Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermddiplomatische editieEtym: Gr. di-ploma = dubbel-gevouwen (van brief) < di-ploun = dubbel vouwen; vandaar diplomatisch = gelijk aan het origineel. Term uit de editietechniek voor een editie waarin de tekst gegeven wordt zoals het lezende oog deze na het gereed komen van codex of druk zag. Dat impliceert dat iedere vorm van tekstkritiek (kritische editie) in de tekst uitgesloten is; die kan uitsluitend in het notenapparaat gegeven worden, waar ook paleografische, codicologische en analytisch-bibliografische commentaar thuishoort. In de tekst mogen – in tegenstelling tot bij een archiefeditie - alleen diacritische tekens gebruikt worden op die plaatsen waar ook de contemporaine lezer van de bron geaarzeld zou hebben met betrekking tot een keuze uit het aanbod van tekens. In een diplomatische editie behoort ook een codicologische, manuscriptologische of analytisch-bibliografische beschrijving van de bron. Pas als de tekst diplomatisch is vastgesteld, een bezigheid waarbij de editeur voortdurend voor de keuze staat of een teken (figura-2) al dan niet een taalteken (signum) is, kan het werk van de tekstinterpretatie beginnen. Het principe van het lezende oog vereist dat afkortingen (abbreviatuur) worden opgelost (in cursief), dat de structuur van de tekst gehandhaafd blijft (lombarde, alinea enz.) en dat díe zetfouten die de lezer automatisch corrigeert ook in de tekst verbeterd worden (uiteraard verantwoord in een noot). Omdat de archief- en/of de diplomatische editie beschouwd wordt als het noodzakelijke voorbereidende werk voor een kritische editie, is dit soort edities per definitie bestemd voor een klein publiek van filologen die zich vervolgens hierop kunnen baseren voor kritische edities van allerlei aard. Voorbeelden van diplomatische edities zijn die van Van den Vos Reynaerde door W.Gs Hellinga (1952) en Karel ende Elegast door A.M. Duinhoven (1969). Lit: W.Gs Hellinga, ‘Zes verdwaalde verzen in de Beatrijs’ in Huldeboek Pater Dr Bonaventura Kruitwagen (1949), p. 178-195 W.Gs Hellinga, ‘Verantwoording van de uitgave’ in Van den Vos Reynaerde. I. Teksten. Diplomatisch uitgegeven naar de bronnen vóór het jaar 1500 (1952), III-VII W.Gs Hellinga, ‘Principes linguistiques d'édition de textes’ in Lingua 3 (1952-1953), p. 295-308 Die Wrake van Ragisel, ed. W.P. Gerritsen, dl. 1 (1963), p. 274-280 P.J. Verkruijsse, ‘Over diplomatisch editeren van handschriften en het gebruik daarbij van diacritische tekens’ in Spektator 3 (1973-1974), p. 325-346 M. Mathijsen, Naar de letter; handboek editiewetenschap (20104).
|
|