ten en wijken der stad, die zich in een bevalligen feestdosch had getooid. Duizenden vlaggen wapperden in den lieflijken zonneschijn, die dit prachtig schouwspel in een lichten stratenglans bulde.
Toen ik zoo de joelende menigte volgde, bleef ik eensklaps in verrukking staan..... Daar zag ik de hollandsche naast de belgische vlag als tweeling-zusters naast elkander waaien.
Een zacht windje slingerde beider banen stoeiend door elkander; het was mij als gaven zij elkaar den zusterkus.
In deze gemoedstemming richtte ik verder mijne schreden naar het Park, waar een muziekuitvoering plaats greep, ter eere der verschillende deelnemers aan den zangwedstijd. Hoe aangenaam werd ik ook hier verrast, toen ik, als inleiding tot het uit te voeren programma, het nationaal volkslied der beide broederlanden als uit éénen adem hoorde galmen.
Zouden dergelijke kunstfeesten, dacht ik bij mijzelven, niet bijzonder geschikt zijn, om den hand die ons aan onze zuiderbroeders hecht nog nauwer toe te halen?
En inderdaad, weldra zag ik deze vraag bevestigend beantwoord. -
De Noord-Nederlander, elk weet het, is vooral aan zijnen geboortegrond verkleefd; daarbij is hij van natuur huiselijk: ondanks de enge grenzen van zijn land, komt hij zelden persoonlijk met het buitenland, en zeker al te weinig nog met zijne taalbroeders uit het naburige België, in aanraking. Daarbij heeft de vlaamsche pers steeds in het Noorden weinig toegang kunnen vinden, ter oorzaak van het drukkende dagbladzegel, dat hier pas afgeschaft is; zoodat het wel niet anders kan of de beide volken, ofschoon vereenigd door den band der moedertaal, moesten sedert de betreurenswaardige gebeurtenissen van vroeger, eenigzins van elkander vervreemd zijn gebleven.
Niet zoodra echter zagen onze Rotterdammers, daags vóór den wedstrijd, de gulle, trouwhartige, rondborstige Gentenaars aankomen, of hunne verbroederingszncht ontwaakte en heeft zich sedert geen enkel oogenblik meer verloochend.
Over de werkzaamheden van den prijskamp zelven, hoef ik u niet veel meer te schrijven; daarvan hebben de dagbladen reeds uitvoerig verslag gegeven. Overigens, het gansche zangfeest was puik, en is tot