| |
| |
| |
Chronologie
1901 |
Geboorte te Antwerpen op 10 maart van Fernand-Louis Berckelaers. |
1918 |
Gebruikt voor het eerst, in een clandestien blad, het pseudoniem Seuphor, anagram van Orpheus. |
1921 |
Richt samen met Geert Pynenburg (ook bekend onder zijn pseudoniem Geert Grub) het literair, cultureel en politiek tijdschrift Het Overzicht op. Het eerste nummer verscheen op 15 juni en zal al snel de verdediging opnemen van de abstracte kunst. Deze tendens zet zich door wanneer, vanaf nummer 13, Jozef Peeters, de geometrisch-abstracte schilder, de plaats inneemt van Pynenburg. |
1922 |
Reis naar Berlijn samen met Jozef Peeters, waar hij kennis maakt met onder anderen F.T. Marinetti, Enrico Prampolini, Lazlo Moholy-Nagy, Walter Gropius en vele anderen. |
1923 |
Tijdens zijn talrijke verblijven te Parijs ontmoet Seuphor onder meer de dichters Paul Dermée, Ivan Goll, Céline Arnauld, Tristan Tzara, Joseph Delteil, René Crevel, Jean Cocteau en Blaise Cendrars alsook Robert Delaunay, Fernand Léger, Albert Gleizes, Constantin Brancusi, Pablo Picasso en Piet Mondriaan. De ontmoeting met Mondriaan is het begin van een jarenlange vriendschap. In hetzelfde jaar legt hij in Nederland contacten met de architecten J.J.P. Oud en H.P. Berlage. In Amsterdam verblijft hij bij de schilder A.C. Willink. |
|
Het Overzicht krijgt meer en meer een internationaal karakter; de hele Europese avant-garde komt aan de beurt met artikels, gedichten of reproducties van werken. Om er maar enkele te noemen: Delaunay, Prampolini, F.T. Marinetti, Tzara, Dermée, Goll, Wassily Kandinsky, Léger, Kurt Schwitters, Juan Gris, Moholy-Nagy, en bij de Belgen onder anderen Victor Servranckx, E.L.T. Mesens, Jozef Peeters, Karel Maes, Felix de Boeck, Paul van Ostaijen en Paul Joostens. |
| |
| |
Michel Seuphor voor zijn bibliotheek in Parijs, jaren 1990
1924 |
Reis in het Zuiden van Frankrijk en Tunis. Te Parijs is hij eerste getuige bij het huwelijk van Paul Joostens, naar aanleiding waarvan hij Mariage filmé schrijft, een werk in de dadaïstische lijn, zoals zijn andere geschriften uit die tijd. |
1925 |
Het laatste nummer van Het Overzicht verschijnt. In maart vestigt Seuphor zich definitief te Parijs. Op het einde van het jaar maakt hij in Menton kennis met Georges Vantongerloo. |
1926 |
Tijdens een reis naar Italië ontmoet Seuphor onder meer Marinetti, Prampolini, Francesco Cangiullo, Giacomo Balla en de ganse groep van futuristen. |
|
Te Rome schrijft hij L'éphémère est éternel. Mondriaan maakt er hetzelfde jaar nog decorontwerpen voor. Het stuk zal evenwel pas in 1968 opgevoerd worden. |
|
Hij maakt kennis met Jean Arp en Sophie Taeuber. Zij worden, met Mondriaan en Dermée, zijn beste Parijse vrienden. |
| |
| |
1927 |
Hij publiceert met Paul Dermée het enige nummer van Documents internationaux de l'Esprit Nouveau en organiseert met hem een serie van elf literaire avonden in de Galerie Le Sacre du Printemps. Een verblijf tijdens de zomer en de herfst in Spanje levert inspiratie en notities op voor een studie over El Greco die in 1931 zal verschijnen. |
1928 |
Seuphor reist naar Italië, Centraal Europa en bezoekt het Bauhaus te Dessau. Hij legt telkens contacten in de avant-garde milieus. |
1929 |
Zijn ontmoeting met de schilder Joaquín Torrès-Garcia zal leiden tot het stichten van de groep ‘Cercle et Carré’. In juli en augustus verblijft hij in België en bezoekt James Ensor, Constant Permeke, Frits van den Berghe, Gust de Smet en Georges Minne. Hij schrijft tijdens dat verblijf Un renouveau de la peinture en Belgique flamande, dat pas drie jaar later zal verschijnen. |
1930 |
In april, tentoonstelling van de groep Cercle et Carré, in de Galerie 23, rue de La Boétie, met Jean/Hans Arp, Schwitters, Mondriaan, Kandinsky, Willi Baumeister, Vilmos Huszar, Le Corbusier, Léger, Taeuber, Marcelle Cahn, H.N. Werkman, Vantongerloo en enkele anderen. |
|
Hij leidt de publicatie van de drie nummers van het tijdschrift van de groep. |
|
Seuphor wordt ernstig ziek en gaat naar Grasse om te herstellen. |
1931 |
Cercle et Carré is tijdens Seuphors afwezigheid overgegaan in de groep Abstraction-Creation. Eens terug in Parijs, wendt hij zich meer en meer af van de wereld van de beeldende kunst. Het is het begin van een grote inwendige ommekeer en een terugkeer naar het katholicisme. |
1932 |
Hij verblijft in Zwitserland, waar hij werkt aan een nooit gepubliceerde tekst over zijn metafysische opvatting van de kunst. |
1933 |
Hij maakt een groot aantal ‘unilineaire’ tekeningen die te Lausanne tentoongesteld worden. |
|
Seuphor sluit vriendschap met Jacques en Raïssa Maritain. Hij schrijft Informations, waarvan uittreksels, gekozen door Maritain, zullen uitgegeven worden in 1944. |
1934 |
Huwelijk met Suzanne Plasse. Ze vestigen zich in het afgelegen Anduze. |
1935 |
Geboorte van een eerste zoon Clément, die na vier maanden overlijdt. |
| |
| |
1936 |
Geboorte van de tweede zoon, Régis. |
1939 |
Publicatie van Les Évasions d'Olivier Trickmansholm, een sleutelroman. |
1943-1944 |
Seuphor is actief in het verzet. |
1945 |
Seuphor verhuist met zijn gezin om gezondheidsredenen van Anduze naar Bagnols-sur-Cèze waar vrienden hem verwachten, en zal er drie jaar wonen. |
1948 |
Seuphor keert met zijn gezin terug naar Parijs. Hij hoopt aansluiting te kunnen vinden met de Parijse literaire wereld. Dat lukt niet. Wel gaan de deuren van de wereld van de plastische kunst voor hem open. Hij schrijft op verzoek van Aimé Maeght, directeur van de gelijknamige galerij, L'art abstrait: ses origines, ses premiers maîtres. |
1949 |
Organiseert, samen met Louis Clayeux, de tentoonstelling ‘Les premiers maîtres de l'art abstrait’. |
1950 |
Reis naar New-York in het spoor van Mondriaan, die de vier laatste jaren van zijn leven in deze stad doorbracht. Hij ontmoet er onder anderen Jackson Pollock, Willem de Kooning, Mark Rothko, Marcel Duchamp, Barnett Newman. |
1951 |
Hij maakt zijn eerste ‘dessins à lacunes à traits horizontaux’. |
1956 |
Publicatie van Piet Mondrian. Sa vie, son oeuvre. |
1957 |
Publicatie van Dictionnaire de la peinture abstraite |
1962 |
Gelijktijdige publicatie in vijf talen van La peinture abstraite: sa genèse, son expansion. Dit werk zal twee jaar later op zeer grote schaal verspreid worden in een pocket-uitgave. Hij wordt Ridder in de Orde van Kunst en Letteren. |
1963 |
Publicatie van De abstracte schilderkunst in Vlaanderen. Naar aanleiding van deze publicatie heeft een officiële viering plaats in de Koninklijke Opera te Antwerpen. Seuphor geeft er een korte historische uiteenzetting. |
1966 |
Retrospectieve in het Museum van Schone Kunsten te Nantes. |
1969 |
Met André Berne-Joffroy organiseert hij de grote tentoonstelling van Mondriaan in het Museum van de Orangerie, Parijs. |
| |
| |
1971 |
Het boek L'art abstrait: ses origines, ses premiers maître daterend van 1949, wordt door de galerie Maeght in een luxueuze en herziene versie gepubliceerd. |
1978 |
Tentoonstelling het Musée National d'Art Moderne Georges Pompidou van de door Seuphor geschonken werken van onder anderen Mikhail Larionov, Robert Delaunay, Baumeister, Peeters, Werkman, Joosten en Jean Atlan. |
1980 |
Tijdens de volgende jaren blijft Seuphor actief als auteur, criticus en beeldend kunstenaar. Hij publiceert, stelt ten toon, reist tot op hoge leeftijd. |
1999 |
Seuphor overlijdt op 12 februari in het Parijse ziekenhuis Hôpital Laënnec. |
|
|