Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 363]
| |
[767] Draaideur(aant.)voor A.A.M. Stols Nu gij niet meer afzonderlijk bestaat,
maar uw hoeveelheid in de doode sommen
van al het andere wordt opgenomen:
een rijk van nullen dat gij binnengaat;
5[regelnummer]
totaliteit, die gij alleen verlaat
de keeren, dat ik van u lig te droomen,
om tot het oude onderscheid te komen:
een vrouw die voor en in de spiegel staat;
wandel ik slapend langs de winkelramen,
10[regelnummer]
opdat zij u weerkaatsen in de straten,
doe ik de glazen toegang langzaam open,
of ge me achterop zoudt komen loopen,
en in de draaideur kijk ik achterom:
ik zie uw lippen zeggen: ja, ik kom.
|
|