Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdcomédie d’intrigueEtym: Fr. intrigeblijspel, verwikkelingsblijspel < Lat. intricare = verwikkelen. Blijspel waarvan de handeling bepaald wordt door de gecompliceerde verwikkelingen waarin de personages verstrikt raken en waarin het komische voor een belangrijk deel veroorzaakt wordt door de kennisvoorsprong van de toeschouwer, de zgn. dramatische ironie. Doorgaans is de intrige van zo’n blijspel gebaseerd op list, bedrog en onwetendheid van de personages. Het blijspelkarakter ontstaat mede door de gelukkige ontknoping (happy end(ing)), waarin list en bedrog worden ontmaskerd en onwetendheid wordt opgelost. Voorbeelden van intrigeblijspelen kunnen worden aangewezen in het werk van Molière, bijv. L’école des maris (1661) of Tartuffe (1664). Nederlandstalige voorbeelden zijn Thomas Asselijns Jan Klaasz. of gewaande Dienstmaagt (1682) of Pieter Langendijks Het wederzyds huwelyksbedrog (1714). Lit: F. Serralta, Antonio de Solis et la “Comedia” d’intrigue (1987).
|
|