Fidamants kusjes, minne-wysen en by-rymen aan Celestyne
(1663)–Joan Blasius– AuteursrechtvrijAntwoord.Ik word door de min verbrand,
Anders ben ik, so ik was.
| |
[pagina 323]
| |
Toen Celestyne na de Beemster vertrok.TOen de Beemster u quam lokken,
Die de Kroon in wellust spant,
Toen gy van my sijt vertrokken,
En geweekken na dat Land,
Toen viel Venus aan het schreien
Met de Charis Susters, en
Phoebus met sijn Maagde-reien,
En wat ik meer Godlijk ken.
d'Amstel-Nymfjes weenden alle;
Even eens als Lesbia,
Toen haar Musje was gevalle',
En vloog alle doode na.
Ik ook weende sonder rust
Om u, 't musje van mijn lust.
|
|