Hoofdstuk Eén
Stel van Januarius Zick waren er twee.
Eén Zick hier, één Zick in de anti-monde. Eén die er vooruit keek en ééntje achterom. Eén die om de mens lachte, één die om de mens huilde. Januarius en Januarius. Zick en Zick.
Stel wij zagen zijn schilderij ‘Newtons dienst aan de optica’ via de twee verplichte projectoren van de kunsthistorische lezing. Eén lichtbeeld voor de traditie, één lichtbeeld voor de inbreuk. Eén voor wat er werkelijk was en één voor de verbeelding. Eén en één. Twee.
In dat geval moeten we de feiten nog eens nagaan.
Voor de zekerheid.
Het begon allemaal met de machine. |
In dat geval moeten we van niets iets maken.
Dat heet ook: scheppen.
Het zal allemaal beginnen met de mens. |
|
* |
* |
|
Als ik hier terugblik op de machine, is dat om te benadrukken hoe zeer de mens superieur is aan zijn oorsprong. De geschiedwetenschap, en er is geen andere, heeft slechts tot doel de feiten met terugwerkende kracht hun plaats te wijzen. Wij distantiëren ons van wat wij achter ons lieten: uit de machine zijn wij god geworden.
Neem nu het sponzig mechanistisch organisme uit de oertijd: na dit toestel, kraakbeenachtig, schelpetend, was de autonome intelligentie van dinosauriërs en buideldieren een verademing. Met het in onbruik raken van reuze-reptielen en de ontwikkeling van carnivore systemen kwam echter pas de mogelijkheid op tot beschrijving van organismen op het zelfregulerend semantisch niveau van eten en |
Als ik hier op dit punt een mens opvoer, denkt u dat hij niet bestaat. Het schrift is een leugenachtig sujet. Maar ik voer Ram Stern op en hij bestaat. Hij is de kleinzoon van de buurvrouw van mevrouw Rokodniz, die me zelf heeft verteld hoe Ram Stern een Zweeds fotomodel ontmoette, haar zijn land liet zien en uit armoede met haar sliep op de betonnen vloer van een in aanbouw zijnd hotel, brieven aan haar schreef in Zweden en wachtend op antwoord treurde, treurde...
Omdat ik dit allemaal gehoord heb over Ram Stern, weet ik dat hij zoveel als een hart heeft en voldoende verstand en daarom ook denk dat hij voor ons experiment wel geschikt zal zijn. We geven hem te denken. |