Zacht Lawijd. Jaargang 8
(2009)– [tijdschrift] ZL– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 166]
| |
Luigi Russolo aan zijn Russolophoon voor de opening van de tentoonstelling Cercle et Carré, april 1930. Foto door Michel Seuphor
| |
[pagina 167]
| |
Domitille d'Orgeval
| |
[pagina 168]
| |
Luigi Russolo en Georges Vantongerloo, 1929. Foto door Michel Seuphor
mens, dan de zogezegd natuurlijke wereld... het gaat om een internationaal verschijnsel’. Seuphor en Dermée organiseerden elf ‘soirées d'esprit nouveau’ in de galerie Le Sacre du Printemps, die door de eigenaar van de galerie helaas omwille van hun luidruchtig karakter werden stopgezet. Seuphor bleef na deze mislukking, die hem toeliet aansluiting te vinden met de avant-garde, niet bij de pakken zitten. Ongeveer drie jaar later, nam hij deel aan de oprichting van de groep Cercle et Carré, die een belangrijk hoofdstuk vormt in de geschiedenis van de abstracte avant-garde.Ga naar eind1 Aan het begin van dit avontuur stond zijn toevallige ontmoeting in maart 1929 met de Uruguyaanse schilder Torres-Garcia bij de tentoonstelling gewijd aan Vordemberge-Gildewart in galerie Povolozky. Ze besloten samen om elke zondag in het appartement van Seuphor in Vanves informele bijeenkomsten te organiseren, waaraan aanvankelijk Mondriaan, Russolo, Arp en Taeuber-Arp, Exter, Xceron en Daura deelnamen. Het groeiende aantal deelnemers gaf aan deze bijeenkomsten het karakter van een groep en de behoefte aan een naam drong zich als vanzelf op: het voorstel van Seuphor, ‘Cercle et Carré’, won het van dat van Mondrian, ‘Stop’. Deze keuze | |
[pagina 169]
| |
werd simpelweg ingegeven door de krachtige impact van de naam, en het is pas vele jaren later dat Seuphor aanspraak maakte op de symbolische en zelfs primitivistische dimensie ervan: ‘het was voor mij het eenvoudigste embleem van de totaliteit der dingen. De rationele wereld en de zintuiglijke wereld, de aarde en de hemel van de oude Chinese symboliek...’. Vanaf 1930 werden deze bijeenkomsten om de twee weken gehouden in de Brasserie Lipp en later in Café Voltaire Place de l'Odeon. De groep telde toen ongeveer tachtig leden, waaronder kunstenaars die tot het neo-plasticisme, het constructivisme, het elementarisme en het futurisme behoorden, maar ook Franse schilders die zich beroepen op de kubistische traditie. De kans voor abstracte kunstenaars bm tentoon te stellen in Parijs was bijzonder beperkt en allen waren erop uit hun werken te tonen aan het publiek. Aldus werd een commissie bestaande uit Seuphor, Torrès-Garcia, Vantongerloo en Russolo opgericht om een tentoonstelling te organiseren rond het thema ‘structuur en abstractie’. Zij vond van 18 april tot 1 mei in de Galerie 23 (23, rue La Boétie) plaats en verzamelde een vijftigtal artiesten. Tijdens de vernissage gaf Seuphor een recital van ‘verbale muziek’ (fonetische poëzie), onder begeleiding van bruitistische muziek uitgevoerd door Russolo. De catalogus, die als bijlage in nr. 2 van het tijdschrift Cercle et Carré werd gepubliceerd, leert dat er 46 deelnemers waren, waaronder Mondriaan, Kandinsky, Baumeister, Arp, Vantongerloo, Le Corbusier, Pevsner, Charchoune, Gorin, Torrès-Garcia, Prampolini, Vordemberge-Gildewart, Léger, Sophie Taeuber, Marcelle Cahn, Ozenfant. Maar de aanwezigheid van kunstenaars die een figuratief gekleurde abstractie beoefenden (Bjarnason, Lafnet), kon enkel een zekere verwarring in stand houden. De tentoonstelling, de enige georganiseerd door de groep, was een bittere mislukking: ‘geen werk verkocht, schulden bij de galerie, geen enkel gunstig geluid in de Parijse pers’, herinnerde Michel Seuphor zich vele jaren later.Ga naar eind2 Het tijdschrift Cercle et Carré daarentegen dat ongeveer tegelijkertijd werd gelanceerd, kende meer succes. Tussen maart tot juni 1930 verschenen drie nummers en de oplage steeg van 1200 tot 1500 exemplaren. Michel Seuphor nam de leiding ervan en de artikels die werden gepubliceerd gaven een belangrijke theoretische grondslag aan de beweging. De studie van het tijdschrift door Marie-Aline Prat heeft de aandacht helpen vestigen op het bestaan van ‘een stroming binnen de schilderkunst die zich duidelijk aftekent binnen de abstracte kunst: die van constructivisme’.Ga naar eind3 De fundamentele principes van architectuur en structuur werden uitvoerig uiteengezet in teksten onder andere ondertekend door Seuphor, Torrès-Garcia, Gorin, Mondriaan, Vantongerloo of ook nog door Le Corbusier. Herinneren we ons dat Cercle et Carré door de oprichters uitgedacht werd als een ‘oorlogsmachine tegen het surrealisme’ en dat volgens deze logica van het gevecht, de eis van constructieve, geometrische en zelfs wiskundige orde een efficiënte barrière vormde tegen een kunst die gebaseerd is op de subjectiviteit, intuïtie en persoonlijke ervaring. Aan de onderneming Cercle et Carré kwam een einde in het najaar van 1930, toen Michel Seuphor, om te herstellen van een borstvliesontsteking | |
[pagina 170]
| |
Contract tussen Cercle & Carré en Galérie 23. Règlement des Expositions, 12 februari 1930, ondertekend door Vantongerloo, Russolo, Seuphor, Torrès-Garcia en Friedberger
| |
[pagina 171]
| |
[pagina 172]
| |
noodgedwongen naar Grasse vertrok. Toen hij in het begin van 1931 naar Parijs terugkeerde, vernam hij niet zonder misnoegen dat anderen het voortouw hadden genomen met de bedoeling de toekomstige vereniging Abstraction-Creation in het leven te roepen: ‘Wat er gebeurd was tijdens mijn afwezigheid in Parijs? Georges Vantongerloo, die heimwee had naar de luidruchtige bijeenkomsten, had door een medebewoonster van mijn appartement in Vanves, de verschillende adresboekjes van Cercle et Carré, en het kasboek in handen gekregen. Met deze waardevolle hulpmiddelen, is Vantongerloo onmiddellijk aan de slag gegaan, bijgestaan door Auguste Herbin en Béothy. Niemand had me op de hoogte gebracht’.Ga naar eind4 De realiteit is echter genuanceerder: het initiatief van Vantongerloo had tot doel de onderneming te redden, niet die zich toe te eigenen. Toch hield Seuphor, die zich verraden voelde maar waarschijnlijk eveneens last had van een zekere vermoeidheid, zich afzijdig van Abstraction-Creation (1931-1936). Hij liet de strijd voor de abstracte kunst tijdens de vooroorlogse periode aan anderen over. Toch was het nageslacht van Cercle et Carré bijzonder vruchtbaar, want uit Abstraction-Creation onstond op zijn beurt in 1946 de eerste Salon ter verdediging van de abstracte kunst, de Salon des Réalités Nouvelles. In 1971, in zijn voorwoord bij de heruitgave van Cercle et Carré, verwonderde Michel Seuphor zich - niet zonder bescheidenheid - erover aan de oorsprong gestaan te hebben van deze lange geschiedenis: ‘Dit kind heeft nauwelijks geleefd, zal men zeggen, hoe kan het dat hij grootvader is geworden?’.Ga naar eind5
(vertaling Geert Swaenepoel) | |
[pagina 173]
| |
[Collectie Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, Antwerpen]
| |
[pagina 174]
| |
[Collectie Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, Antwerpen]
| |
[pagina 175]
| |
[Collectie Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, Antwerpen]
|
|