Gedichten. Deel 3a. Apparaat

[91] Wachtende

Overlevering

T	Groot Nederland 29.1 (januari 1931), p. 48.
M^1	Manuscript, kopij D^1, H-1.
P^1	Proef D^1, H-2.
D^1	Afvaart, p. 55.
P^2	Eerste proef D^2, H-57.
P^3	Tweede proef D^2, H-58.
D^2	Oude cryptogamen, p. 47.
M^2	Kopij D^3, H-122.
D^3	Verzamelde gedichten, p. 63.

Datering

Vóór 3 oktober 1929

Leestekst

T

Varianten en correcties

M¹ a zw-gr inkt, b-c potlood

Titel	Wachtende > [ontbreekt] M^1 a > Terugweg[?] M^1 b > Wachtende M^1 c-D^3
1	nacht; > nacht, M^1-D^3
2	huizen, > huizen M^1-D^3
3	hopen: > hopen, M^1-D^3

[p. 53]

4	wacht... > wacht. M^1-D^3
4/5	[geen strofewit] > [strofewit] M^1-D^3
5	geacht. > geacht; D^1-D^3
6	De > de D^1-D^3
9	staan: > staan; P^2-D^3
10	't > het M^1-D^3

Commentaar

^1	Zie [71] ‘Weenen is even eenzaam’, noot 2 en 3.