- Vive le Républiek français! kreet de smid, bij het vullen der bekers.
- Vive la République française, antwoordde de officier.
- Meêgevochten te Jemappes, Mijnheer de kolonel? vroeg Claes.
- Er zijn geene Mijnheeren meer. De eene en onverdeelbare republiek heeft heel dien rommelzoo afgeschaft. Noem mij citoyen, citoyen Populo. Ik heb gestreden onder generaal Egalité, om u allen vrij te maken. Op uwe gezondheid!
En een oogslag op Nele werpende:
- Uwe dochter?
- Neen, mijn nicht... En hare moeder. En hier is mijn neef Tijl en zijn vriend Goede Lamzak. Dat is voor 't oogenblik gansch mijn gezin, citoyen Pompiro.
- Ik hoop nader met allen kennis te maken.
En zich tot Nele wendende:
- Citoyenne, mag ik u verzoeken mij naar mijne kamer te geleiden?
- Mijne kamer, zei de smid. Het is de beste.
- Moeder, wijs dien heer de kamer, sprak Tijl.
- Citoyen Populo, zei de officier, de wenkbrauwen fronsend en een dreigenden blik op Uilenspiegel werpende. Als ik u bidden mag, citoyenne?
Nele keek Tijl aan en roerde niet.
- Moeder, herhaalde Tijl, vergezel dan toch dien heer.
- Breng mij eene flesch wijn, zei Populo tot Nele.
Hij volgde Uilenspiegel's moeder naar boven.
- We zullen hem van 't patersvaatje geven, sprak de smid. Hij verdient het, want hij heeft ons vrij gevochten, die Pompiro.
- Ik zal ze hem dragen, zei Tijl.
- En ik zal u vergezellen, om ze hem voor te dienen, voegde Lamme er bij.
De flesch werd uit den kelder gehaald en Uilenspiegel en Goedzak togen naar boven, waar de luitenant geheel gekleed op het bed van den smid uitgestrekt lag.
Zij traden de kamer binnen, en onder de verbaasde blikken van den officier vulde Tijl den beker en bood Lamme hem met een buiging de drinkschaal aan.
- Wat beteekent dat? kreet Populo.
- De Hemel zal dengene toebehooren, die de dorstigen laaft, sprak Lamme op zalvenden toon.
- Er is geen hemel meer. De eene en onverdeelbare re-