Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 413]
| |
[848A] Vrijgezel(aant.)Ik ben niet langer bang meer voor een ander.
Ik kijk hem fier in zijn verdommenis.
Zodra hij merkt waar 't om begonnen is
gaan onze blikken langzaam van elkander.
5[regelnummer]
Of wordt hij pas mijn ware tegenstander:
lagen van spervuur, tot verstommen is
alles wat aan mij op te sommen is.
‘Mijnheer De Visser’. ‘Mijnheer Kolenbrander’.
Meisjes niet meer. En vrouwen kijken niet.
10[regelnummer]
Alleen een enkele heeft kinderogen,
waardoor ik mij terstond bedriegen laat.
Of die zich later door mij voelt bedrogen,
wanneer het weer dezelfde kant opgaat.
Reden waarom er weinig overschiet.
|
|