Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd[832] Fructidor(aant.)De wereld wordt van binnen een meloen.
Een blauwe doezel uit den einder maakt
dat ieder schitteren zijn branden staakt
om ze in nevelen te niet te doen.
5[regelnummer]
Weldadig is wat mijn gevoelens doen
met blik en reuk en van de mond de smaak
en wat met handen koel wordt aangeraakt.
Ik ga een najaar in van geel katoen.
Over de bomen heen en op het land
10[regelnummer]
krijgt het een licht van zachte lampions,
onzichtbaar opgehangen boven ons.
Wij schijnen door tot op het witte dons
van de zaadlijsten waar de pitten brons
geheven staan tegen de klokhuiswand.
|
|