Kompleete dichtwerken. Deel 3
(1863)–Isaäc da Costa– Auteursrechtvrij
[pagina 439]
| |
Een aloud Pinksterlied.aant.Veni creator Spiritus! Daal, Schepper Heil'ge Geest! daal af!
Uw adem, die ons 't aanzijn gaf,
Herschepp', beziel', vervull' de borst
Die naar Uw waterstroomen dorst!
Die in der waarheid Parakleet,
Vertrooster, Zalver, Voorspraak, heet!
Gy eeuwig versche Levensbron!
Gy ongeschapen Liefdezon!
Bestraal, o zevenvuldig Licht!
Den tempel Gods, door U gesticht.
En, Vinger van Gods rechterhand!
Bespreng den stam, door U geplant.
| |
[pagina 440]
| |
Van eeuw tot eeuw Belofte en Tolk
Des Vaders aan Zijn Kerk en volk!
Verkregen gaaf, verworven loon
Van d'aan het kruis geslagen Zoon!
Laaf met Uw regens ons gemoed!
Stort in onze aad'ren Uwen gloed!
Wie naar Uw komst en roering smacht,
Ontfangt in de onmacht hemelkracht.
Loopt als een stroom de vijand aan,
o! Hef Gy zelf om hoog de vaan!
't Zal waarheid zijn, waar Gy ons leidt,
En vreugde en vrede in eeuwigheid.
Leer ons den zaal'gen Vadernaam
Uitroepen, met den Zoon te zaam,
En met U-zelv', in 't Godsbestaan,
Van beiden eeuwig uitgegaan.
1859. |
|