| |
FF. 57r-58v.
Ga naar margenoot+Dyt sijn alsullicken contracten geschiet siende tuschen heer Andrees van Doenraedt pastoir tot Sympelvelt anno 1536, unde joncker Andrees van den Hoeff der tzijt als pachter der aptdissen van Valbenoeten van wegen twedeil der groeter tienden van Sympelvelt unde Bochutz. |
Hier volgt het contract tussen de heer Andrees van Doenraedt, pastoor in Simpelveld, in het jaar 1536, en jonker Andrees van den Hove, in die tijd pachter van de abdis van Val Benoit voor twee derde van de grote tienden van Simpelveld en Bocholtz. |
|
Alsoe ist, dat die Aptdisse van Valbenoeten hefft twe deil der groeter thienden unde der pastoir van Sympelvelt een deil, durg dat geheel kerspel unde alsullix achtervolgende alde gewoenten unde inhalt der alden Registeren unde boecken hyr van wesende wellicken lemiten off paelen van deser thienden sijn onverdeilt. Die paelen in die lantweringe, aengaende aen die straes van den Dorren boom (landt ter Heijden) unde gaet aff lanx dat rijck van Achen tot der herlicheit van Eijs (wellicken thienden van |
Het is zo, dat de abdis van Val Benoit twee delen bezit van de grote tienden en de pastoor van Simpelveld een deel, door de hele parochie heen volgens oude gewoonten en oude registers en boeken hierover, waarbij er geen grenzen of palen van deze tienden zijn [binnen de parochie]. De grenspalen in de Landgraaf beginnen bij de straat van de Dorre Boom (het land ter Heijden) en lopen dan langs het rijk van Aken tot de heerlijkheid van Eys (de tienden van Eys zijn in het |
| |
| |
Eys hebben die Canonicken van Synt Pouwels tzo Luydich unde der pastoir van Eeys) unde streckt aff aen den Vogelsanck Joncker Karsvelt hofla. Unde van daer slaet sij op allet lanx die heerlicheit van Eys duig Busserhousen myts durg dat hous van Jupken Eelsen, over die Heuls lanx die straes van dat bous tzo Emstenradt tot der |
bezit van de kanunniken van Sint Paulus in Luik en de pastoor van Eys) en strekken zich uit tot Vogelzang, de hoeve van jonker Karsveld. En van daar loopt de grens helemaal langs de heerlijkheid van Eys door Bosschenhuizen en door het huis van Jupken Eelsen, over de Huis langs de straat naar het huis van Imstenrade, |
Ga naar margenoot+straesen koemende van den Dorren boem voirseid unde strecckende tzo Heerlem begrijpende die Vuegel unde den Beisel unde streeck die thienden voirseid widerom op allet lanx Heerlen straes tot den Dorren boem aen die Landtwering voirseid. Also ist dat int jaer -xvc xxxvi-, -xiii- may is gemaeck seeker contrackt tuschen heer Andrees van Doenraedt, der tijt pastoir van Sympelveldt, unde joncker Andrees van den Hoeff als pachter der abdissen van Valbenoiten. Aenmerckende die gelegentheit der tienden voirseid unde om die onkosten te schouwen. Alsoe ist dat der pastoir voir sijn derden deil der tienden den seleven voirseide pastoir tzo competerende soude unde halden voer sijn profijt dat Dorn veldt gaenden aen myt den huys van den Bongart unde die straes opgaende lanx die Lynde tot dem bus. Wyderom sal oeck der pastoir halden dat Busvelt, den Mertens graeff unde vervolgens lanx die tienden van Eys lanx den Voegelsanck, op Busserhousen, die Huels tot den Molsberch unde Bergerveldt. Des gelijcken die Leentes heide tot den Jofferen wech gaende tot Emstenradt unde noch lanx dem berg gaende tot Sourit unde joncker Grijns goet. Unde die ander rest sal jonker Andrees voirseid als pachter |
tot de straat komend van de Dorre Boom voornoemd en gaand naar Heerlen, met inbegrip van Drievogels en de Beitel. En de genoemde tienden gelden weer helemaal langs de Heerlense straat tot de Dorre Boom bij de genoemde Landgraaf. Het is zo, dat er in het jaar 1536 op 13 mei een contract is gesloten tussen heer Andrees van Doenrade, in die tijd pastoor van Simpelveld, en jonker Andrees van den Hove als pachter van de abdis van Val Benoit, over de kwestie van de bovengenoemde tienden en met het oog op de onkosten. Het is zo dat de pastoor zijn derde deel van de tienden [moet krijgen] uit wat dezelfde pastoor toekomt en dat hij zijn winst moet halen uit het Doornveld, beginnend bij het huis van de Bongard, gaande langs de Linde tot het bos. Verder zal de pastoor ook beschikken over het Bosveld, de Mertensgraaf, en vervolgens langs de 10en van Eys, langs Vogelzang, in Bosschenhuizen en van de Huls tot de Molsberg en het Bergerveld. Evenzo de Leentesheide tot de Juffersweg richting Imstenrade en ook langs de berg richting Soureth en het veld van jonker Grijn. En voor wat betreft de rest zal jonker Andrees voornoemd als pachter |
Ga naar margenoot+der aptdissen gans unde geheel voer heem unde sijnen profijt nebben. Die thienden tzo Myngersborn, waer van der pastoir voirseid dat dryden deyl van toebehort unde der aptdissen voirseid die ander twe deil waer van sij jaerlix hebben een mudt eeven alsullix sal der pastoir alleyn voer heem behalden. Die thien lammer hoender thienden gansen thienden sullen der pastoir myt joncker Andreesen tsaemen laeten vertziendigen unde als dan gelijcker handt deilen. Allen desen contracten sijn veraccordiert tusschen den pastoir unde joncker Andrees voirseid als pachter der aptdissen sonder den een den anderen prejuditien te doen offt onrecht dan myt allen behoerlicken fruntscap unde billicheit sonder argelist. Anno -lviii- nae doet heer Andrees van Doenradt voirseid hefft heer Hendrich Bollant, in den tzijt pastoir van Sympelvelt, sich veraccordeert myt joncker Baltus van den Hoeff, der soen van joncker Andrees Hoeff zeliger als alsullicke contrack unde verbunt als voirseid is in unde myt allen articulen unde punten te onderhalden, hun beider leffdaegen sonder ergelist. |
van de abdis hiervan geheel en al voor hemzelf en zijn kinderen profijt hebben. De tienden van Mingersborn, waarvan de pastoor voornoemd het derde deel bezit en de genoemde abdis de andere twee delen, waarvoor zij jaarlijks 1 mud haver krijgt, dat zal de pastoor alleen voor zichzelf houden. De tiendlammeren, - kippen en -ganzen zullen de pastoor en jonker Andrees samen laten vertienden en daarna volgens afspraak verdelen. AI deze contracten zijn afgesloten tussen de pastoor en jonker Andrees voornoemd als pachter van de abdis, zonder dat men elkaar schade doet of onrecht, maar in alle fatsoenlijke vriendschap en billijkheid zonder voorbehoud. In het jaar 1558, na de dood van de heer Andrees van Doenrade voornoemd, heeft heer Hendrich Bollant, in die tijd pastoor van Simpelveld, een overeenkomst gesloten met jonker Baltus van den Hove, de zoon van jonker Andrees van den Hove zaliger, met dezelfde voorwaarden als bovenstaand en met alle artikelen en punten, zonder bedrog te onderhouden tijdens hun levens. |
| |
| |
Ga naar margenoot+Anno -xv c lxxi- nae doet heer Hendrich van Bollandt is pastoir worden van Sympelvelt heer Aret Dydden alias Offermans, unde anno 72 durg begerten unde aensaegen van den Eerentfesten Baltasaer van den Hoeff unde jonffrou Barbara Macereel om alsullicken contracten als geschiet waeren eerstmael tuschen heer Andreessen van Doenraedt unde sijnen oom joncker Andrees van den Hoeff zeliger, daer nae tusschen heer Henrich Bollandt als voirseid, dat sich heer Aret Dydden der tijt als pastoir oeck walde laeten vynden unde alsullix oersaecken van meerder profaten unde gelegentheit wolde laeten blijven. Unde alsullix heefft heer Arnoldt Dydden als pastoir in tegenwoerdicheit Leenart van Braeckelen borgreff op dat huys van den Bongart unde sijn huysvrouwe Getruyt Vorst, in dat huys te Overhousen joncker Baltus toebehoerende, goet willich unde fruntelich geaccordeert unde is alsullix geschiet myt consent onser beide nemlich joncker Baltus Hoeff unde sijn huysvrau Joffrou Barbara Macereel unde mich, heer Arnoldt Dydden pastoir, anno 1572 den 24 februarii. |
In het jaar 1571, na de dood van heer Hendrich van Bollandt, is de heer Aret Dydden, alias Offermans, pastoor geworden van Simpelveld, en in het jaar 1572 [is er een afspraak gemaakt], op verzoek en aandringen van de weledele Balthasar van den Hove en jonkvrouw Barbara Macereel over de contracten zoals die gesloten waren in eerste instantie tussen heer Andrees van Doenraedt en jonker Andrees van den Hove zaliger en daarna met voornoemde heer Henrich Bollandt, nl. dat heer Aret Dydden als pastoor ook ermee akkoord zou gaan en de regelingen van meerdere voordelen en situaties in stand zou houden. En aldus heeft heer Arnoldt Dydden als pastoor, in aanwezigheid van Leenart van Braeckelen, rentmeester van het huis van de Bongard, en zijn vrouw Getruyt Vorst, in het huis van Overhuizen dat toebehoort aan jonker Baltus, ingewilligd en vriendelijk goedgekeurd en aldus is het gebeurd met instemming van ons beiden, nl. jonker Baltus van den Hove en zijn vrouw, jonkvrouw Barbara Macereel, en van mij, heer Arnoldt Dydden pastoor, in het jaar 1572, de 24e februari. |
|
|