Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd[91] Wachtende(aant.)O groote dorst naar duisternis en nacht;
de vreemde huizen, om er langs te loopen
de jaren terug en weer opnieuw te hopen:
dit kan nog, als zij mij maar wacht...
5[regelnummer]
De klokken worden niet geacht.
De tijden kunnen gerust terug
hun uren gaan en zon en maan
hun banen terug door dag en nacht,
tot ik haar weer voor 't eerst zie staan:
10[regelnummer]
een die op 't laatste heeft gewacht.
|
|