Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdschrijfboekDoor 16de- en 17de-eeuwse schrijfmeesters (schrijver) geproduceerde boeken met lettervoorbeelden (‘exemplaer boecken’), vergelijkbaar met de letterproeven van drukkers. Vooral na de uitvinding van de kopergravure was het mogelijk de lettervoorbeelden te voorzien van veel en ingewikkeld krulwerk. Het eerste gedrukte schrijfboek (typografisch schrijfboek) was van de Italiaan Ludovico Arrighi (1522). In de Nederlanden waren het vooral cartografen en Franse schoolmeesters die zich op de kalligrafie wierpen, de eersten (Jodocus Hondius en Gerard Mercator) om duidelijke letters te vinden voor gebruik op hun kaarten, de laatsten (Felix van Sambix, Jan van den Velde, Maria Strick, Abraham van Overbeke) ten behoeve van het onderwijs. De schrijfkunst werd in de 17de eeuw tot een rage; de ‘ars pennae’ werd beschouwd als de tiende muze. Er werden ook wedstrijden in georganiseerd om de ‘prix de la plume couronnée’. Schrijfmeesters werden door dichters bezongen (Van den Velde, Hendrik Meurs en Lieven Coppenol door o.a. Vondel) en door schilders geportretteerd (Maria Strick door Mierevelt, Coppenol door Rembrandt), terwijl ook sommige auteurs zich met kalligrafie bezighielden (bijv. Anna Roemers Visscher in haar Letter-Juweel (ed. De Kruyter, 1971). Een achttal Nederlandse schrijfboeken is in de serie Penman's Paradise in facsimile uitgegeven in de jaren 1968-1971, nl. van Clément Perret, Jodocus Hondius, Jan van den Velde (twee schrijfboeken), Gerardus Mercator, Maria Strick, David Roelands en Simon de Vries.
Typografisch schrijfboek van Cornelis Crul [bron: H. Bekkering e.a. (red.), De hele Bibelebontse berg (1990), p. 77].
Lit: P.H. van Gestel & G.C.F. van der Laan, Schrijven en schrijfonderwijs (19193), p. 147-169 A.R.A. Croiset van Uchelen, [‘Recensie facsimile-uitgaven schrijfboeken’] in Quaerendo 1 (1971), p. 223-226 A.R.A. Croiset van Uchelen, ‘Dutch writing-masters and the Prix de la Plume Couronnée’ in Quaerendo 6 (1976), p. 319-346 D. Jackson, Van beitel tot vulpen (1981), p. 118-129 A.R.A. Croiset van Uchelen, ‘De raadselachtige schrijfmeester Clemens Perret en zijn twee materieboeken’ in A. Horodisch (red.), De arte et libris (1984), p. 43-60 T. Croiset van Uchelen, Deliciae: over de schrijfkunst van Jan van den Velde (1984) T. Croiset van Uchelen, Vive la plume: schrijfmeesters en pennekunst in de Republiek (2005) T. Croiset van Uchelen, ‘Maria Strick, schoolhoudster en kalligrafe in de Gouden Eeuw’ in Jaarboek van het Nederlands Genootschap van Bibliofielen 15 (2007), p. 33-86 T. Croiset van Uchelen, ‘Een bijzonder exemplaarboek’, ‘Een nuttig ABC voor de jeugd’ en ‘Een Konstboek ter herinnering aan de maker’ in Papieren pracht uit de Amsterdamse Gouden Eeuw; geschenken van het Dr. Th.J. Steenbergen Fonds (2011), p. 112-137.
|
|