De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 11
(1858)–Willem Bilderdijk–Aan den neef en naamgenoot des grooten valckenaers, den heere Lodewyk Kasper Luzac, by zijne verheffing tot Meester in de beide Rechten.Ga naar voetnoot*De naam van valkenaar, die van luzac blijft edel,
Waar ooit Geleerdheid bloeie of Wijsheid harten winn':
Gy voert hun-beider naam; de glorie zoekt uw' schedel,
En sluit in één' Lauwrier hunn' dubblen luister in.
Mijn Vriend, zy blozen niet by deze uw eerste schreden:
Stap onbezweken voort op Recht- en Letterbaan!
Maar, had uw jeugd den moed, hun voetspoor in te treden,
Volhard, en neem by 't bloed geheel hun wezen aan!
1810.
|
|