Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdMarialegendeBegrip uit de genreleer voor een legende waarin Maria een hoofdrol vervult. Soms betreft het legenden over het aardse leven van Maria, zoals dat is overgeleverd in de apocriefe evangeliën en in middeleeuwse bronnen. Gewoonlijk betreft het verhalen waarin Maria op wonderbaarlijke wijze ingrijpt in het leven en door mirakelen haar getrouwen beloont of uit gevaren redt (mirakelspel). De Marialegenden ontstaan in de 12de eeuw en zijn bijzonder populair bij dominicanen en franciscanen. Onder hun invloed verandert het 12de-eeuwse beeld van Maria van de verheven Moeder Gods, afgebeeld als de koningin van de hemel, in de 13de eeuw in een glimlachende troostende moeder die optreedt als middelaarster tussen God en de (zondige) mens. De bloeitijd van de Marialegende is de 13de eeuw. Belangrijke bronnen voor Marialegenden in de volkstaal zijn de Legenda Aurea van Jacobus de Voragine en de Dialogus miraculorum van Caesarius van Heisterbach. In de Spiegel historiael, partie I, boek 7, hfdst. 47-94 (ed. De Vries & Verwijs, dl. 1, 1863, p. 321-376) heeft Jacob van Maerlant een aantal Marialegenden vertaald uit de Speculum historiale van Vincentius van Beauvais. Uit de 14de eeuw dateren de Beatrijs (ed. Meder & Wilmink, 1995) en Theophylus (ed. Verdam, 1882).
Handschrift van een 12de-eeuwse Marialegende in de British Library. [bron: A.G.H. Bachrach e.a. (red.), Moderne Encyclopedie van de Wereldliteratuur, dl 6 (19822), p. 105].
Lit: C.G.N. de Vooys, Middelnederlandse Marialegenden, 2 dln (1903) C.G.N. de Vooys, Middelnederlandse legenden en exempelen. Bijdrage tot de kennis van de prozateksten en het volksgeloof der middeleeuwen (19262) G.A. Piebenga (ed.), Middeleeuwse Marialegenden, in modern Nederlands weergegeven en van oorspronkelijke illustraties voorzien (1994) G.J. Jaspers (ed.), Een Amsterdams Marialeven in 25 legenden uit het handschrift 846 van Museum Amstelkring (2003) F. van Oostrom, Wereld in woorden. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1300-1400 (2013), p. 298-320.
|
|