Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd[923] Zieken(aant.)Soms denk ik dat het niet meer om u gaat
en loop u in mijzelve kwijt te raken.
Maar in de muren vallen grote gaten;
verderf-engel die niemand overslaat.
5[regelnummer]
Een doorkijk in een straat is een visgraat.
Grondroosters vreten weg. De voeten haken.
Groen zien de brievenbussen en naamplaten,
waarop geen letter meer te lezen staat.
Dood overal; skelet van stad die sterft,
10[regelnummer]
omdat het leven overbodig wordt
zonder uw tred tegen de gevels aan.
Wanneer uw beeld van binnen uit bederft,
moeten mijn verzen als een huis vergaan
waarvan de zolder in de kelder stort.
|
|