Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdparagraaftekenEtym: Gr. para-grafein = ernaast schrijven. Term uit de paleografie en codicologie. In middeleeuwse handschriften treft men regelmatig paragraaftekens aan, meestal in de gedaante van een hoofdletter C met een verticale streep er doorheen (¶). Hun oorspronkelijke functie is die van ondersteuning van de voordracht geweest, met name door het markeren van de directe rede op plaatsen waar een voorlezer gemakkelijk in de fout zou kunnen gaan. Toen men er meer en meer toe overging zelf te lezen, kreeg het paragraafteken een structurerende functie, vergelijkbaar met die van de lombarde. Waar het paragraafteken strikt structurerend gebruikt wordt, komt ook wel het semi-paragraafteken voor. In eenvoudige handschriften zette de kopiist de rode paragraaftekens doorgaans zelf. In meer luxueuze codices was het de rubricator (rubricatie) die de rode of afwisselend rood-blauwe paragraaftekens zette aan de hand van door de kopiist geplaatste representanten. Tegenwoordig gebruikt men het paragraafteken (§; paragraaf) in combinatie met een doorlopende nummering vooral in handboeken en in juridische en wetenschappelijke teksten.
Een rood paragraafteken (midden-onder) op een bladzijde uit Maerlants Spiegel Historiael (13de eeuw). [bron: D. Hogenelst & F. van Oostrom, Handgeschreven wereld (1995), p. 30]
Lit: W. Kuiper, ‘Lombarden, paragraaf- en semiparagraaftekens in Middelnederlandse epische teksten’ in Spektator 10 (1980-1981), p. 50-85.
|
|