Geschiedenis des vaderlands. Deel 2
(1833)–Willem Bilderdijk– AuteursrechtvrijWillem Bilderdijk, Geschiedenis des vaderlands. Deel 2. P. Meyer Warnars, Amsterdam 1833
-
gebruikt exemplaar
exemplaar universiteitsbibliotheek Leiden, signatuur: 1023 E 2
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Geschiedenis des vaderlands. Deel 2 van Willem Bilderdijk, uitgegeven door H.W. Tydeman, uit 1833.
redactionele ingrepen
p. 65: In het origineel heeft voetnoot 2 aan de voet van de pagina het nootverwijzingsnummer 1 gekregen. In de digitale versie is dit nummer verbeterd naar 2.
p. 137: In het origineel heeft voetnoot 1 in de lopende tekst het nootverwijzingsteken * gekregen. In de digitale versie is dit teken verbeterd naar 1.
p. 205: In het origineel heeft voetnoot 1 in de lopende tekst geen nootverwijzingsnummer gekregen. De voetnoot is hier onderaan de pagina geplaatst.
p. 220: In het origineel heeft voetnoot 2 in de lopende tekst het nootverwijzingsnummer 1 gekregen. In de digitale versie is dit nummer verbeterd naar 2.
p. 350: De errata voor Geschiedenis des vaderlands. Deel 1 zijn daar in de lopende tekst doorgevoerd. De errata voor Deel 2 zijn hier eveneens in de lopende tekst doorgevoerd. De opgave van de errata is verplaatst naar deze verantwoording.
In Geschiedenis des vaderlands. Deel
3 staan ook errata voor Deel 2. Deze zijn eveneens in de lopende tekst
doorgevoerd. De opgave ervan staat hieronder. De aanvullende tekst met betrekking tot p. 48 is op die pagina als margenoot toegevoegd.
Bl. 15. | aant. r. 1. Sussessit moet zijn: | Successit. |
Bl. 19. | r. 9. Keuneburg moet zijn: | Kenenburg. |
Bl. 48. | r. 4. wordt verwezen tot de Ophelderingen; doch in dezelve dienaangaande niets gevonden: het had moeten zijn, de aanhaling van de Prijsverhandeling van Mr. h. van alphen, over den Eed der Utrechtsche Bisschoppen, ‘met zeven Stolen;’ in het tweede Deel der Werken van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden. | |
Bl. 331. | r. 9. uit. Indien moet zijn: | uit Indiën. |
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (p. II, IV, XII en 314) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina I]
GESCHIEDENIS des VADERLANDS.
[pagina III]
GESCHIEDENIS des VADERLANDS, door MR. W. BILDERDYK; UITGEGEVEN door Prof. H.W. TYDEMAN.
TWEEDE DEEL. BEHELZENDE DE GESCHIEDENIS VAN HET EERSTE, OF HOLLANDSCHE, GRAFELIJK HUIS.
te AMSTERDAM, bij P. MEYER WARNARS. 1833.
[pagina XI]
INHOUD van dit DEEL.
HOLLANDSCH GRAFELIJK HUIS.
Diederik II. | Bladz. 1. |
Aarnout. | Bladz. 5. |
Diederik III. | Bladz. 6. |
Diederik IV. | Bladz. 13. |
Floris I. | Bladz. 22. |
Diederik V. | Bladz. 24. |
Floris II, de Vette. | Bladz. 33. |
Diederik VI. | Bladz. 37. |
Floris III. | Bladz. 50. |
Diederik VII. | Bladz. 65. |
Willem I (en Ada) | Bladz. 77. |
Floris IV. | Bladz. 115. |
Willem II. | Bladz. 127. |
Floris V. | Bladz. 158. |
Jan I. | Bladz. 276. |
Ophelderingen en bijvoegselen. | Bladz. 315. |
[pagina 349]
NOODWENDIGE VERBETERINGEN IN HET EERSTE DEEL.
Gedeeltelijk heb ik zelf bespeurd, doch vooral heeft men mij gedienstig aangewezen, dat er in de uitgave van het Eerste Deel verscheiden onnaauwkeurigheden aan te merken waren. Gedeeltelijk moet ik hiervan de schuld op mij-zelven nemen, die in den beginne vooral minder op slag was van den nieuwen arbeid, en dien veelal in tusschen-uren of nacht-uren moest bezorgen; doch kan ik ook die schuld verdeelen op mijne drie mede-Correctors, die elk blad voor de uitgave gezet nalezen; - en zelfs is een groot deel der aangemerkte feilen te vinden in het eigen Handschrift van B., (b.v. die van bl. 41, 70, 172, 238, 239) terwijl mijne bemoeijing met de uitgave voornamelijk slechts daarop gaat, om de kopij waarnaar het werk gedrukt wordt met het eigenhandig schrift van B. te vergelijken en de afwijkingen te beöordeelen.
h.w.t.
Bl. xxiii. r. 9. hetaalde moet zijn: betaalde. |
Bl. 5. r. 11. 't huis moet zijn: t' huis. |
Bl. 6. r. 1 v. ond. 't allen tijde moet zijn: t' allen tijde. |
Bl. 9. r. 5. die opvatting moet zijn: in die opvatting. |
Bl. 11. r. 9. namen moet zijn: naam. |
Bl. 23. r. 6. regter moet zijn: linker. |
Bl. 23 r. 7. linker moet zijn: rechter. |
Bl. 41. r. 12. Valens, Honorius opvolger: [Valens regeerde vroeger dan Honorius.] |
Bl. 41 r. 13 v.o. Chimaven moet zijn: Chamaven. |
Bl. 45. r. 1 v.o. Zwarte zee moet zijn: Zee van Azof. |
Bl. 70. r. 15, 16. zekere Pepyn moet zijn: zekeren [Martyn, Neef van] Pepyn. |
Bl. 100. r. 2 v.o. nagelaten zonen [van Godfried] |
Bl. 161. r. 2 v.o. Duitsche moet zijn: Deensche. |
Bl. 171. r. 7. in 858 moet zijn: in 838. |
Bl. 172. r. 12 v.o. dcccclxxiii moet zijn: dccccxxiii. |
[pagina 350]
Bl. 219. aant. r. 3. bladz. x moet zijn: bladz. xi. |
Bl. 219 aant. r. 4. ‘ter zielen’: wie wil, stelle hiervoor: ‘dezer wereld overleden.’ |
Bl. 238. r. 11. Hendrik moet zijn: Otto. |
Bl. 238 r. 16-19. Ottoos tweeden zoon (enz.) tot: zijn goed Deze plaats aldus te lezen: Ottoos tweeden zoon Gerlak, die van 't tweede bed was, maar zonder kinderen stierf, en dus aan zijn halven broeder Gerard, uit het eerste bed, zoon van Otto en Adelheide, zijn goed liet |
Bl. 238 r. 9 v.o. Op hem Hendrik (enz.) Aldus in te vullen op hem zijn zoon Gerard II, gehuwd aan Heylwig
of Hedwig, dochter van Floris den dikken, Graaf van Holland; op dezen zijn
zoon Hendrik, uit het huwelijk met Ermgard van Zutphen; op Hendrik, Otto II,
zijn zoon. Op Otto II, Gerard III, wiens zuster (enz.) |
Bl. 239. r. 1 v.o. Margareet moet zijn: Mechteld. |
Bl. 272. r. 6 - Alb. van Horne moet zijn: Alb. van Voorne. |
Bl. 279. r. 8. kluit p. 328 moet zijn: kluit p. 382. |
Bl. 336. r. 13. (de aanhaling van wagenaar te verplaatsen, tot reg. 3 van ond.) |
Bl. 340. r. 11 v.o. bl. 293 moet zijn: bl. 295 (Dezelfde fout is in het Register, op Ganelon.) |
Bl. 340 r. 4 v.o. wordt aangeh. bl. 134. moet zijn: bl. 144. |
Bl. 341. r. 6. kluit I, p. 21 moet zijn: kluit I. p. 23. |
In het tweede deel.
Bl. 8. r. 3. Diederek moet zijn: Diederik. |
Bl. 26. r. 5, 6. in (d.i. over Holland) moet zijn: in (d.i. over) Holland. |
Bl. 79. r. 11 v.o. der Schoonzoon moet zijn: den Schoonzoon. |
Bl. 120 laatste reg. kwam: moet zijn: kwam er. |
Bl. 134. r. 14. staat 1218 moet zijn: 1248. |
Bl. 181. r. 13. deteriorereren moet zijn: deterioreren. |
Bl. 191. r. 7. Zio moet zijn: Zie. |
Bl. 253. aant. r. 2. μηνωϊον moet zijn: μηνωϊσσω. |
Bl. 320. r. 9. van bünau moet zijn: v. bünau. |
[pagina 358]
gedrukt bij j.g. la lau.