Fidamants kusjes, minne-wysen en by-rymen aan Celestyne(1663)–Joan Blasius– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 73] [p. 73] Hoop en Vrees. Wys; Amarilli mia bella. 1. LIeven Engel, ik offer De suchjes van mijn min, Die ik ô Joffer Uyt dees mijn harte-koffer, Ter wille van uw liefde op voel delven Om nevens die my selven In duysend diensten, so lang ik heb het leeven Celestyne Celestyne Celestyne Te geeven. 2. Maar Beminde, wat reeden Verbien u weeder-min? Acht gy geen Eeden! Noch smeekken, noch gebeeden! Moet dan de Hoop, en moet de bange Vrese Mijn spijs en voedsel weese? Och! dat de Liefde uw hart niet heeft bewogen. Celestyne Celestyne Celestyne Toon meedoogen. [pagina 74] [p. 74] 3. Ydel hoopen! ô vreesen Vol van bekommering! Hoe kan het wesen, Dat Min my sou geneesen? De vrees my Neen, de hoop my weder Ja seyt. Waar of mijn heyl of scha leyt! Ik wil uw' gunsten, kan ik die niet beerven celestyne celestyne celestyne Besterven. 4. Groote Goden daar boven! Ey laat de Hoop mijn vrees Van Min verdooven: Ik sal uw' Goedheyd looven. Gy weet den Eed, die ik u heb geswooren Om haar, mijn Uytverkooren. Laat dan Getrowheyd en eewig suyver minnen celestyne celestyne celestyne Verwinnen. Vorige Volgende