| |
Kunstkroniek.
Tooneel- en Letterkunde.
- Volgens een nieuw ministeriëel besluit betrekkelijk de aanmoediging der nationale tooneelkunst, is onderstaande tarief vastgesteld voor de toelagen, welke op voorstel der leeskomiteiten per vertooning kunnen worden toegekend:
Premiën per vertooning.
|
Maximum. |
Minimum. |
Voor een tooneelwerk (drama, lustspel of blijspel) in 4 of 5 bedrijven |
fr. 150 |
100 |
Id, in 3 bedrijven |
100 |
60 |
Id. in i of 2 bedrijven |
75 |
50 |
Voor een zangspel in 4 of 5 bedrijven. |
250 |
150 |
Id. in 3 bedrijven |
180 |
100 |
Id. in 2 bedrijven |
140 |
90 |
Id. in 1 bedrijf |
90 |
60 |
Voor de uitvoering van operetten en balletten zullen geene premiën betaald worden.
De premiën zullen betaald worden voor elke der tien eerste vertooningen. Voor de blijspelen zullen zij echter na de zesde vertooning ophouden.
| |
| |
Behalve de premiën per vertooning, kunnen, op voorstel der leesko miteiten, buitengewone toelagen worden verleend aan de schrijvers van werken welke zich door gansch bijzondere verdiensten onderscheiden.
De tooneelpremiën moeten, op straffe van verval, geëischt worden binnen de drie maanden, te rekenen van den dag waarop de premierechtgevende vertooning plaats had.
- Ziehier den uitslag van tooneel- en letterkundige prijskampen welke sedert onze laatste opgave hebben plaats gehad:
1o. - Door de vereenigde maatschappijen ‘Roos en Eikel’ en ‘Vlamingen Vooruit’ van Leuven, voor het opvoeren van dramas of tooneelspelen:
1ste prijs: aan de maatschappij ‘Hoop en Liefde’ van Antwerpen. - 2de prijs: aan ‘Thalia’ van Dordrecht. - 3de prijs: aan ‘De Morgenstar’ van Brussel. - 4de prijs: aan ‘De Brabantsche Leeuw’ van Elsene.
De prijzen voor de beste spelers zijn als volgt toegewezen: 1ste M. Jul. Van der Voort van Antwerpen; 2de M. Verbruggen van Oostende, - Voor de beste speelsters: 1ste Mej. Beersmans; 2de Mevr. Rans-Overheyde.
2o. - Door den kunstkring ‘Tijd en Vlijt’ van Wetteren:
Deftige alleenspraken, klas van uitmuntendheid: - Eenige prijs, M. Aug. Van Hoorebeke van St. Jans-Molenbeek.-1ste klas: 1ste prijs, M. Aug. De Schepper van Lokeren, 2de prijs, M. Gustaaf van Gyseghem van Lokeren. - 2de klas: 1ste prijs, M. Felix De Moor van Geeraardsbergen; 2de prijs, M. Aug. Coppe van Lokeren.
Boertige alleenspraken. Eenige klas: 1ste prijs, M.J.B. De Witte van Hamme; 2de prijs, H. Van de Velde van Borgerhout.
Deftige tweespraken. Eenige klas: - Eenige prijs, MM. Frans Wechter en Cesar Vergats, beiden van Mechelen.
Boertige tweespraken. Eenige klas: - Eenige prijs, MM.J. De Clerck van Berckem (Audenaarde) en Aug. Wante van Kerchove.
Een prijs voor de zuiverste uitspraak is toegewezen aan M. Fr. Broeckaert van Lokeren.
3o. - Door de maatschappij: ‘Leeren vereert’ te Audenaarde: Deftig vak. - Alleenspraken: 1ste prijs, M. Frans Broeckaart van
| |
| |
Lokeren; 2de prijs, M. Aug. De Schepper van Dendermonde; 3de prijs, M. Aug. De Lava van Deinze. - Tweespraken: 1ste prijs, MM. Willems en De Wechter beiden van Mechelen; 2de prijs, MM. Günter en Kok beiden van Amsterdam.
Boertig vak. - Alleenspraken: 1ste prijs, M. De Wechter van Mechelen; 2de prijs, M. Goeminne van Deinze; 3de prijs, M. Ed. De Frenne van Eecloo. - Tweespraken: Eenig toegewezen prijs, MM. Bruyneel en Maillard van Ieperen.
4o. - Door de maatschappij: ‘Van Vroescepe dinne’ te Nieuwpoort: Dichtkunst: - opstel van een volkslied: ‘De Zeebaden’: 1steprijs, M.P.K. Drossaert van Vlaardingen (Holland); 2de prijs, M.J.A. Torfs van Leuven.
Tooneelkunst: - Deftige alleenspraken: 1ste prijs, M. Aug. Pil van Dixmude; 2de prijs, M.P. Weyne van Dixmude.
Boertige alleenspraken: Eenige prijs, M.G. Schram van Antwerpen.
Deftige tweespraken: Eenige prijs, MM. Schram en Veyrrière van Antwerpen.
Boertige tweespraken: Eenige prijs, MM. G. Delaye en A. Cauwe van Roeselare.
Zangkunst: - Prijzen aan MM. Th. Verhaeghe van Ieperen en M. Veyrière, voornoemd.
5o - Door de vereenigde maatschappijen ‘De Van Duyse's vrienden’ en ‘H. Cruys scerp duer’ te Dixmude:
Deftige alleenspraken: - 1te klas: 1ste prijs, M. De Wechter van Mechelen; 2de prijs, M. Maillard van Ieperen. - 2de klas: 1ste prijs, M. Muyle van Roeselare; 2de prijs, M. Soudan van Gent.
Boertige alleenspraken: - 1ste prijs, M. Schram van Antwerpen; 2de M. Bruyneel van Ieperen.
Deftige tweespraken: - 1ste prijs, MM. Vergauts en De Wechter van Mechelen; 2de prijs, MM. Laurie en Maillard van leperen.
Boertige tweespraken: - 1ste prijs, MM. Maillard en Bruyneel van Ieperen; 2de prijs, MM. Pinte en De Groote van Veurne.
Zangkunst: - 1ste prijs, M. Soudan van Gent en M. Van Doorslaer van Antwerpen; 2de prij, M. Verhaeghe van Ieperen. - In de zitting van den jurij, benoemd door de maatschappij van
| |
| |
Nederlandsche Letterkunde ‘De Taal is gansch het volk’ van Gent, ter beoordeeling der historische romans, ingezonden op de prijsvraag uitgeschreven ter vervulling van den laatsten wil des heeren Baron de St. Genois, is beslist, dat aan geen der drie ingezonden werken een prijs kon toegekend worden. Er zal derhalve met het daartoe bestemde fonds een anderen prijskamp worden uitgeschreven.
- Wij vernemen dat eene nieuwe prachtuitgaaf der volledige werken van den dichter Jan Van Beers, in Elzevier-letter gedrukt en naar tijdsorde geschikt, onder de pers is.
Van een anderen kant wordt ons uit goede bron gemeld, dat de heer Florimond Van Duyse van Gent zich onledig houdt met de uitgave van een werk uit de nalatenschap zijns vaders, namelijk de omwerking in nieuw-vlaamsche verzen, van het oud-vlaamsch gedicht: Reinaert de Vos, eene omwerking waaraan de beroemde dichter Prudens Van Duyse veel tijd en zorg heeft besteed.
- De heer Ferd. Van der Haegen werkt aan de uitgaaf, gebeurende ton koste der ‘Vlaamsche Bibliophilen,’ van de gedenkschriften van Marcus Van Vaernewijck, gedurende de jaren 1566 en 1567. Het eerste is zoo als men weet datgene, waarin de opstand tegen Spanje begon (Conscience's Wonderjaar), het tweede was dat des overlijdens van Van Vaernewijck. Het zal niel noodig zijn te doen uitkomen, van welk belang dit handschrift, ontdekt door den heer Van der Haeghen, voor de geschiedenis is, noch hoezeer het moet betreurd worden, dat de dood des schrijvers het kwam afbreken.
Volgens eene ontdekking, in het nieuwe werk gedaan, zou Marcus Van Vaernewijck onder den titel van: Lecken Philosophie, ook eene levensbeschrijving der Vlaamsche schilders opgesteld hebben; een werk dat echter ongelukkiglijk spoorloos verdwenen blijft tot op dit oogenblik.
(Volksbelang.)
- Een onzer medewerkers, M.J. Adriaensen, letterkundige en leeraar te Antwerpen, is op 20 November alhier in den echt getreden met Mej. Flora Dirks.
| |
Schilderkunst.
- Het is ons aangenaam te kunnen melden dat de heer Aug Böhm, kunstschilder te Ieperen, en een der verdienstelijkste leden van den voortreffelijken ‘Kunst- en Letterkring’, aldaar tot Bestuurder der Akademie is benoemd.
| |
| |
- In de jaarlijksche zitting welke den 25 October jl. in het Institut van Frankrijk plaats had, heeft de heer Jules Simon de zonderlinge bewering uitgebracht, dat in 1815 de Fransche museüms door de Belgen zouden geplunderd geworden zijn. (sic.)
Onmiddelijk is door de belgische dagbladpers tegen die zonderlinge historische dwaling krachtdadig geprotesteerd. De Echo du Parlement toonde te dier gelegenheid aan hoe integendeel een overgroot getal belgische kunstgewrochten, die lang de galerijen van den Louvre en van verschillige fransche steden versierden, ons door Frankrijk waren ontroofd:
‘Wanneer de val van het eerste keizerrijk aan de vreemde dwinglandij een einde had gesteld, en het Heilig Verbond het Koningrijk der Nederlanden had gesticht, eischte de belgische natie met luider stemme de teruggave der kunstwonderen, welke door de franschen van ons grondgebied waren meêgenomen, sedert den inval van 1795.
In 1814 zond de stad Antwerpen aan Lodewijk XVIII een memorium om de aan de kerken ontstolen meesterstukken van Rubens terug te bekomen. Aan deze vraag werd geen hoegenaamd gevolg gegeven. Het was maar op het aanhoudend aandringen van Willem van Oranje, op een krachtig vertoog van Lord Castlereagh aan de mogendheden gericht en de beslissende tusschenkomst van Wellington, dat men eindelijk dit billijk herstel van de misbruiken der overwinning bebekwam.’
In November 1814 werden er niet minder dan 92 dier kostelijke kunstgewrochten naar Belgie terug gestuurd, allen meesterstukken onzer beroemdste vlaamsche schilders: Rubens, Van Dijck, Jordaens, Craeyer, Hans Memling, Van Eyck, Quinten Metsijs, Frans Floris, Cornelius De Vos, De Backer, Sallaert, Quellyn, enz.
Naar men ons verzekert zou er zich thans nog in eene der hoofdkerken uit het zuiden van Frankrijk een prachtig tafereel van Rubens bevinden, de marteling van St. Paulus voorstellend, en dat vroeger het hoofdaltaar der Predikheeren-kerk te Antwerpen versierde.
Wat dunkt u, heer Jules Simon? - Was het niet wal gewaagd van uwentwege, onder dergelijke omstandigheden, van plundering te komen gewag maken?
| |
Beeldhouwkunst.
-M. Jozef Willems, een jonge vlaamsche beeldhou- | |
| |
wer die ongemeen veel voortgang doet, heeft dezer dagen een nieuw werk voltooid: ‘De Geest des kwaads’, wel van aard om 's kunstenaars roem merkelijk te doen aangroeien. - Alhoewel weinig nieuw van onderwerp, mag dit stuk eigenaardig schoon van opvatting heeten, en meest alle deelen zijn met eene kunde afgewerkt die eerder de hand eens meesters dan die eens beginnelings verraadt.
Dit schoone beeld - dat in brons moet worden afgegoten en aldus oog schooner voorkomen zal - is bestemd om de kunstgalerie te versieren van een' onzer voornaamste antwerpsche liefhebbers. Deze heeft aan den beeldhouwer nog een ander werk: ‘De Engel van het Goede,’ als tegenhanger van het voorgaande, besteld.
De heer J. Willems arbeidt thans ook aan twee groote bas-reliefs, ter versiering des voorgevels van den in aanbouw zijnden Vlaamschen Schouwburg. Wij hebben er de compositiên van gezien en vinden ze zeer merkwaardig. Het zijn twee groote tympanen, in den stijl der vlaamsche Renaissance, waarop ‘hel Drama’ en ‘de Beeldende Kunsten’ allegoriek zijn voorgesteld, beiden echte kunstwerken, hunner eervolle bestemming alleszins waardig.
Wij wenschen dien jeugdigen artist geluk met zijne eerste werkzaamheden, welke veel voor de toekomst beloven.-En dit doet ons van harte genoegen, want de heer Willems is een kunstenaar die aan eene ware kunstliefde eene oprecht vlaamsche overtuiging paart.
| |
Vlaamsche Toonkunst.
- Ter gelegenheid van de heropening der leergangen in het door Benoit zoo kundig bestuurd Conservatorium van Antwerpen, heeft de beer schepene Van Hissenhoven eene merkwaardige redevoering uitgesproken, waaruit wij hieronder den hoofdinhoud mededeelen:
’België zwaait den schepter in het gebied der kunsten, zijn naam en zijne beroemdheid worden door gansch de wereld gevierd: klein is het land als uitgestrektheid, maar groot door de glorie zijner zonen, en de glans zijner kunst-kroon straalt overal in het ronde.
‘Tot nu toe had de Vlaamsche Muziekschool nog geene vertegenwoordigers, onze medeburgers hadden geene eigenaardige muziek, zij putten uil geene oorspronkelijke bronnen: maar zij zochten hunne ingevingen bij den vreemdeling. Eene beklagenswaardige leemte
| |
| |
bestond: de ontwikkeling van den muzikalen Vlaamschen geest door de bijzondere studie van het Vlaamsch.
’ Vier jaar zijn er sinds dien verloopen en de Muziekschool bestaat; reeds draagt zij kostbare vruchten en alles doet verhopen, dat weldra onze muzikale stichting eene waardige en schoone plaats innemen zal en eenen nieuwen perel aan de reeds schitterende kunstkroon van Antwerpen zal voegen. Om dien uitslag te bereiken moet men onvermoeibaar werken: welnu! wij zullen werken, wij zullen strijden en wij zullen volharden in het werk en in den strijd.
‘De Vlaamsche muziekschool is gesticht op het gedacht der eenheid in de studiën. Deze eenheid is derwijze begrepen dat er in elk vak dezelfde gedachte, dezelfde geest heerscht. Het is een heilige plicht voor leeraars en leerlingen getrouw aan het Vlaamsch princiep te blijven: overal en in alles moeien zij het verdedigen en als doel hunner strevingen de verheerlijking onzer school, onzer nationale muziek beoogen.
‘Om tot dien uitslag te komen moet men op ieders verkleefdheid rekenen. - Wij hopen dat die verkleefdheid nimmer zal falen en dat Antwerpen de wiege zal worden onzer nationale Vlaamsche Muziek.’
- Naar wij met genoegen vernemen heeft onze vlaamsche componist M. Jan Van den Eeden te Berlijn een zeer vleienden bijval genoten, voor zijne Triomphmarsch ter eere van den keizerlijken prins van Duitschland. - Dit schoon muziekaal gewrocht werd door de keizerlijke maatschappij, onder bestuur van M. Bilse uitgevoerd, tusschen stukken van Beethoven en Richard Wagner.
- Een ander toondichter, die zich reeds door verscheidene goede muzikale uitgaven in Nederland heeft doen kennen, de heer Alexander Fernau van Antwerpen, legt thans de laatste hand aan eene uitgebreide cantate getiteld ‘de Zee’, en waarvan de uitvoering wellicht nog dezen winter zal plaats hebben. Wij hebben er eenige fragmenten van gehoord, die er ons een zeer gunstig gedacht hebben van gegeven. Indien zooals wij verhopen, de heer Fernau de noodige elementen weet te vinden tot eene goede uilvoering van zijn werk, zoo mag hij zich op een gowissen bijval betrouwen. - De woorden zijn van onzen medewerker M. Jan Adriaensen, die geen nieuweling in zijn vak meer is. Wij geven eerlang eene beoordeeling van dit zingdicht.
Tot Bestuurder van het Conservatorium te Brugge is dezer dagen
| |
| |
benoemd de heer L. Van Gheluwe van Gent, die als toondichter en professor in de muziekale wereld ten gunstigste gekend is. Wij wenschen de stad Brugge met dien keus geluk, en hopen dat Van Gheluwe - naar het voorbeeld van Benoit - aan zijne school een echt nederlandsch karakter zal weten te geven.
Wat aangaat de Muziekschool van Gent, het stadsbestuur had eerst besloten het statu-quo te behouden en geen Bestuurder te benoemen. De heer Gevaart zou met de hoogere leergangen van fugue en contra-punt worden gelast. - Doch thans is M. Samuël tot Bestuurder benoemd.
Necrologie. - Een moedige en overtuigde flamingant, M. Pieter Jacob Kesteloot, gemeenteraadsheer te Nieuwpoort, is aldaar den 17 September jl. in den ouderdom van 56 jaren overleden. De heer Kesteloot was deken der Rethorika ‘Vroescepe dinne’, zijner stad, en briefwisselend Bestuurlid van het Willemfonds. Hij was ook als een niet onverdienstelijk letterkundige bekend, en laat onder anderen een keurigen bundel gedichten na.
- Onlangs overleed te 's Gravenhage op nauwelijks 46 jarigen leeftijd, de in Noord- en Zuidnederland gekende schrijver T. Van Westrheene, opsteller van de ‘Kunstkroniek. - Men heeft van hem verschillige novellen, die, even als meest al zijne bijdragen in de nederlandsche tijdschriften, zeer verdienstelijk zijn. De Belgische Akademie van Schoone kunsten en de gentsche letterkring ‘De Taat is gansch het volk’ verliezen in hem een hunner waardigste leden.
De heer Westrheene was ook een begaafd dagbladschrijver. Aan verschillige hollandsche bladen, onder anderen het Vaderland, de Rotterdamsche Courant en de Nederl. Spectator, verleende hij vroeger zijne medewerking, welke algemeen zeer hoog geschat werd.
- Uil Vlissingen ontvangen wij het treurig bericht van het overlijden des heeren A. Ruysch, oud-lid van den gemeenteraad aldaar en een onzer beste nederlandsche tooneelschrijvers. Een zijner schoonste stukken, het tooneelspel ‘'t Was maar een Loods’, werd verleden winter door het Nationaal Toonaal van Antwerpen met bijval opgevoerd, en door ons in den Kunstbode (derde aflevering) naar verdienste zeer gunstig beoordeeld.
Om zijn minzaam en gulhartig karakter had de heer Ruysch zich in Nederland ontelbare vrienden verworven, die allen met ons zijn afster- | |
| |
ven innig betreuren. De overledene was Ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw.
- Men meldt ons de dood van den Eerw. heer Van den Nest, letterkundige, die vroeger ook aan onze vlaamsche taalbeweging zeer ieverig deel nam. Hij was pastoor van liet dorp Elewijt, alwaar hij, na een werkzaam en voorbeeldig Ieven, dezer dagen overleed.
- De stad Antwerpen heeft op 8 November jl. insgelijks een harer verdienstelijkste kunstenaars verloren: de begaafde bouwmeester J.L. Baeckelmans, vervaardiger der plans van het in aanbouw zijŋde Gerechtshof. Ook als professor aan onze koninklijke Akademie heeft hij onschatbare diensten bewezen. De heer Baeckelmans is in den ouderdom van slechts 36 jaren, dus in de volle kracht van zijn gevierd talent, aan de gevolgen eener borstkwaal bezweken. - De Teraardebestelling heeft met buitengewone plechtigheid plaats gehad. Bij het graf werd den afgestorvene eene laatste hulde gebracht onder anderen door de heeren P. Genard, Frans Willems, N. De Keyser, E. Geelhand en Delin.
- Te Lokeren is overleden de heer H.M. Raepsaet, kleinzoon van den gekenden historieschrijver van dien naam, en zelf schrijver van cenige niet onverdienstelijke artikelen over oudheidkunde, vaderlandsche geschiedenis, enz.
| |
Verschenen werken.
- Brieven uit Zuid-Nederland, door Max Rooses. Antwerpen bij L. De Cort. - Prijs 65 centiemen.
- Het Nederlandsch Tooneei, orgaan van het Tooneelverbond. Eerste aflevering. - Amsterdam.
- Zwervers, door H. De Veer. Schoonhoven bij S. Van Nooten. - Prijs 1.40 gl.
- Romantische werken van P. Van Limburg-Brouwer. Eerste aflevering (compleet in 24 afleveringen). Leyden bij Sijthoff - Prijs per afl. 0.25 gl.
- Castalia, letterkundig jaarboekje voor 1872. Amsterdam bij gebroeders Kraai. - Prijs 4.90 gl.
- Verspreide stukken, door Multatuli. Amsterdam bij Funcke. - Prijs 1.25 gl.
- Minnebrieven, (vijfde uitgaaf) door denzelfde. Amsterdam bij Funcke. - Prijs 1.25 gl.
|
|