Fidamants kusjes, minne-wysen en by-rymen aan Celestyne(1663)–Joan Blasius– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 189] [p. 189] V. Met twee Arrem-banden. Wys; Valencienne. 1. SChoon gy beminde Maagd, Die ik eer als mijn Godin, My betoont veel wreevelheeden, Met een af keer van de min, Schoon mijn Hart na Liefde jaagt, En uw Hart niet winnen kan, Kan ik doch niet van u treeden, Want uw Schoonheid hout my an. 2. O Schoonheid ongemeen! Die my boeit na eigen lust, Met so meenig duisend banden, Die mijn dienstbre Liefde kust. Muskus banden, so het scheen, Maar helaas! van meerder kracht, Die door't binden om mijn handen My in slavernye bracht. 3. Dus leef ik dan geboeyt Aan mijn Handen en mijn Hart, In gewenste slavernyen, In gequijn en minne-smart. Ik ontfong die onvermoeyt, En ik draag die noch om u, Ik blijf willig in mijn lyen, En ben voor geen banden schuw. [pagina 190] [p. 190] 4. Neem dan mijn banden mee, Die 'k u offer uit mijn Siel, Neem die dubble Braseletten Van een reuk, die u beviel. Draag die om mijn minne-wee, Die ik dubbeld draag om pijn, Tot wy twee na echte wetten, Weeder-sijds verdubbelt sijn. 5. Ik kreeg van u een Band Al mijn diensten tot een loon, Ey laat u dan niet verdrieten, Word mijn band u aangeboôn. 'k Hoop ook dat uw Hart en Hand Met de mijne, als bequaam, Eene band haast sal genieten Wen de Trow ons bind te saam. Vorige Volgende