Geschiedenis des vaderlands. Deel 2
(1833)–Willem Bilderdijk– AuteursrechtvrijZijn zoon | |
Aarnoutgeboren te Gend, volgde hem in Holland en 't gantsche Burggraafschap op. ‘Zonder Keizer of Staten te kennen,’ zegt wagenaar (II Dl., bl. 128). Illud falsum, hoe ineptissimum [Het eerste is valsch; het andere overdwaasGa naar voetnoot1]. De FriesenGa naar voetnoot2 weigerden wederom hem te erkennen, en waren tot deze weêrspannigheid aangezet door den Bisschop Volckmar van Utrecht. In 993 borst dit tot een volstrekte oorlog uit. Nu viel er een vermaarde en bloedige slag te Winkel- | |
[pagina 6]
| |
made voorGa naar voetnoot1. (In West-Friesland, waar 't dorp Winkel ligt, nabij Schagen), waarin men wil dat de Graaf omkwam. Echter doen anderen hem langer leven, omdat er een brief van hem is van het jaar 998. Kluit (ad ann. 993, not. 26) heeft beloofd te bewijzen, dat hij eerst in 1003 of 1004 gestorven is. Zijn gemalin was Luitgarde, een zuster, niet (zoo de oude Kronijkschrijvers zeggen) van de Keizerinne Theofana (moeder van Otto III), maar van de Keizerin Kunegunde, gemalin van dezes zoon en opvolger Keizer Henrik. Dus wil het kluit, die echter ook hiervan het bewijs schuldig gebleven isGa naar voetnoot2. Hij liet drie zonen na: |