Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1794
(1794)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijTegenwoordige staat der bevolking van de stad Romen.(Getrokken uit de Notizie per l'Anno 1794.)
Men vind in Romen 82 Parochie-kerken, 216 Kloosters en Geestelyke Gestigten, 19 Collegien, waar onder de Academie, en het Collegie de Propaganda Fide uitmunten, 33 Gasthuizen voor allerlei soort van Menschen en Natiën, 39148 Huizen door Huisgezinnen bewoond, dus tusschen de drie en vier duizend meer, dan | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 103]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
door wylen den zeer geleerden Heer Dr. janssen zyn opgegeevenGa naar voetnoot(*), die het getal tusschen de vyf en zes en dertig duizend stelt. Het getal der Leevenden, in den Paaschtyd van 1793 opgenomen, was 165316, waar onder 92300 van het Mannelyk, en 73016 van het Vrouwelyk, Geslagt, 121282 Bekwaam tot de Paasch-Communie, en 44034 die daar toe nog niet in staat waren; waaruit misschien het getal der Kinderen, beneden de Twaalf jaaren, is op te maaken. De Stad in Veertien Wyken verdeeld zynde, wordt de Bevolking van ieder derzelve dus opgegeeven:
dus omtrent negen honderd minder, dan door Dr. jans- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 104]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
sen worden opgegeevenGa naar voetnoot(*). Verders, 1316 Gasthuis-Armen, 1 Moor, 140 Onroomschen, Turken en andere Ongeloovigen, de Jooden niet mede gerekend, welker getal in het geheel niet gemeld word. In het laatst verloopen Jaar, volgens de wyze der Romeinen van Paaschen 1792 tot Paaschen 1793 berekend, was het getal der Geboorenen 5260, en dat der Dooden 5985, dus 'er in dat jaar 725 meerder gestorven dan gebooren zyn; het getal der Geboorenen kan men op ruim een Eenëndertigste, en dat der Gestorvenen op een Agtëntwintigste, deel berekenen. Zie hier nog een naauwkeurige Vyfëntwintigjaarige Lyst, der Geboorenen, der Dooden, en der Leevenden:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 105]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Uit deeze Lyst blykt: 1. Dat het getal der Geboorenen in Romen, in de Jaaren 1774, driehonderd twee-en-zeventig, in 1775, vierhonderd twee-en-twintig, en in 1778, tweehonderd eenen-tagtig, dat der Overledenen heeft overtroffen, doch in de andere jaaren altoos minder is geweest, het welk, het getal der ongehuuwde Geestelyken in aanmerking genoomen zynde, zo vreemd niet is. 2. Dat 'er, in 25 jaaren, 36025 persoonen meer overleden dan gebooren zyn. 3. Dat het middengetal der Geboorenen, in 25 jaaren, is ruim 5282, dat der Dooden 6723, dat der Leevenden 162371. 4. Dat 'er in 1781 een zwaare Ziekte, misschien eene Tertiana remittens, welke te Romen, als de Sirocco-wind aanhoudend, zonder verkoelende regen, waait, in den Zomer veele menschen in het graf sleept, geheerscht heeft; vermits 'er in dat jaar alleen 10223 menschen overleden zyn, en dus 4264 meer dan gebooren; waaruit ook blykt, dat de opgave van Dr. janssen vry naauwkeurig is, als hy zegt, dat in 1781 meer dan een zestiende deel der Inwoonders van Romen gestorven isGa naar voetnoot(*). In 1784 heeft iets dergelyks plaats gehad; zynde toen een zeventiende deel der menschen gestorven. 5. Dat, wanneer men het getal der jaarlyks Stervenden te Romen, 25 jaaren door elkander, berekend, bevind, dat hetzelve een vyf-en-twintigste gedeelte, gelyk Dr. janssen zegtGa naar voetnoot(†), vry zeker uitmaakt der Leevenden. Het getal der Geboorenen kan maar iets meer dan een dertigste deel der Inwoonders gerekend worden, het welk, op zig zelve beschouwd, klein is; doch men denke om het groot getal ongehuuwde persoonen. 6. Dat, in 1793, zes duizend vier honderd en tien menschen meer, dan in 1769, gevonden zyn, en, wanneer men de 25 jaaren door elkander slaat, had Romen in 1793 drie duizend vier honderd vyf en zestig Inwoonders, zedert 25 jaaren, aangewonnen; zeker een aanmerkelyk getal, wanneer men nagaat, dat, gelyk boven gemeld is, in die 25 jaaren, 36025 persoonen meer overleden dan gebooren zyn, het geen, het middengetal berekend zynde, jaarlyks tusschen de 14 en 1500 Overledenen meer dan Geboorenen oplevert. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 106]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
7. Dat het opmerkelyk is, dat, daar de sterfte in 1781, wanneer 'er meer dan 10000 Dooden waren, en in 1784, wanneer 'er 9501 geteld wierden, egter het getal der Leevenden in 1782 met 1000 en in 1785 met 900 vermeerderd was, waarvan ik geene andere reden kan bedenken, dan de groote menigte van aankomende Vreemdelingen, waarvan 'er waarschynelyk een aanzienelyk aantal is blyven woonen. 8. Hieraan kan men ook vry zeker toeschryven, dat het getal der Mannen dat der Vrouwen byna twintig duizend in het laatste jaar overtreft, daar 'er zeer veele ongehuuwde Manspersoonen onder die Vreemdelingen zyn; zo dat de Inwoonders van Romen uit verschillende Natiën bestaan, en montagne dezelve niet onaartig by een Arlequins rok, uit verscheiden vreemde lappen zamengesteld, vergeleek. Nu nog iets wegens de tegenwoordige Hoogleeraaren in de Geneeskunde te Romen. Wanneer men de onderstaande Lyst der Notizie vergelykt met die van Dr. janssenGa naar voetnoot(*), zal men zien, dat 'er, zedert het vertrek van dien Heer, onder dezelve eene aanmerkelyke verandering is voorgevallen. De gewoone Hoogleeraaren zyn thans de volgende:
De buitengewoone Hoogleeraaren zyn:
Verzonden uit Utrecht, 24 Febr. 1794. J.R. |
|