Oost- en West-Indische Warande
(1694)–Jac. Bontius– AuteursrechtvrijVervattende aldaar de leef- en genees-konst. Met een verhaal van de speceryen, boom- en aard-gewassen, dieren &c. in Oost- en West Indien voorvallende
[pagina 183]
| |
die geduirig byklijven Synochi genaemt, dewijl de belette omloop des bloeds, broejingen maeckt ende verstoppingen, ende dat door het gebruyck van licht rottende vruchten, ende de geduirige omringende warme Lucht: men heeft dan hier veel continuele brandende koortsen, waer by sich dickmaels een phrenesie voeght, en dese zijn hier de gemeenste. Men is hier mede niet vry van Tertianen ende andere intermitterende koortsen soo regelmatige als bastaert koortsen, welcke al is 't dat zy exquisit ende enckel zijn, eindigen echter vehemenren ende rasser. Onse Natie, voornamelijck die sich aen de Wijn-god opofferen, hebben, behalven de voor verhaelde koortsen, oock quarteinen, die niet minder hier swaer sijn dan in Europa, al hoe wel soo duursaem niet; waer na menighmaels een watersucht volght. De koorts die alle daeg komt heeft men hier selden, behalven in Kinderen die vratig in 't eten zijn, voornamelijck 's Winters. De Ephemera ofte een daegse koorts heeft men hier, om de groote hitte wel gewaer genomen, die se aldaer met het lichaem te verkoelen, daer verdwijnen. Doctor. Wat hebben zy daer voor prognostica, ofte voorseggingen ontrent de koortsen, en haer genessingen? Magister Hare Prognosticatien sijn van die van Europa verscheiden, zy gebruycken ontrent de continuele ende de brandende koortsen de venesectie, die sy dickwils hervatten, ende dat op driederley manieren, namelijck door sectie | |
[pagina 184]
| |
van aderen en slag-aderen ende Scarificatie des huids; waer by komt het drincken van koude water ende een Ptisane van de wortel Mandioca gemaeckt. Sommige vertrouwen sich op een dranck gemaeckt van regen-water, een weinig Suicker ende versch sap van Limoenen tot de dickte van een Syroop gekoockt, welke sy met goed succes warm gebruycken twee of drie reysen op een dag, waer door sy die groote hitte bedwingen. Sy gebruycken uytterlijcke slaep-middelen, ende drincken die oock, voornamentlijck als 'er geduurige waeckingen zijn, voornamentlijck als het lichaem met Vrouwen als anders afgemat is, het welck de Portugijsen als mede d' Indianen niet selden komt te gebeuren; want dan wert het tegenwoordigh verlies van krachten en geesten, als mede d' ontsteeckinge der vochten, door dese groote middelen, achter latende de evacuerende, door slaep-middelen, geholpen: het welk geschied door seeckere smeeringe des gehelen lichaems ende voornamentlijck des hoofts met verscheide Medicamenten, waer by een seeckere koude ende lijmachtige stoffe gevoegt wert, die sy maecken uyt de tackjes van een Carduus, welcke aen de strand wast. Doctor. Hoe sijn die hoorntjes gemaeckt daer sy mede koppen setten? Magister. De figuuren kan men by Prosper Alpinus de Medicina AEgyptiorum sien. Dese sijn hoornen van Stieren of Koeyen, kleyn, en gepolijst, welcker eene eind breed is ende het andere eng met een kleyn gaetjen in, die sy | |
[pagina 185]
| |
sonder vuur ofte warm water op de huid appliceren, maer met den adem in te halen. De Bloed-suygers, die hier kleynder sijn dan in Europa, gebruycken zy hier selden. De Scarificatie doen sy met doornen van boomen ofte met de voorschreven Vis-tand, ende dat op alle vleesige deelen, als de dyen, kuyten, armen &c. na de Scarificatie wassen sy het deel met warm water af; op die wijse konnen sy eenige ponden bloedts af halen, alsoo wel als door het ader-laten: ende om de pijne van het Scarificeren te verhoeden, vryven zy het lidt eerst te degen, ende slaen het met de hand tot het by na doof is ende ongevoelig, het werck volvoert zijnde, bestrycken sy het met pijn-stillende ende versachtende balsemen. Hier mede cureren sy veele sieckten ende herstellen voornamelijck de koortsen daer mede. Doctor. Wat voor een di-eet houden sy dan? Magister. Hier syn sy seer nauwkeurig op: sy gebruycken dickwils spijs ende dat op gesette uuren op den dag; sy bevinden dat gebreck van spijse nadeeliger is dan te veel. Voorts houden sy veel van verkoelende Syropen en Conserven, die met eenen cordiael zijn. de Syroop van Murucuja (het welck die vermaerde Appel van Granadilla is) van Limoenen, Orangien en der selver bloemen is by haer bemint, als mede de Vrucht Mangaba, Ubipitanga, de welrieckende Indiaense Vijgen, Jamacaru gesegt: de pulpe van de groote Cucurbita, ende van den Appel Janipaba, dan sijnder noch Peeren ende Pruymen, welcke Araca en Guajaba gemeen- | |
[pagina 186]
| |
lijck genoemt werden, welcke gekoockt werden of met Suycker geconfijt, Water-meloenen, als mede de sapachtige wortel van den boom Umbi (die in waerdigheyt ende smaeck de Water-meloenen niet hoeven te wijcken) welcke wonder de brand ende dorst lessen, en voornamentlijk de krachten herstellen. Na haer opkomst moeten sy een nauwkeurige di-eet houden, ende sich niet te schielijck in de lucht begeven. Doctor. Op wat wijse doen sy Purgeren? Magister. Sy Purgeren wel, maer onthouden sich van stercke Purgatien, daerom gebruycken sy niet veel meer dan Tamarinde ofte Mechoacane die sy confijten, ende nemen haer toevlucht liever tot Klysteren. Sy Purgeren eer sy een Ader-laten. Doctor. Gebruycken sy de arteriotomie niet? Magister. Ja, dese stelden zy in 't werck, in te veel waken, rasende koortsen, groote pijnen, hooft ende vliesen qualen, voornamelijck als die oud zijn; ende sy openen liever de kleyne slagh-aderen dan de groote. |
|