Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdanti-illusionistisch toneelToneelvorm waarin de toneelillusie bewust doorbroken wordt om onder meer door middel van het vervreemdingseffect, zoals dat bijv. door Bertold Brecht werd gebruikt, de toeschouwer te verhinderen zich in de personages en de handeling van het stuk in te leven. In Nederland werd deze toneelvorm toegepast door Willem Royaards en Eduard Verkade aan het begin van de 20ste eeuw. In Vlaanderen experimenteerde de Internationale Nieuwe Scène in de jaren ’70 met dit type theater en in Nederland schreef S. Polet anti-illusionistisch toneel, bijv. met Adam X (1973). Vaak berust het anti-illusionistische op de doorbreking van de zgn. vierdewand-fictie. Er is een glijdende overgang naar extremere vormen van modern toneel, zoals het absurd theater (absurd toneel) en het antitheater, die soortgelijke doelstellingen hebben. Lit: L.W. Nauta, De mens als vreemdeling: een wijsgerige studie over het probleem van de vervreemding in de moderne literatuur (1960) R. Hayman, Theatre and Anti-Theatre. New movements since Beckett (1979) R.L. Erenstein, ‘Zomerspelen in Laren onder leiding van Royaards en Verkade’ in R.L. Erenstein (red.), Een theatergeschiedenis der Nederlanden (1996), p. 552-559.
|
|