De bron-swaan, of mengeldigten
(1686)–Titia Brongersma– Auteursrechtvrij
[pagina 97]
| |
Het steekt sijn hooft ter Biesen uyt,
Maar dat het lang door schaamt gescholen
Sich onder 't Lies-bos hield verholen,
En 't geeft alree een kleyn geluyt.
Maar of het durft de zee bepeylen,
Om 't groote Meirslot te bezeylen,
Dat weet ik niet, haar Golven gaan
Te hooch, en bars, te hol in't woeden,
Doch soo het swemt naar and're vloeden
Soo koomt het eerst, U Oever aan.
|
|