Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd[812] Jean Giono(aant.)Als ik Jean Giono lees krijgt het leven
opnieuw een plaats in mij, vol snelle vissen
schiet het lichaam, ik hoef niet te beslissen,
maar word aan de rivieren meegegeven.
5[regelnummer]
Regen en zonneschijn zijn grote zeven
waar ik doorheen val en de waterlissen
slijpen hun zoete messen aan de vliezen
waarmee ik in de hoogte word geheven.
De zalmen staan gekruld tegen mijn rug.
10[regelnummer]
Ik ben de grondeling van deze streek,
Languedoc, een eendekooi, die bleek
maanlicht bewaart onder de ronde brug
van lover, urenlang, tot aan de zee.
En alle apen klimmen met ons mee.
|
|