De bron-swaan, of mengeldigten(1686)–Titia Brongersma– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 123] [p. 123] Gesangen Aan de Welgeboren hoog Ed. Juff. Catharina Isabella Maria, Baronnesse van Heerema. Haar Ed. opdragende de Gesangen, en de Vertalingen in't besonder. MYn Swaan heeft lang in het verlangen Geweest, om u haar schorre sangen Te off'ren, die se nu opdraagt, En U om uwe gonsten vraagt, Want seyt s' ik wil haar lof uytgalmen, En overstrengelen met palmen, Dien Terpsichoor die door geschal, Besluyt in haar het Negen-tal, Die als een tweede Canens gorgelt, Dien Philomeel, die vrolijk orgeldt, En hemelvallen dringt om hooch, Die sy uyt Febus sangkruyk sooch, Waarom de faam op vlugge pennen, Haar doet de werelt over rennen, Geen wonder dan dat U mijn Swaan Biedt haar geringe stoffen aan. Vorige Volgende