De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 1
(1871)– [tijdschrift] Vlaamsche Kunstbode, De– Auteursrechtvrij
[pagina 540]
| |
Wat moest die slag de ziel hun schokken!
Zij minden beiden U zoo teêr,
Nu zien ze U, met uw gouden lokken
Mijn lieve Willem, nooit hier weêr.
Ontbrak wellicht in hooger kringen
Een Engel voor des Heeren troon,
En daalde God tot stervelingen,
U wenkend naar der zaalgen woon? -
o Ja, ginds boven 't stargewemel
Had de Almacht U een plaats bewaard:
Een engel meer telt nu de Hemel,
Maar wij een engel min op aard!
Edw. Van Ryswijck, Thz.
Antwerpen, 21 Januari 1872. |
|