Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 421]
| |
[863] Apostrophen(aant.)Soms ben ik aan de apostrophen toe,
zoals ze ook verschijnen bij Dèr Mouw.
Wat hij te zeggen had staat aan een touw,
want elke waarheid werd bij hem een koe.
5[regelnummer]
Hij wist zich door het hele parlez-vous
te dringen met zijn horens naar het blauw,
dat zonder woorden is en uit de vouw.
Zo ligt een vrouw languit en luistert hoe
haar minaar spreekt; het is haar wel te moe.
10[regelnummer]
Zij kende immers wat er komen zou.
Het is volkomen wat zij horen wou.
Hij doet er niets aan af en niets aan toe.
|
|