| |
| |
| |
FF. 46r-56r.
Ga naar margenoot+Verniewinge des registers der parochien kercken van Sympelvelt inhaldende die jaerlicken eerf jaergetijden, myt die onderpandt die tot der betaelinge geobligiert sijn unde die persoenen die nu ter tijt alsullicken onder pandt besytten, unde die pachten daer van betzalen. Gescreven duer myr, pastoir voerseid, anno 1571. |
Vernieuwing van het register van de parochiekerk van Simpelveld, dat de erfelijke jaardiensten bevat met de onderpanden die verplichten tot betaling, en de personen die op dit ogenblik een dergelijk onderpand bezitten en die daarvoor pacht betalen. Geschreven door mij, pastoor voornoemd, in het jaar 1571. |
|
Jan Glois unde sijn huysvrouwe Kathryn unde hun eelders jaergetzijt, waer van der pastoer heft jarlix -iii- erffvaet roggen. Underpant is een half boender lantz aen die Twe Lynden int Dornvelt, nu ter tijt aen dat Heilgen Huysken unde is Urlich Tegger alsullix schuldich te betzalen, unde die fabryck van der kercken heft -ii- vaet roggen unde der kuster -i- vaet. Unde alsullix is overgesadt op twe morgen. Der eenen morgen lickt in die Gloysdell unde der ander lickt in de Wynckel, den wellicken hylt Lens in den Waelbroeck neven Luytgens morgen op den Sandtberch. Solverunt pastori domino Henrico Bollandt usque ad annum 1564, ego vero causa restaurarum cum illis sum in lete, et iussi pannare super fundit aen die Twe Lynden anno 75. Anno 75, 76, 77, 78, 81, 82, 83 solvit Geerkens Urlichs aen dye kerck tzoe Bochudts 84, 85, 86 solvit Mechteldis Wevers, noch betaelt Mechtelt Wevers dy momber van Gertruudt Didden betaelt 88, 89, noch Mechtelt als voermomr; Getrudt betaelt 86, 87, 88, 89. Anno 15 zijn partijen bij accordt weduwe voirseid onderpandt gestaldt ende sullen den pastoir als voir betalen dry vaeten roggen allen jaer. |
Jaardienst voor Jan Glois en zijn vrouw Kathryn en hun ouders, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 3 vat rogge krijgt. Als onderpand geldt ½ bunder land bij de Twee Linden in het Doornveld, tegenwoordig bij het kapelletje, en Urlich Tegger is verplicht dat te betalen en de kerkfabriek krijgt 2 vat rogge en de koster 1 vat. En iets dergelijks geldt ook voor 2 morgen. De ene morgen ligt in de Gloysdell en de andere ligt in de Winkel; Lens in de Waalbroek beheert deze morgen naast de morgen van Luytgen op de Zandberg. Ze hebben betaald aan de pastoor, de heer Henricus Bollandt, tot het jaar 1564; ik heb echter met hen onenigheid over het onderhoud en ik heb opdracht gegeven pannen te leggen op het gebouw bij de Twee Linden in het jaar 1575. Over de jaren 1575-78, 1581-83 heeft Geerken Urlichs betaald aan de kerk van Bocholtz. Over 1584-86 heeft Mechtelt Wevers nog betaald....... Mechtelt Wevers betaalt als voogd van Gertruudt Didden over 1588 en 1589; ook betaalt Mechtelt als voogd van Gertrudt over 1586-89. In het jaar 15 hebben de partijen door een akkoord met de weduwe een onderpand gesteld en zullen ze de pastoor per jaar 3 vat rogge betalen als tevoren. |
|
Ga naar margenoot+Joffrau Margreet van Koeckem voer wellicker jaergetijt hefft der paistoir een erff vaet roggen. Dat underpant is hous unde hof Klaes Mols. Nu ter tzijt hilt alsullix onderpant Tewis der Scrijnenmeecker op den Molsberg unde den pacht betzalt exacte solverunt usque ad annum 1578. Tewis Ploumen kinder betaelt anno 81, 82, 83, 83, 84, 85. Betaelt 86, 87, 88, 89. |
Voor de jaardienst van jonkvrouw Margreet van Koeckem krijgt de pastoor erfelijk 1 vat rogge. Als onderpand dienen huis en hof van Klaes Mols en tegenwoordig is dit pand in het bezit van Tewis, de meubelmaker op de Molsberg en hij heeft de pacht betaald; volledig betaald tot het jaar 1578. De kinderen van Tewis Ploumen betalen over de jaren 1581-84. Er is betaald over 1586-89. |
|
Dat jaerbeganck van dat geheel geslecht van Emstzenraede, nemlich joncker Betrande Buetz unde joffrou Margreet van Koeckem unde hun naekoemende frunden, waer van der pastoir heft -xii- erfvaet roggen. Dat onderpant is |
De jaardienst van de hele familie van Imstenrade, nl. jonker Betrande Buetz en jonkvrouw Margreet van Koeckem en hun naaste vrienden, waarvoor de pastoor erfelijk 12 vat rogge krijgt. Onderpand zijn huis en hof |
| |
| |
hous unde hoeff in den Vroenhoff unde allen lenderijen guederen den voirseide hoff tzo behoerende unde is gelegen bij den kerckhoff van Sympelvelt. Nu ter tijt is alsullicken possederende joffrau Klueren van den Hoeff, naegelaeten weduwe joncker Grytteren unde den pacht betzalt. Coloni eius perfecte solverunt usque ad annum 1579. Colonus solvit 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
in de Vroenhof en alle grond en goederen die bij de genoemde hof behoren en het goed is gelegen bij het kerkhof van Simpelveld. Tegenwoordig in het bezit van jonkvrouw Klueren van den Hove, weduwe van jonker Grytteren en er is pacht betaald. Haar knechten hebben volledig betaald tot aan het jaar 1579. De knecht betaalt over 1581-89. |
|
Ga naar margenoot+Loduick in die Nermstraes unde sijn eerven jaerbeganck, waer van der pastoir heft -xii- bonzen. Dat onderpandt is huys unde hoeff van Loduick voirseid gelegen in die Nermstraes, regennoit der Pannesleger. Nu ter tzijt hylt Mertten Bachus unde den pacht betzalt. Exacte solverunt usque ad annum 1577. Jan Bachus betaelt 77, 78, 81, 82, 83, 84. Noch betaelt 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Loduick in de Irmstraat en zijn erfgenamen, waarvoor de pastoor 12 bouzen krijgt. Als onderpand dienen huis en hof van voornoemde Loduick, gelegen in de Irmstraat, grenzend aan de Panneslager. Tegenwoordig in het bezit van Mertten Bachus die ook de pacht betaalt. Volledig voldaan tot het jaar 1577. Jan Bachus betaalde over 1577, 1578, 1581-84. Betaalde ook over 1584-89. |
|
Willem Scheifkens unde sijn huysvrou myt hunnen kynderen jaergetzijt waer van sij den pastoir gelaeten hebben -ii- eerff vaet roggen. Underpant is huys unde hoff op den Schyn. Nu ter tzijt hylt alsullix onderpant Jan Reemkens van Bochutz unde betzaelt den pacht. Exacte solverunt usque ad annum 1578. Jan Remkens cum suis betaelt 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87. Noch betaelt 88, 89. |
Jaardienst voor Willem Scheifkens en zijn vrouw met hun kinderen, waarvoor zij de pastoor 2 vat rogge erfelijk hebben nagelaten. Als onderpand dienen huis en hof op de Schyn. Tegenwoordig is Jan Reemkens van Bocholtz in het bezit van dit onderpand en betaalt hij de pacht. Volledig voldaan tot het jaar 1578. Jan Remkens c.s. hebben voldaan over 1581-87. ook voldaan over 1588, 1589. |
|
Jan Buyssen unde sijnder huysvrouwen jaergetzijt waer van der pastoir hefft een eerff vaet roggen. Underpant is dry vierdel lantz, regenoiten neven Beissels kynder landt unde in voirhoff Heen Sceyffelers half boender. Nuy ter tzijt betzalt Klueren, Drees van Oppen weduwe, aen Synter Klaes. Exacte solverunt usque ad annum 1579. Clara van Oppen betaelt 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Jan Buyssen en zijn vrouw, waarvoor de pastoor erfelijk 1 vat rogge krijgt. Onderpand is drie vierdel land grenzend aan het land van de kinderen Beisel, en ½ bunder aan de voorkant van Heen Sceyffelers. Tegenwoordig betaalt Klueren, de weduwe van Dees van Oppen, bij Sinterklaas. Volledig voldaan tot aan het jaar 1579. Klueren van Oppen betaalt over 81-89. |
|
Ga naar margenoot+Jan in die Grayt unde sijnder huysvrou Agnes myt hun kynder jaergetzijt waar van der pastoir hefft -iij- vaet roggen erffelick unde die fabryck dry cup unde der kuster eenen cop. Dat onderpandt is een bunder lants liggende aen die Heuls bij Busschoffs landt aen eender sijden, die ander sijde Simen Jaespers morgen. Nuy ter tzijt hylt unde betzalt Kretzis in die Grait, Tryn Schyns, Pouwels Smetz. Solverunt exacte usque ad annum 1577. Solverunt 77, 78. Solverunt Thys Bremen cum suis 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87. Noch betaelt 88, 89. |
Jaardienst voor Jan in de Grayt en zijn vrouw Agnes met hun kinderen, waarvoor de pastoor erfelijk 2½ vat rogge krijgt en de kerkfabriek 3 kop en de koster 1 kop. Onderpand is 1 bunder land liggend op de Huls bij het land van Busschoff aan de ene kant, aan de andere kant 1 morgen van Simen Jaespers. Tegenwoordig is dit land in het bezit van N.N. in die Grayt, Tryn Schyns, Pouwels Smetz. Volledig voldaan tot aan het jaar 1577. Voldaan in 1577en 1578. Voldaan door Thijs Bremen met de zijnen over 1581-87. ook voldaan over 1588, 1589. |
|
Jan van der Heggen unde sijn huysvrou unde hun kynder unde Heyncken op den Berch unde sijn huysvrou jaergetzijt |
Jaardienst voor Jan van der Heggen en zijn vrouw en hun kinderen en voor Heyncken op den Berch en zijn |
| |
| |
waer van der pastoir jaerlix heft -ij- erff vaet roggen unde die fabryck -ii- cup voir die kertsen. Underpant is huys unde hoff Leenart Hegmans op den Henneberch. Nu ter tzijt hylt alsullix unde betzaelt Willem Hegmans. Solverunt exacte usque ad annum 1578. Leenardt Hegmans betaelt 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
vrouw, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1½ vat rogge krijgt en de kerkfabriek 2 kop voor de kaarsen. Onderpand zijn huis en hof van Leenart Hegmans op de Henneberg. Tegenwoordig bezit en betaalt Willem Hegmans. Volledig voldaan tot aan het jaar 1578. Leenardt Hegmans betaalt over 1581-89. |
|
Ga naar margenoot+Peter Schelen unde Berb sijn huysvrou myt hunnen kynderen jaergetzijt, waer van der pastoir heft jaerlix een eerff vaet roggen unde die fabryck -iii- cup, unde der kuster eenen cop. Dat onderpant is eenen morgen lants op den Moelen wech, neven Claes Brouwers lant. Nuy ter tzijt hylt alsullick Margreet die huysvrou van Teelen van Neyrm ende betzaelt Joest Scheyffelerts een halff vaet unde Gerit van Otegraeven een halff vaet roggen. Solverunt exacte usque ad annum 1576. Merghen Oetegraeven ende Claes Lommedams betaelt 77, 78, 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Peter Schelen en zijn vrouw Berb met hun kinderen, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge krijgt en de kerkfabriek 3 kop en de koster 1 kop. Onderpand is 1 morgen land op de Molenweg naast het land van Claes Brouwers. Tegenwoordig in het bezit van Margreet, de vrouw van Teelen van de Neyrm; en Joest Scheyffelerts betaalt ½ vat en Gerit van Otegraven ½ vat rogge. Volledig voldaan tot aan het jaar 1576. Merghen Oetegraven en Claes Lommedams betalen over de jaren 1577, 1578, 1581-89. |
|
Jen in die Belt unde haer dochter Merchen jaerbeganck waer van der pastoir hefft jaerlix -ix- cup haeveren eerfflich, op eenen hoeff tegen Jans huys op den Schijn oever, op den Mols berg. Nu ter tzijt hylt unde betzaelt Hens Kuyven. Solverunt exacte usque ad annum 1578. Alman Lambrechs betaelt anno 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88. Noch betaelt 89. |
Jaardienst voor len in die Belt en haar dochter Mercken, waarvoor de pastoor 9 kop haver erfelijk per jaar krijgt, [met als onderpand] een hoeve tegenover Jans huis op de Schyn, op de Molsberg. Tegenwoordig in het bezit van Hens Kuyven die ook betaalt. Volledig voldaan tot aan het jaar 1578. Alman Lambrechts heeft voldaan over 1581-88. Ook betaald over 1589. |
|
Ga naar margenoot+Peter in den Wijer unde sijn huysvrou Beel myt hun kynder jaergetzijt waer van der pastoir heft -ij- vaet roggen eerffelick unde die fabryck -ii- cup unde der pastoir moet den kuster geven een bouz. Dat underpant is eenen morgen lantz in den Mertensgraeff, neffen Claes Bruwers landt. Unde betzaelt Kryn Tummermans. |
Jaardienst voor Peter in den Wijer en zijn vrouw Beel met hun kinderen, waarvoor de pastoor erfelijk 1½ vat rogge krijgt en de kerkfabriek 2 kop en de pastoor moet de koster 1 bouz geven. Onderpand is 1 morgen land in de Mertensgraeff naast het land van Claes Bruwers. En Krijn Tummermans betaalt. |
|
Dan nu ter tijt hylt der pastoir eenen halven morgen lants neven sijn landt op die Heuls voir die -ij- vaet roggen alsoe lang als heem belieft, anders mach hij sijn underpant voirseid suecken. Anno 1576 post mortem Petri Byspelmans viduwe tunc exfatam pitiam terre rex confiscavit, et loco regis solvit Jacobus Lambrechs. Usque ad annum 78. Peeter Bispelmans ende Houbrecht Saevelberg betaelt anno 81, 82, 83 . Noch betaelt 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Tegenwoordig heeft de pastoor ½ morgen land naast zijn land op de Huls voor de 1½ vat rogge zolang het hem belieft, anders mag hij op zijn voornoemde onderpand beslag leggen. In het jaar 1576, na de dood van Petrus Byspelmans' weduwe, die toen geconstateerd werd, heeft de koning een deel van het land in beslag genomen en in plaats van de koning betaalde Jacobus Lambrechs. Tot aan het jaar 1578. Peter Byspelmans en Houbrecht Saevelberg hebben betaald over de jaren 1581-83. Ook betaald over 1584-89. |
|
Fye Elegast myt haeren elderen jaergetzijt waer van der pastoir jairlix hefft een halff acher mudt roggen. Dat under is hous unde hoff van Aret van Bulckom unde dry morgen |
Jaardienst voor Fye Elegast met haar ouders, waarvoor de pastoor jaarlijks ½ Akener mud rogge ontvangt. Onderpand zijn huis en hof van Aret van Buickom en 3 |
| |
| |
lantz achter sijn huys bij Capparts huys, unde die fabryck hefft oeck een halff mud roggen op eenen morgen bongartz achter dat huys van Willem Alfers van Bulckom unde oeck op dat onderpant voirseid. Nuy ter tzijt hylt unde betzalt alsullix Derich van Guylich. Coloni eius exacte solverunt usque ad annum 1578. Colonus eius solvit 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
morgen land achter zijn huis bij het huis van Capparts en de kerkfabriek ontvangt ook ½ mud rogge op 1 morgen met boomgaard achter het huis van Willem Alfers van Bulckom en ook op het genoemde onderpand. Tegenwoordig bezit en betaalt Derich van Guylich. Zijn knechten betaalden volledig tot aan het jaar 1578. Zijn knecht betaalt over de jaren 1581-89. |
|
Ga naar margenoot+Henrich Busschoff unde sijnder huysvrouwen Merchen myt hun vrunden jaergetzijt, waer van der pastoir heeft jaerlix een eerff vaet roggen unde een erff voir den cappellaen, unde die fabryck een halff vaet, unde der kuster eenen cop. Dat onderpant is huys unde hoff Mertens op die Playt, unde -iij- morgen lants liggende int Oppen loech. Nu ter tzijt hylt unde betzalt alsullix Guert Urlichs, Peter Playter, Mey Moulen. Solverunt exacte usque ad annum 1576. Voergenante partijen betaelt 76, 77, 78, 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87. Noch betaelt 88, 89, 8. |
Jaardienst voor Henrich Busschoff en zijn vrouw Merchen met hun vrienden, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge ontvangt en 1 vat erfelijk voor de kapelaan en de kerkfabriek ½ vat en de koster 1 kop. Onderpand zijn huis en hof van Merten op de Playt en 2½ morgen land liggend in het Oppenloech. Tegenwoordig bezitten en betalen Guert Urlichs, Peter Playter en Mey Moulen. Ze hebben volledig betaald tot aan het jaar 1576. Bovengenoemde partijen hebben betaald over 1576-78, 1581-87. Ook betaald over 1588, 1589, 158... |
|
Jan Hairst unde sijn huysvrou Mechtelt myt haren soen Peter jaergetzijt waer van der pastoir heeft -ii- erff vaet roggen jaerlix, unde die fabryck -ij- vaet, unde der kuster -j- vaet. Dat underpant is huijs unde hoff Jan Hairst van Busserhousen, liggende op die straes. Nuy ter tijt hylt unde betzalt alsullix Heilger Pouch unde Heyniken Mees tzo Busserhousen. Solverunt exacte usque ad annum 1578. Mechtelt, Heiliger Pouch weduwe, betaelt 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Jan Hairst en zijn vrouw Mechteld met haar zoon Peter, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 2 vat rogge ontvangt en de kerkfabriek 1½ vat en de koster ½ vat. Onderpand zijn huis en hof van Jan Hairst van Bosschenhuizen, gelegen langs de straat. Tegenwoordig bezitten en betalen Heilger Pouch en Heyniken Mees te Bosschenhuizen. Zij betaalden volledig tot aan het jaar 1578. Mechteld, de weduwe van Heilger Pouch, betaalde over 1581-89. |
|
Ga naar margenoot+Meys voer der Poertzen unde sijn huysvrou Agnees myt hun beide elders jaergetzijt waer van der pastoir hefft -iiii- merck jaerlix unde die fabryck unde der kuster een merck. Underpant is huys unde hoeff in den Waelbroeck. Nu ter tzijt hylt unde betzaelt Thijs Vigen. Dan etzonder Klaes Loepen in den Waelbroech. Solverunt exacte usque ad annum 1576 quia pauperes sunt. Jan Baenen betaelt 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Meys voer der Poertzen en zijn vrouw Agnes met hun beider ouders, waarvoor de pastoor jaarlijks 4 mark ontvangt en de kerkfabriek en de koster 1 mark. Onderpand zijn huis en hof in de Waalbroek. Tegenwoordig bezit en betaalt Thijs Vigen. Dan is er ook nog Klaes Loepen in de Waalbroek. Ze betaalden precies tot aan het jaar 1576, omdat ze arm zijn. Jan Baenen heeft betaald over 1581-89. |
|
Wyllem van den Hoeff unde sijn huysvrou Katryn myt hunder frunden jaergetzijt waer van der pastoir hefft jaerlix een halff mud haeveren. Dat onderpandt is twe morgen lantz liggende tuschen Bochuts unde Fleggendael. Nuy ter tzijt betzalt Karis int gasthuys dry vaet haeveren. Unde die ander sijnt myt pastoirs consent affgelacht ter causen dat dy voirseide morgen te sier myt ander rentten belast waeren. Nuy ter tzijt hylt unde betzalt alsullix Meij Raedermechers op die Heide tzo |
Jaardienst voor Wyllem van den Hoeff en zijn vrouw Katryn met hun vrienden, waarvoor de pastoor jaarlijks ½ mud haver ontvangt. Onderpand zijn 2 morgen land gelegen tussen Bocholtz en Vlengendaal. Tegenwoordig betaalt Kanis in het gasthuis 3 vat haver. En de andere zijn met toestemming van de pastoor opgeschort, omdat de genoemde morgens te veel belast waren met andere renten. Tegenwoordig bezit en betaalt Mey Raedermechers op de Heide bij Bocholtz |
| |
| |
Bochuts. Solverunt exacte usque ad annum 1578. Mey Raedermeeckers betaelt anno 78, 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
dat land. Ze hebben volledig betaald tot aan het jaar 1578. Mey Raedermechers heeft betaald over de jaren 1578, 1581-89. |
|
Ga naar margenoot+Hein Prickerts unde sijn huysvrou Katryn myt hunnen kynderen jaergetzijt waer van der pastoir hefft jaerlix een eerff vaet roggen, unde die fabryck een vaet. Dat onderpant ist twe morgen lants aen den Wijsen Stein int Busveldt, regenoit aen die een sijde Jan van Raede. Unde hylt alsullix Claes Brouwers unde nu ter tzijt halden unde betzaelen alsullix die erffen van Nijs Brouwers, als Lambrecht Vreuts van Sorut. Solverunt exacte usque ad annum 1578. Anno 78, 81, 82, 83 solvit Claes Lommendomps item 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Hein Prickerts en zijn vrouw Katryn met hun kinderen, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge ontvangt en de kerkfabriek 1 vat. Onderpand zijn 2 morgen land bij de Witte Steen in het Bosveld, naast Jan van Raede. En Claes Brouwers bezit dat land en tegenwoordig bezitten en betalen de erfgenamen van Nijs Brouwers en Lambrecht Vreunts van Soureth. Ze betaalden volledig tot aan het jaar 1578. In de jaren 1578, 1581-83 betaalde Claes Lommendomps; idem in 1584-89. |
|
Katrijn unde Fye Jan Scheiffelerts huysvrouwen unde hun voirelderen jaergetzijt, waer der pastoir jaerlix van hefft een erff vaet roggen unde die fabryck oeck alsoe veel. Unde dat onderpant is twe morgen lants aen den Wijssen Steyn int Busvelt, die wellicken nuy hylt Claes Brouwers. Unde nu ter tzijt hylt alsullick Lambrecht Vreunts van Sorut. Solverunt exacte usque ad annum 1578. Claes Lommendomps solvit 78, 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87. Claes solvit 88, 89. |
Jaardienst voor Katryn en Fye, de vrouwen van Jan Scheiffelert, en hun voorouders, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge ontvangt en de kerkfabriek evenveel. En als onderpand gelden 2 morgen land bij de Witte Steen in het Bosveld, die nu in het bezit zijn van Claes Brouwers. En op dit ogenblijk is het land in het bezit van Lambrecht Vreunts van Soureth. Zij betaalden volledig tot aan het jaar 1578. Claes Lommendomps betaalde over 1578 en 1581-87. Claes betaalde over 1588 en 1589. |
|
Ga naar margenoot+Guert Heutz unde sijn eelder jaergetzeit, waar voir der pastoir hefft jaerlix een eerff vaet roggen. Dat onderpant is allen dat eerff unde goet huys unde hoeff van Lenaert Huetz unde Simen Heuts, nuy ter tijt hylt unde betaelt Paeschen Heuts. Solvit exacte Pascasius Heutz usque ad annum 1576. Paeschen Heuts betaelt 76, 77, 78, 81, 82, 83, 84, 85, 86. Met Paeschen Heuts eerfgenaemen gereeckent unde betaelt tot anno anno 89. |
Jaardienst voor Guert Heutz en zijn ouders, waarvoor de pastoor jaarlijks 1 vat rogge ontvangt. Onderpand zijn alleen erf en goed, huis en hof van Lenart Huets en Simen Heuts. Tegenwoordig bezit en betaalt Paeschen Heuts. Paeschen Heuts betaalde tot aan het jaar 1576. Paeschen Heuts betaalde over 1576-78, 1581-86. Met Paeschen Heuts' erfgenamen afgerekend en zij hebben betaald tot het jaar 1589. |
|
Lenart Heuts unde sijn huysvrou Berb jaergetzijt waer van der pastoir hefft jaerlix een eerff vaet roggen unde die fabryck een halff vaet eenen cop unde der kuster eenen cop. Dat underpant is Lenart Heuts huys unde hoff in die Nerm straes; regennot Paeschen Heuts voerhoif Meerten Bachus hous, die ander sijde die Gaest, nu ter tzijt hylt Lenart Huetz unde betzaelt. Solverunt exacte Lenart Bispelmans et uxor eius. Eelysabeht Huetz usque ad annum 1577. Weduwe Leenarts Bispelmans betaelt 77, 78. Heuts partijen betaelt 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Lenart Heuts en zijn vrouw Berb, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge ontvangt en de kerkfabriek ½ vat en 1 kop en de koster 1 kop. Onderpand zijn Lenart Heuts' huis en hof in de Irmstraat, naast Paesschen Heuts aan de voorkant van het huis van Meerten Bachus; aan de andere kant de Gaas, tegenwoordig in het bezit van Lenart Huetz die ook betaalt. Lenart Bispelmans en zijn vrouw, Eelysabeth Huetz, hebben volledig betaald tot aan het jaar 1577. De weduwe van Lenart Bispelmans heeft voldaan in 1577 en 1578. De metgezellen hebben betaald van 1581-89. |
| |
| |
Ga naar margenoot+Jan Roe unde sijn huysvrouwe Meij unde hun kynder unde hun voireelderen jaergetzijt waer van der pastoir jaerlix hefft -ii- eerff vaet roggen unde die fabryck -ii- vaet roggen. Dat onderpant is huys unde hoeff tzo Bulckom unde die leenderijen unde hemden ende daer tzoe behoerende require folio. Nuy ter tzijt hylt unde betzalt Dirich Broumans tzo Guylich offt sijn halfforen hebben betzalt van sijnen twegen. Solverunt coloni in Bulckom ex parte Theodoric Braumans exacte usque ad annum 1576. Solverunt 78, 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Jan Roe en zijn vrouw Meij en hun kinderen en hun voorouders, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 2 vat rogge ontvangt en de kerkfabriek 2 vat rogge. Onderpand zijn huis en hof te Bulkum en de landerijen en beemden en wat daarbij hoort, zoek op folio...... Tegenwoordig bezit en betaalt Dirich Broumans te Gulik, of zijn halfwin heeft betaald namens hem. De knechten in Bulkum hebben namens Dirich Braumans volledig betaald tot aan het jaar 1576. Ze betaalden ook over 1578, 1581-89. |
|
Jan van den Hoeff unde sijn huysvrou Cathrijn myt hun eelders jaergetzijt, waer van der pastoir jaerlix hefft -xii-merck unde die fabryck -iiii- merck, unde der kuster een merck. Underpant is buys unde hoeff tzo Bulckom, nuy ter tzijt hylt unde betzalt Dirich Broumans van Guylich. Solvit Theodoricus Broumans exacte usque ad annum 1579. Colonus solvit 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Jan van den Hove en zijn vrouw Cathryn met hun ouders, waarvoor de pastoor jaarlijks 12 mark ontvangt en de kerkfabriek 4 mark en de koster 1 mark. Onderpand zijn huis en hof te Bulkum, tegenwoordig in het bezit van Dirich Broumans van Gulik die ook betaalt. Theodericus Broumans betaalde volledig tot aan het jaar 1579. De knecht betaalde van 1581-9. |
|
Ga naar margenoot+Ittien van den Kryclcelberch jaergetzijt waer van der pastoir hefft jaerlix een eerff vaet roggen. Dat onderpant is huys unde hoff unde allen lenderijen den Kryckelberch tzo behoerende. Nuy ter tzijt betzalt unde hylt Meys op den Sandtberg unde Kryckelberg Jupken. Exacte solverunt ambo usque ad annum 1577. Jupken Kryckelberch betaelt anno 77, 78, 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Ittien van den Kryckelbergh, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge ontvangt. Onderpand zijn huis en hof en alle landerijen behorend bij de Krikkelberg. Tegenwoordig betalen en bezitten Meys op den Sandtberg en Kryckelberg Jupken. Ze betaalden beide volledig tot het jaar 1577. Jupken Kryckelberch betaalde in de jaren 1577, 1578, 1581-89. |
|
Tylman Momber unde sijnder frunden jaergetzijt, waer van der pastoir hefft jaerlix -ii- eerff vaet roggen. Dat onderpant is op den Heinsberch bij die herberge tzo Bochutz unde -iiii- morgen lants die wellicken liggen op den Colleneer wech, hyr voertijts hefft alsullicken gehalden Klaes Bruwers van Sympelvelt. Daer nae Heilger Cardinael, unde nuy ter tijt hylt alsullicken joncker Baltus van den Haeff myt verbuytten. Dan Helger Cardinael hefft allen tzijt betzalt. Exacte solutum est ab prefato Helrico usque ad annum 1578. Heilger Cardinael betaelt 78, 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Tylman Momber en zijn vrienden, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 2 vat rogge ontvangt. Onderpand is bij de herberg op de Heinsberg te Bocholtz en 4 morgen land die gelegen zijn aan de Keulseweg, vroeger in het bezit van Klaes Bruwers van Simpelveld. Daarna Heilger Cardinael en tegenwoordig door ruil in het bezit van jonker Baltus van den Hove. Vervolgens heeft Helger Cardinael altijd betaald. Er is volledig betaald door voornoemde Helger tot aan het jaar 1578. Heilger Cardinael betaalde over de jaren 1578, 1581-89. |
|
Ga naar margenoot+Lenart Priccarts unde sijn eelderen jaergetzijt waer van der pastoir hefft een eerff vaet roggen unde die fabryck -iii- cup unde der kuster eenen cop. Dat underpant is sijns kents gedeils op den Priccartzberg, nuy ter tzijt hylt alsullix unde betzaelt Geryt Priccartz. Exacte solvit Gerardus Priccartz usque ad annum 1575. Gerardt Priccarts betzaelt 75, 76, 77, 78, 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Lenart Priccarts en zijn ouders, waarvoor de pastoor erfelijk 1 vat rogge ontvangt en de kerkfabriek 3 kop en de koster 1 kop. Onderpand is het gedeelte aan zijn kant op de Priccartberg; tegenwoordig in het bezit van Geryt Priccartz die ook betaalt. Geryt Priccartz betaalde volledig tot aan het jaar 1575. Geryt Priccarts betaalde van 1575-78 en van 1581-89. |
| |
| |
Heyn Fellarts unde sijn huysvrou Trynchen unde hun kynder jaergetzijt, waer van der pastoir hefft jaerlix -ij- vaet roggen eerffelich. Die regenoeten sijn voerhuyt die baech unde die ander sijde die Raeder straes. Dat onderpant is huys unde hoeff Leenart Muylens. Die regenoeten als boeven. Unde noch twe morgen lants in dat Berger veldt neven Simen Jaespers lant, unde die fabryck hefft eenen cop unde der kuster eenen cop. Nuy ter [tijt] hylt unde betzalt Jacop Lambrecht in den Korf. Exacte Jacobus Lambrechs solvit usque ad annum 1575. Jacop Lambrechs betaelt 75, 76, 77, 78. Agnes van Oppen betaelt anno 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Heyn Fellartz en zijn vrouw Trynchen en hun kinderen, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1½ vat rogge ontvangt. Grenzen zijn aan de voorkant de beek en aan de andere kant de Rolduckerstraat. Onderpand zijn huis en hof van Leenart Muylens. De grenzen als boven. En ook 2 morgen land in het Bergerveld naast Simen Jaspers' land en de kerkfabriek ontvangt 1 kop en de koster 1 kop. Tegenwoordig in het bezit van Jacob Lambrecht in de Korf, die ook betaalt. Jacob Lambrechs betaalde volledig tot aan het jaar 1575. Jacob Lambrechs betaalde van 1575-78. Nees van Oppen betaalde in de jaren 1581-89. |
|
Ga naar margenoot+Horion. Jaspaer unde sijn huysvrou Merchen unde hun kynder jaergetzijt waer van der pastoir hefft jaerlix -ij- vaet roggen eerflich, unde die fabryck eenen cop, unde der kuster eenen cop. Dat onderpant is -iiii- morgen lants aen den Lyndenstock, nuij ter tzijet hylt unde betzalt Andrees van Oppen, Scholtert. Uxor Andree Clara exacte solvit usque ad annum 1578. Clara betaelt 78, 81, 82, 83, oft Peeter Jongen. Nu betzaelt This Vechters -iii- cup unde Leenardt Kausten -iii- cup Voerseide partijen betaelt 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Horion. [ander handschrift] Jaardienst voor Jaspaer en zijn vrouw Merchen en hun kinderen, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1½ vat rogge ontvangt en de kerkfabriek 1 kop en de koster 1 kop. Onderpand zijn 4 morgen land aan de Lyndenstock; tegenwoordig bezit en betaalt Andrees van Oppen, de schout. De vrouw van Andrees, Kleur, betaalde tot aan het jaar 1578. Kleur betaalde in 1578 en van 1581-83, ofwel Peeter Jongen. Nu betaalt This Vechters 3 kop en Leenardt Kausten 3 kop. Genoemde groepen betaalden over 1584-89. |
|
Matthijs joncker Durtzant unde joncker Peter Durtzant unde hun frunden jaerbeganck waer voer der pastoir gehalden is allen sondaegen te bydden, waer voer der pastoir heft jaerlix een halff mudt haeveren erfflick. Dat onderpant is een boenre landts liggende aen die Heuls unde hylt alsullix Geryt Starmans. Noch is underpant huys unde hoeff op den Hennenberch, Geryt Starmans tzo behoerende. Nu ter tzijt hylt Peter Kuypers unde Leenart, Gentes Starmans soen. Leenart Haiflong exacte solvit usque ad annum 1576. Quia pauper erat. Peeter Kuippers unde Peeter Bispelmans betaelt 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Matthys jonker Durtzant en jonker Peter Durtzant en hun vrienden, voor wie de pastoor verplicht is iedere zondag te bidden, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk ½ mud haver ontvangt. Onderpand zijn huis en hof op de Henneberg, in het bezit van Geryt Starmans. Tegenwoordig in het bezit van Peter Kuypers en Leenart, zoon van Gente Starmans. Leenart Haiflong betaalde volledig tot aan het jaar 1576, omdat hij arm was. Peeter Kuyppers en Peeter Bispelmans betaalden van 1583-89. |
|
Ga naar margenoot+Jan op den Schyn jaergetzijt waer van der pastoir hefft jaerlix -ix- cup haeveren eerfflich. Dat onderpant is een stuck lants gelegen onder Busschop hoff op den Moilsberch neven Nys Byspelmans lant, nu ter tzijt neven Peter Byspelmans lant. Nuy ter tzijt hylt unde betzaelt Klaesken Schyns op die Baech. Nicolaus Schyns exacte solvit usque ad annum 1578. Nicolaus Schyns betaelt 78, 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Jan op den Schyn, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 9 kop haver krijgt. Onderpand is een stuk land gelegen onder de hoeve van Busschop op de Molsberg, naast het land van Nys Byspelmans, nu naast het land van Peter Byspelmans. Tegenwoordig bezit en betaalt Klaesken Schyns op die Baech. Nicolaes Schijns betaalde volledig tot aan het jaar 1578. Nicolaes Schijns betaalde in 1578 en van 1581-89. |
|
Der voirseide Nys Byspelmans gylt jaerlix van eenen stuck landts neven Jan Schyns lant den pastoir -ix- cup |
De genoemde Nys Byspelmans geeft jaarlijks van een stuk land naast dat van Jan Schyns aan de pastoor 9 kop |
| |
| |
haeveren, nu ter tzijt hylt unde betzaelt Peter Byspelmans aen die kerck. Petrus Byspelmans exacte solvit usque ad annum 1577. Petrus Byspelmans betaelt 77, 78, 81, 82, 83 jaerlix -ix- cup haveren. Item betaelt 84, 85, 86, 87. Anna, weduwe, betaelt 88, 89. |
haver; tegenwoordig in het bezit van Peter Byspelmans, die ook betaalt aan de kerk. Peter Byspelmans betaalde volledig tot aan het jaar 1577. Peter Byspelmans betaalde jaarlijks over 1577, 1578 en van 1581-83: 9 kop haver. Idem betaalde Anna, de weduwe, over 1588 en 1589. |
|
Jan Loduwyck in dye Nermstras jaerbeganck waer van der pastoer heff een halff eerff vas roggen jaerlix. onderpant der Lyndenstock aen Synter Klas. Nu possideert unde betaelt Kleur Nacken. Klara Nacken exacte solvit usque ad annum 1577. Clara Nacken betaelt 77, 78, 81, 82, 83 jaerlix een halff vas. Meryen van Oppen oft Peeter Jongen betaelt 84, 85, 86, 87, 88. |
Jaardienst voor Jan Loduwyck in de Irmstraat, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk ½ vat rogge ontvangt. Onderpand de Lyndenstock bij Sinterklaas. Tegenwoordig bezit en betaalt Kleur Nacken. Kleur Nacken betaalde exact tot aan het jaar 1577. Kleur Nacken betaalde in 1577, 1578 en van 1581-83 jaarlijks ½ vat. Meryen van Oppen of Peeter Jongen betaalden van 1584-88. |
|
Ga naar margenoot+Beelgen Meys jaergetzijt waer van der pastoir heff-ix-] bouzen, unde die fabryck -iiii- bouzen, unde der kuster -iii- bouzen. Dat onderpant is hous unde hoff in den Waelbroeck. Nuy ter tzijt hylt Sander Klaesken. Sander Klaesken exacte solvit usque ad annum 78. Quia pauper est demiso illi omnia usque ad annum 1579. |
Jaardienst voor Beelgen Meys, waarvoor de pastoor 9 bouzen ontvangt en de kerkfabriek 4 bouzen en de koster 3 bouzen. Onderpand zijn huis en hof in de Waalbroek. Tegenwoordig in het bezit van Sander Klaesken. Sander Klaesken betaalde volledig tot aan het jaar 1578; omdat hij arm is heb ik hem alles kwijt gescholden tot het jaar 1589. |
|
Lens Scholterten jaergetzijt waer van der pastoir hefft -xviii- bonzen, unde die fabryck -vi- bouzen, unde der kuster -vi- bouzen. Underpant sijn huys unde hoeff in den Waelbroeck. Nu ter tzijt hylt Merchen Joesten, Thys Vigen, Lemmen in den Waelbroeck. Meyken Joesten exacte solvit usque ad annum 1576. Lemmen cum suis betaelt 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Lens Scholterten, waarvoor de pastoor 18 bouzen ontvangt en de kerkfabriek 6 bouzen en de koster 6 bouzen. Onderpand zijn huis en hof in de Waalbroek. Tegenwoordig in het bezit van Merchen Joesten, Thijs Vigen en Lemmen in den Waelbroeck. Meyken Joesten betaalde volledig tot aan het jaar 1576. Lemmen met aanhang betaalde over de jaren 1581-89. |
|
Dese naevolgende pachten van den jaerbegancker gefundeert in der cappellen tzo Bochuts heft ontvangen heer Jan Vrunt, cappellaen der voerseide capellen unde Claes Heynekens custer anno 1566 tot anno 1573. Daer nae heer Mathijs tot anno 1575. Daer nae heer Mertten Moulandt als cappellaens. |
De volgende pachten van de jaardienst, gesticht in de kapel van Bocholtz, hebben heer Jan Vrunt ontvangen, kapelaan van de genoemde kapel en Claes Heynckens, koster van 1566-1573. Daarna heer Matthys tot het jaar 1575. Daarna heer Mertten Moulandt, beiden als kapelaans. |
|
Ga naar margenoot+Jan unde sijn huysvrou Leen jaergetzijt die wellicken der fabrycken der cappellen van Bochults hebben eerffelick gelaeten een kleyn tienden waer uut der pastoir hefft -vi- vaet roggen wellicken thienden was genampt Heiden gront offt Heilgunt oeck betzaelt die fabryck off die kerckmeisters den pastoir allen jaer. Anno 1577 hoespes in die herbrecht gener Henrici Cardenael ultimo solvit 78, 81, 82, 83; pastoer betaelt van den kerckemeisteren 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Jan en zijn vrouw, die aan de kerkfabriek van de kapel van Bocholtz erfelijk een kleine tiende hebben nagelaten, waarvan de pastoor 6 vat rogge ontvangt; de tiende heette ‘Heidengrond’ of ‘Heilgunt’. Ook betalen de kerkfabriek of de kerkmeesters ieder jaar aan de pastoor. In het jaar 1577 betaalde de kastelein in de herberg, schoonzoon van Heyn Cardenael, uiteindelijk over het jaar 1578 en van 1581-83; de pastoor werd betaald door de kerkmeesters over 1584-89. |
| |
| |
Mechtelt Tegger unde haeren huysheer jaergetzijt waer van der pastoir hefft eerfflich een halff vaet roggen. Dat onderpant is twe morgen lants op die Heide. Unde der kuster hefft twe bouzen. Nu ter tzijt hylt unde betzaelt Guert Teggers cum suis. Guert Tegger cum suis solverunt exacte usque ad annum 1577. Geurt solvit anno 77, 78, 81, 82, 83, 84. Cleusken Tegger betaelt anno 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Mechteld Tegger en haar echtgenoot, waarvoor de pastoor erfelijk ½ vat rogge ontvangt. Onderpand is 2 morgen land op de Heide. En de koster krijgt 2 bouzen. Tegenwoordig bezit en betaalt Guert Teggers met de zijnen. Guert Tegger c.s. betaalden volledig tot aan het jaar 1577. Guert betaalde in het jaar 1577, 1578 en van 1581-84. Cleusken Tegger betaalde over de jaren 1585-89. |
|
Ga naar margenoot+Jan Syben unde sijnder huysvrou jaergetzijt waer van der pastoir eerfflich hefft -ij- vaet roggen. Dat onderpant is der gantser Sybe goet, bous unde hoeff. Nu ter tzijt haldende unde betaelende joffrou Grytteren in den Vroenhoff, Paeschen Heuts, Mei aen die kerck. Exacte solverunt usque ad annum 1578. Solverunt 81, 82, 83, gepandt. |
Jaardienst voor Jan Sijben en zijn vrouw, waarvoor de pastoor erfelijk 1½ vat rogge ontvangt. Onderpand is het hele bezit van Sijbe, huis en hof. Tegenwoordig in het bezit van jonkvrouw Grytteren in de Vroenhof, Paeschen Heuts en Mei aen die Kerck, die ook betalen. Zij betaalden volledig tot aan het jaar 1578. Zij betaalden van 1581-83; [daarna] beslag gelegd. |
|
Gret unde Peter Muylen unde hunder huysvrouwen jaergetzijt, waer van der pastoir hefft jaerlix een eerff vaet roggen, unde der kuster eenen cop. Dat onderpandt is hun huys unde hoeff op die Heide tzo Bochutz. Nuy ter tzijt hylt unde betzaelt Mey Radermeeckers op die Heide. Mey Raedermecher betaelt 71, 72, 73, '4 75, 76, 77. Mei Radermeeckers exacte solvit usque ad annum 1578 aen Claes Heynekens custer tot Bochuts Mey voirseid jaerlix betaelt eenen cop roggen jarlix. Anno 79 quytgeslaegen. Anno 1508 [1580] Mey betzalt als voerseid. Item 81, 82, 83 betaelt aen Alman Lambrechs van mijnen twegen ontfangen 84, 85, 86. Mei Raedermechers eerffgenaemen betaelt 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Gret en Peter Muylen en hun vrouwen, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge ontvangt en de koster 1 kop. Onderpand is hun huis en hof op de Heide in Bocholtz. Tegenwoordig bezit en betaalt Mey Raedermeeckers op de Heide. Mey Radermecher betaalde volledig tot aan het jaar 1578 aan Claes Heynekens, de koster in Bocholtz. Mey voornoemd betaalde jaarlijks 1 kop rogge. In het jaar 1579 kwijt gescholden. In het jaar 1580 betaalde Mey als tevoren. Evenzo betaalde ze in 1581-83 aan Alman Lambrechs, die namens mij inde over 1584-86. De erfgenamen van Mei Raedermechers hebben betaald van 1587-89. |
|
Ga naar margenoot+Kaerl Sleipen unde sijnder huysvrouwen Jutte jaergetzijt waer voir der pastoir hefft -i- erff vaet roggen jaerlix. Underpant is huys unde hoff op den Pryccart. Nuy ter tzijt hylt Weggen Klaes. Unde ter causen dat die kerckmeisters van Bochuts int recht staen myt Klaesen voirseid alsoe betzaelen die kerckmeisters den pastoir. Editimi ecclesie solverunt exacte usque ad annum 1578. Solverunt 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Kaerl Sleipen en zijn vrouw Jutte, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge ontvangt. Onderpand is huis en hof op de Prickart. Tegenwoordig is Weggen Klaes de bezitter. En omdat de kerkmeesters van Bocholtz in de schuld staan bij Klaes voornoemd, betalen de kerkmeesters de pastoor. De kerkmeesters betaalden volledig tot aan het jaar 1578. Ze betaalden over de jaren 1581-89. |
|
Eve Keyen jaergetzijt waer van der pastoir hefft een eerff vaet roggen jaerlix. Unde die kerckmeister van Bochuts betzaelen den pastoir jaerlix. Hoespes in die herbercht solvit tamquam editimus capelle anno 1577. Solverunt 1508 [1580], 81, 2, 3 editimi ecclesie, dye kercken momber betaelt '4, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Eve Keyen, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1vat rogge ontvangt. En de kerkmeesters van Bocholtz betalen de pastoor jaarlijks. De kastelein van de herberg betaalde als kerkmeester van de kapel in het jaar 1577. In 1580 betaalden de kerkmeesters. De kerkvoogd betaalde in de jaren 1584-89. |
| |
| |
Ga naar margenoot+Jan Iseremans unde Mechtelt sijn huysvrou jaergetzijt waer van der pastoir jaerlix hefft een halff vaet roggen eerfflich. Dat onderpant is huys unde hoefftzo Horn, unde der kuster hefft voir sijn verdienst eenen cop roggen. Nuy ter tzijt hylt unde betzaelt Leenart Iseremans. Leonardus Iseremans solvit usque ad annum 1577 exacte Leonardus solvit 78, 81, 82, 83, 84, 85, 86, 88, 89. |
Jaardienst voor Jan Iseremans en Mechtelt zijn vrouw, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk ½ vat rogge krijgt. Onderpand zijn huis en hof te Horn, en de koster krijgt voor zijn diensten 1 kop rogge. Tegenwoordig bezit en betaalt Leenart Isermans. Leenart Isermans betaalde tot aan het jaar 1577 volledig. Leenart betaalde in 1578 en van 1581-89. |
|
Jan Cardinael unde sijn huysvrou Coryn jaergetzijt waer van der pastoir heff jaerlix een eerff vaet roggen. Dat onderpant is twe morgen lants die wellicken nu ter tzijt hylt Willem, Kryns Muylens soen, unde der kuster heff eenen cop roggen. Nu ter tijt hylt unde betzaelt Fie op geen Bochutterhei neven Mey Radermeeckers unde betaelt aen den capellaen ende kuster. Sophia prescripta exacte solvit usque ad annum 1578. Sophia solvit 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87, 88, 89. |
Jaardienst voor Jan Cardinael en zijn vrouw Coryn, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge ontvangt. Onderpand zijn 2 morgen land, die tegenwoordig in het bezit zijn van Willem, de zoon van Krijn Muijlen. En de koster krijgt 1 kop rogge. Tegenwoordig bezit en betaalt Fie op de Bocholtzerheide naast Mey Radermeeckers en zij betaalt aan de kapelaan en de koster. Voornoemde Fie betaalde volledig tot aan het jaar 1578. Fie betaalde over de jaren 1581-89. |
|
Ga naar margenoot+Peter Systermans unde sijn huysvro Ida jaergetzijt waer van der pastoir hefft een eerff vaet roggen jaerlix unde der kuster eenen cop unde die fabryck dry cop. Unde dat onderpant is een halff boenre lants achter die Rijtters koul. Nuy ter tzijt hylt Klueren, weduwe van Andrees van Oppen, unde betzaelt. Exacte solvit Clara usque ad annum 1579. Clara seu Petrus Jongen solvit 81, 82, 83, 84, 85, 86. Quarum animarum et nostrarum propitietur omnipotens Deus et misericors dominus. |
Jaardienst voor Peter Systermans en zijn vrouw Ida, waarvoor de pastoor jaarlijks erfelijk 1 vat rogge ontvangt en de koster 1 kop en de kerkfabriek 3 kop. En onderpand is een halve bunder achter de Ridderskoul. Tegenwoordig in het bezit van Kleur, weduwe van Andrees van Oppen, en zij betaalde. Kleur betaalde volledig tot aan het jaar 1579. Kleur of Peter Jongen betaalden van 1581-86. Moge de almachtige God en barmhartige Heer deze en onze zielen genadig zijn. |
|
|