop unde der kuster eenen cop. Underpandt is vier morgen landts aen den Kuylen stock op den Molsberg. Nu betaelt Thys Vechters dry cup unde Leenardt Knousten dry cup. Leenardt Knousten unde Thys Vechters betaelt onderhalff vas roggen anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 1608. Cryn op die Heuls betaelt 1609, 1610, 1611, 1612.	erfelijk 1½ vat rogge krijgt en de kerkfabriek 1 kop en de koster 1 kop. Onderpand is 4 morgen land bij de Kuilenstok op de Molsberg. Nu betaalt Thijs Vechters 3 kop en Leenardt Knousten 3 kop. Leenardt Knousten en Thijs Vechters betalen 1½ vat rogge in de jaren 1596-1612.
Mathys, joncker Durtzandt, unde joncker Peeter Durant unde hun vrunden jaergetzijt, [.......................] waer van der pastoir heft jaerlix vunff vas haeveren erffelich. Underpandt is een buynre landts, liggende aen dye Heuls. Nu ter tijt possideert Peeter Kuypers unde Anna, weduwe Peeter Byspelmans. Noch is onderpandt hous unde hoff op den Hennenberg unde possideert Peeter Kuypers. Reigenoet der weg der van den berg affkompt, gaende tot der mulen unde der mulen koolhof; nae norden der weg gaende nae dat veldt. Unde betaelt Peeter Kuypers jaerlix derdehalff vas haeveren unde Anna Byspelmans derdehalff vas haeveren. Unde betalt anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608. Peeter unde Anna Byspelmans betaelt 1609, 1610, 1611, 1612. Anno 1616 Peter unde Anna Bispelmans bethalt funuff fasz haeveren. Anno 1617 bethalt, 1618 bethalt, 1619 bethalt, 1620 bethalt ao 1621 bethaft. Anno 1622 bethalt Anna Bispelmans 3 fasz haeveren. Anno 1623 bethalt Anna Bispelmans 3 fasz haeveren. Anno 1624 bethalt Anna Bispelmans 3 fasz haeveren.	Jaardienst voor Mathijs jonker Durtzandt en jonker Peeter Duranten hun vrienden, .........waarvoor de pastoor jaarlijks 5 vat haver krijgt. Onderpand is 1 bunder land, gelegen op de Huls. Tegenwoordig in het bezit van Peeter Kuypers en Anna, weduwe van Peeter Byspelmans. Onderpand is ook huis en hof op de Henneberg en in het bezit van Peeter Kuypers. Grenzend aan de weg die van de berg komt, in de richting van de molen en de moestuin van de molen. In het noorden aan de weg in de richting van het veld. En Peeter Kuypers betaalt jaarlijks 2½ vat haver en Anna Byspelmans 2½ vat haver. En zij betaalt in de jaren 1596-1608. Peeter en Anna Byspelmans betalen van 1609-1612. In het jaar 1616 betalen Peter en Anna Bispelmans 5 vat haver. In het jaar 1617 betaald, in 1618 betaald, in 1619 betaald, in 1620 betaald, in 1621 betaald. In het jaar 1622 betaalt Anna Bispelmans 3 vat haver. In het jaar 1623 betaalt Anna Bispelmans 3 vat haver. In het jaar 1624 betaalt Anna Bispelmans 3 vat haver.
Jan op den Schijn jaergetzijt, waer van der pastoer heft jaerlix erfflich negen cup haeveren. Underpandt een stuck landts	Jaardienst voor Jan op den Schijn, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 9 kop haver krijgt. Onderpand is een stuk land

+ 155v.

[p. 267]

^+gelegen onder Buschop hoff op den Molsberch, neven Nys Byspelmans. Nu ter tzijt possideert unde betzaelt Anna, weduwe Peeter Byspelmans unde betzaelt anno 1601. Nu ter tzijt possideert een deil van den voirseide onderpandt Jan Remkens, der smet, unde betzaelt jairlix vierdenhalven cop haeveren. Item Peetz Mennekens, weduwe Claes Schyns, van den voirseide onderpant betzaelt derdenhalven cop unde dye kynder van Lens Byspelmans, Trynken, een halff vas haeveren unde betzaelt anno 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608. Jan Remkens, Leenardt Smetz, Didrich Braumans betaelt 1609, 1610, 11.	gelegen onder de hof van Buschop op de Molsberg naast Nys Byspelmans. Tegenwoordig bezit en betaalt Anna, weduwe van Petter Byspelmans en bataalt in het jaar 1601. Tegenwoordig bezit Jan Remkens, de smid, een deel van het genoemde onderpand en betaalt jaarlijks 3½ kop haver. idem betaalt Peetz Mennekens, weduwe van Claes Schyns, voor het genoemde onderpand 2½ kop en de kinderen van Lens Byspelmans, Trynken, ½ vat haver en ze hebben betaald in de jaren 1601-1608. Jan Remkens, Leenardt Smetz en Didrich Braumans betalen van 1609-1611.
Nys Byspelmans van eenen stuck landts neven Jan Schijns landt voirseid unde neven Claes Mols hoff, gilt jairlix negen cup haeveren. Nu ter tijt possideert unde betzaelt Anna, weduwe Peeter Byspelmans. Unde betzaelt anno 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608. Nu possideert Heyn Mullers der wever; betzalt 1609, 1610, 1611, 1612. Belgen Meis.	Jaardienst voor Nys Byspelmans voor een stuk land naast het land van Jan Schyns en naast de hof van Claes Mols. Zij betalen jaarlijks 9 kop haver. Tegenwoordig bezit en betaalt Anna, de weduwe van Peeter Byspelmans. En zij betaalt in de jaren 1601-1608. Nu in het bezit van Heyn Mullers, de wever. En hij betaalt van 1609-1612. Belgen Meis.
Lens Scholterten jaergetzijt, waer van der pastoer jairlix heft dry merck unde dye fabryck een merck unde der kuster -i- merck. Onderpanda hous unde hofgin den Waelbroech; regenoer nae oester dye gemeynten; nae westen Heyn Scheiffelerts kinde Nys. Nu possideert Lemmen Jongen unde betzaelt Lemmen Jongen unde Geert Vigen. Unde betzaelt anno 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610.	Jaardienst voor Lens Scholterten, waarvoor de pastoor jaarlijks 3 mark krijgt en de kerkfabriek 1 mark en de koster 1 mark. Onderpand is huis en hof in de Waalbroek, grenzend in het oosten aan de meent, in het westen aan Nys, kind van Heyn Scheiffelerts. Nu in het bezit van Lemmen Jongen; en Lemmen Jongen en Geert Vigen betalen. En zij betalen in de jaren 1601-1610.
Bochudts.	Bocholtz.
Jan unde zijn huysvrou Lheen jaergetzijt, dye wellycke der fabrycke van Bochudts gelaeten hebben een kleyn thienden, waer uuyt dye fabryck den pastoir betzaelt jairlix ses vaet roggen, marckgevich goes. Unde is dese thienden genant heiligunt oft heyden grout, wellicken koerenpacht dye kerckmeisters van Bochuts betzael anno 1600, 1601, 1602. Betzalt 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610, 1611, 1612.	Jaardienst voor Jan en zijn vrouw Lheen, die aan de kerkfabriek van Bocholtz een kleine tiende nagelaten hebben, waaruit de kerkfabriek aan de pastoor jaarlijks 6 vat rogge betaalt van geldswaardige kwaliteit. En deze tiende is genoemd ‘heiligunt’ of ‘heydengrond’, welke korenpacht de kerkmeesters van Bocholtz betalen in de jaren 1600-1612.
^+Area unde Peeter Muylen unde hun housvrouwen jaerbeganck, waer van der pastoir heft jaerlix een erffvas roggen unde der kuster eenen cop roggen. Underpandt is hous unde hoff op dye Kostersheidt tzo Bochudts. Reigenoet Jan Muninx. Nu possideert unde betaalt Claes Saevelberch 96, 97, 98, 99. Voltzalt anno 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608. Betzalt 1609, 1610, 1611, 1612.	Jaardienst voor Aret en Peeter Muylen en hun vrouwen, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt en de koster 1 kop rogge. Onderpand is huis en hof op de Kostersheide in Bocholtz. Grenzend aan Jan Muninx. Nu bezit en betaalt Claes Saevelberch van 1596-99. Volledig betaald in de jaren 1600-1608. Betaald van 1609-1612.

+ 156r.

+ 156v.

[p. 268]

Carl Sleipen unde zijn housvrou Jutt jaerbeganck, waer van der pastoer heft jaerlix een eerff vas roggen unde der kuster eenen cop. Underpandt hous unde hoff op den Priccart. Regenoet Geurt Prickarts hous unde hoff. Nu possideert Pouwels Bendels unde betzaelt anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610, 1611, 1612.	Jaardienst voor Carl Sleipen en zijn vrouw Jutt, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt en de koster 1 kop. Onderpand is huis en hof op de Prickart. Grenzend aan huis en hof van Geurt Prickart. Nu in het bezit van Pouwels Bendels en betaald in de jaren 1596-1612.
Eeve Keyen jaerbeganck, waer van der pastoir jaerlix heft een eerff vas roggen, unde betzaelt deur beveel der kerckmeisters Jan unde Jacop Roetkrans anno 96, 97, 98, 99, 1600, 1601. Jacop Roet betzaelt een vas roggen 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610, 1611, 1612.	Jaardienst voor Eeve Keyen, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt en het is betaald op bevel van de kerkmeesters door Jan en Jacop Roetkrans in de jaren 1596-1601. Jacop Roet betaalt 1 vat rogge van 1601-1612.
^+Jan Isermans unde Mechtelt zijn huysvrou jaerbeganck, waer van der pastoer heft jaerlix een halff eerff vaet roggen unde der kuster eenen cop. Underpandt hous unde hoff tzoe Horn. Nu passideeren Andries, kinder van Walhom Frambach unde zijn sus ter. Meis Tummermans betzaelt 96, 97, 98, 99. Als pachtenaer 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608. Berbken Schroeders betzalt 1609, 1610, 1611, 1612.	Jaardienst voor Jan Isermans en Mechtelt zijn vrouw, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk ½ vat rogge krijgt en de koster 1 kop. Onderpand is huis en hof te Horn. Nu in het bezit van kinderen van Walhom Frambach en Andriesen zijn zus. Meis Tummermans betaalde van 1596-99. Als pachter van 1602-1608. Berbken Schroeders betaalt van 1609-1612.
Jan Cardinal unde zijn huysvrou Trijn jaerBeganck, waer van der pastoir heft jaerlix een eerff vaet roggen unde der kuster eenen cop. Onderpant twe morgen landts, dye wellycke hilt Baltus Grijns soen. Nu der tzijt Claes Saevelberg unde betzaelt 96, 97, 98, 99, 1600, 1601, 1602, 3, 4, 5, 6, 7, 1608, 1609, 1610, 1611, 1612.	Jaardienst voor Jan Cardinal en zijn vrouw Trijn, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt en de koster 1 kop. Onderpand zijn 2 morgen land, die in het bezit zijn van Baltus, de zoon van Gryn. Tegenwoordig in het bezit van Claes Saevelberg die ook betaalt van 1596-1612.
Peter Sistermans unde zijn huysvrou Ida jaerbeganck, waer van der pastoer heft een eerff vaet roggen unde der kuster eenen cop unde dye fabryck eenen cop. Underpandt een halff boenre landts op den Mulenweg aen dye Ridderskoul, neffen der pastorien landt. Nu ter tijt possideeren Peeter Jongen erffen unde Merryen van Oppen. Meryen betaelt 96, 97, 98, 99. Anno 1600, 1601 quyt geslaegen. Betaelt 1602, 3, 4 5, 6, 7, 1608 betzalt als voerseid. Betzalt als voerseid, volgende ons verdraech van dato 1608.	Jaardienst voor Peter Sistermans en zijn vrouw Ida, waarvoor de pastoor erfelijk 1 vat rogge krijgt en de koster 1 kop en de kerkfabriek 1 kop. Onderpand is ½ bunder land aan de Molenweg bij de Ridderskoul, naast het land van de pastorie. Tegenwoordig in het bezit van de erven van Peeter Jongen en Merryen van Oppen. Merijen betaalde van 1596-1608. In de jaren 1600 en 1601 kwijt gescholden. Betaald van 1602-1608. Betaald als vermeld, volgens onze overeenkomst van 1608.

+ 157r.