Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1794
(1794)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijByvoegsels en Aanmerkingen voor het Agtste Deel der Vaderlandsche Historie van Jan- Wagenaar. Door Mr. H. van Wyn, Mr. N.C. Lambrechtsen, Mr. Ant. Martini, E.M. Engelberts, en anderen. Te Amsterdam, by J. Allart, 1792. In gr. 8vo. 108. bl. - Dezelfde voor het Negende Deel, 1793, 115 bl. - Dezelfde voor het Tiende Deel, 1793, 130 bl. Behalven een Aanhangsel van 12 bl.(Tweede Ulttreksel.)
Uit den ryken voorraad van gewigtige Aanmerkingen, welke ons in deeze drie Stukjes voorkomen, zouden wy nog zeer veel onzen Leezeren kunnen aanbieden; doch moeten, om dit Uittreksel niet al te lang te maaken, hen tot het Werk zelve wyzen. Evenwel kunnen wy den lust niet wederstaan van eenige byzonderheden aan te tekenen raakende philips willem, den oudsten Zoon van willem den I, by anna van egmond, Graavinne van Buuren, die, nimmer eenig deel aan de bestuuring van 's Lands zaaken gehad hebbende, veel minder bekend is dan zyne broeders, en, egter, uit hoofde van zyne lotgevallen, persoonlyke hoedanigheden en gehouden gedrag in de neteligste omstandigheden, wel verdient gekend te worden. Deeze ongelukkige Vorst werd, omtrent 14 jaaren oud, door den Hertoge van alva, met geweld geligt uit de Hooge Schoole van Leuven, ondanks de vryheden en voorrechten dier Schoole, en na Spanje gevoerd, alwaar hy, 28 jaaren lang, gevangen bleefGa naar voetnoot(*), tot dat hy, in het jaar 1596, ge- | |
[pagina 408]
| |
slaakt, en met den Kardinaal-Aartshertoge, albertus van oostenryk, na de Nederlanden werd gezondenGa naar voetnoot(*). Wagenaar meldt, ter laatst aangehaalde plaatze, dat de Graavin van hohenlo, volle Zuster van philips willem en Prins maurits zelf, in het Land van Kleef, een mondgesprek met hem hielden. Doch hierop vinden wy aangetekend in het VIII Stukje, bl. 89. ‘De Graavin van hohenlo, na, driemaal, door philips genoodigd te zyn, begaf zig, uit Buuren, daar zy Hof hieldt, naar hem toe, zonder 'er maurits van te spreeken; die, vreezende dat zy zig, by haaren Broeder, beklaagen zoude over 't bestuur der goederen van Breda, hem den Raadsheere hessels toezondt, zo om hem te begroeten, als om opening van dat bestuur te geegenGa naar voetnoot(†).’ Philips willem bekwam, door den tyd, handligting van zyne Goederen in Bourgondie, zo als wagenaar meldt ter aangehaalde plaatze. Doch hier wordt, in deeze Aantekeningen (mede ter laatstgemelde plaatze) bygevoegd. ‘Men zegt, dat dit, den ongelukkigen Prinse, wierdt aangeboden, mits hy, uit die Goederen, jaarlyks drieduizend Guldens, aan de Erfgenaamen van zyns Vaders moorder, zoude uitkeeren; doch dat hy, verklaarende veeleer alle zyne Goederen te willen missen, dan ze, op zulk een' schandelyken voet, te aanvaarden, 'er eenige tyd verliep, alvorens men hem 't vry genot derzelven vergunde. De algemeene Staaten, den Prinse, by deszelfs komst te Brussel, doende begroeten, gaven den Bezorgers van 't Sterfhuis zyns overleeden' Vaders last, om hem, by Wissel, tienduizend Guldens, uit deszelfs Goederen, over te maaken. Men deedt dit, om hem geen reden tot misnoegen te geven, en teffens, zynen aart te polsenGa naar voetnoot(‡).’ In het Negende Stukje deezer Byvoegselen vinden wy, raakende philips willem, alleenlyk, | |
[pagina 409]
| |
op bl. 110, aangetekend, dat hy, na het sluiten van het Bestand, in den jaare 1609, door de Staaten ‘met eene somme van vyf-en-twintig duizend guldens eens, beschonken wierdt.’ Men weet, dat wagenaarGa naar voetnoot(*), uit de Negotiations de jeannin, verslag doet van de verdeelinge der nalaatenschap van willem den I, onder deszelfs drie Zoonen. Ingevolge van die verdeelinge, en van het geslooten Bestand ‘nam philips willem zyn verblyf te BredaGa naar voetnoot(†):’ en dit geeft onzen Schryver aanleiding om in het Tiende Stukje zyner Byvoegselen, bl. 2, enz. nopens deezen ongelukkigen Prins, ‘nog 't een en ander, voor zo ver het tot deeze Landen betrekking heeft, en, deels niet, of niet genoegzaam, bekend is, aan te teekenen.’ En dit zullen wy, met eenige verkortinge, overneemen. ‘De vreeze voor ... Spaanschgezindheid, van welke .. de ... Staaten ... philips willem, by zyne komst naar de Nederlanden, verdagt hielden, ... bleek allengskens ongegrond te zyn, en verdween meest al by de .. overweeging, dat een Prins, in deeze Gewesten geboren, en, tot zyn vyftiende jaar, opgevoed, maar toen, met vertrapping van 's Lands voorregten, tegen zynen wil .. opgeligt, naar Spanje gevoerd, aldaar, tot in het een-en-veertigste jaar zyns leevens, wel zonder kluisters ... doch met verlies, egter, van natuurlyke vryheid ... opgehouden, en ... door 't beleid van Spanje van eenen, by hem altyd geliefdenGa naar voetnoot(‡) Vader, een groot deel zyner aanzienlyke goederen, en de hoop | |
[pagina 410]
| |
ter opvolging in de hoogste waardigheden hier te Lande, geweldaadiglyk, beroofd, en, sedert, slegts met glimpige eertitelen en weinige inkomsten gepaaid, den Nederlanderen ... geen kwaad hart konde toedraagen; te minder, daar men reeds kennis droeg van zynen zagten aart, die hem de harde behandeling des Vyands deedt verduuren ... alwaar hy ... kwanswys, met eene Bende van driehonderd mannen, begunstigd was; zonder dat my gebleeken is, dat hy ooit met dezelven tegen deezen Staat te velde trok, hoe zeer hy, in 't gevolg van albertus, 't beleg van Calais en Amiens bygewoond, en, aldaar, met brein en bloed van drie, aan zyne zyde gesneuvelde, Spaansche Edelluiden, bespat, groot gevaar van 't leeven geloopen hadt.Ga naar voetnoot(*). Men zag hem dan ... al vroeg, met medelyden aan, schoon 't Roomsch geloof, 't welk hy beleedt, de Spaansche party, die hy moest aankleeven, en, misschien ook, de verschillendheid van denkwyze, tusschen hem en ... maurits, over 't bestuur der Vaderlyke ErfgoederenGa naar voetnoot(†), 's Lands Regeering ... huiverig maakte, om hem herwaarts te noodigen, zo lang men in vollen Oorlog met de Aartshertogen was. Toen, egter, in .. 1607, de Vredehandelingen geopend wierden, philips willem ... schoon tegen den zin van maurits, in zyn Prinsdom Oranje hersteld en gehuldigd wasGa naar voetnoot(‡), en alles zig ... tot eene vriendelyke verdeeling der bovengemelde Erfgoederen, tusschen hem en zyne Broeders en Zusters, begon te schikken, verkreegen zyne zaaken, hier te Lande .. een eenigsints gunstiger aanzienGa naar voetnoot(§). Dit bleek .. toen hem ... om ten dienste van zyn Slot Oranje te gebruiken, niet alleen wierdt toegestaan in Holland tien stukken Geschuts ... te doen gieten, maar ook dezelve stukken hem, sedert, grootendeels, nevens tweehonderd musketten en spietsen, ten dienste als vooren, | |
[pagina 411]
| |
wierden geschonkenGa naar voetnoot(*), waar op een spoedig verlof volgde, van zig, nog voor 't sluiten van den Treves, naar Holland te mogen begeeven. Over Buuren ... den 13 van Slagtmaand des Jaars 1608, in den Haage gekomen, wierdt hy, door eene bezending der Algemeene Staaten, afgehaaldGa naar voetnoot(†), en verbleef 'er een' geruimen tyd, binnen welken ... door zyn bestel en vredelievenden aart, maurits met deszelfs Zuster emilia, gehuuwd aan emanuel, Prins van Portugal, verzoendt wierdt. Geduurende zyn verblyf hier te Lande, ging men, egter, zyne wegen zeer na, en 't leedt niet lange, of 'er rees eenig wantrouwen ... De Raaden van Staaten droegen, in Sprokkelmaand des Jaars 1609, ter algemeene Staatsvergadering voor, dat de Prins van Orange, eerstdaags, naar Breda stondt te vertrekken, om aldaar gehuld te worden ....; dat het regt, 't welk .. zyne Doorlugtigheid tot deeze Stad was hebbende, door der Staaten wapenen was verkregen, en dat hy “dierhalven dezelve van deze Landen te leen moest houden” .... geevende verder de Raad in bedenken, of men zyner Doorlugtigheid niet diende aan te zeggen, dat de Staat van den Lande het pleegen van eenige nieuwigheid ... binnen Breda, niet zou kunnen lyden? Dan de Staaten oordeelden, op dit een en ander, vooreerst, nog geen besluit te moeten neemenGa naar voetnoot(‡); ook weet ik niet, dat dit sedert geschiedde .... Ondertusschen wierdt de Raad, omstreeks Bloeimaand, weder verwittigd, dat philips willem de Magistraat van Steenbergen wilde verzetten, waar op, terstond, twee Leden uit hun midden afgevaardigd wierden, welken, niet alleen den Prinse moesten verzoeken die verandering uit te stellen .... maar zig ook begeeven naar “Grave maurits,” en deezen vermaanen de aanstelling des Magistraats, aldaar “te continueren, ... tot nader orde van haar Mog. E.” De uitslag, egter, deezer bezending, beantwoordde weder niet aan den wensch des Raads .... De Raad ... verzogt toen | |
[pagina 412]
| |
alleenlyk, dat [de Algemeene Staaten], hier nopens, geliefden te handelen, zo als zy, ten meesten dienste van den Lande, zouden oordeelen te behoorenGa naar voetnoot(*), maar 't blykt my niet, dat de laatstgenoemden ... zig verzetteden tegen ... Oranje, die 't vertrouwen van veelen... meer en meer gewonnen hadt, en... zig... in 't begin van Hooimaand des Jaars 1690, naar Breda begaf, om de hulde zyner onderzaaten te erlangen. Voor dit vertrek, verscheen de Prins, in persoon, ter algemeene Staatsvergadering, en nam, na behoorlyke dankzegging... afscheid, met aanbod van zynen gewilligen dienst, in al het geene, waarin men hem zou begeeren te gebruiken. Toen het hart nader openende, beklaagde hy zig.. over den rampspoed zyner langduurige gevangenis, in welke hy 't beste deel zyns leevens hadt moeten verslyten... verzoekende, eindelyk, dat de Staaten, dit alles in aanschouw neemende, en byzonderlyk lettende, hoe zyn Vader en Vrienden, hun leeven en bloed voor den Lande hadden gelaaten en gestort, en hoe het meerderdeel der goederen van Nassau en Buuren, door denzelven zynen Vader, in 's Lands dienst, was verteerd, waar by hy, thans, het meeste naadeel leedt, daaromme, zyn' persoon, in des Lands recognitienGa naar voetnoot(†), even gunstiglyk als zyne Broeders, geliefden te gedenken. Ook boodt hy... de hulde der Stad en Baronnie van Breda den Staaten aan, die, hier op, den ongelukkigen Vorst het deel, 't welk zy in zynen rampspoed namen, verzekerden, en hunnen dank voor deszelfs aanbod betuigden, doch zig.. op het... klein getal der aanwezende Leden... verontschuldigden, van, op 't stuk der verzogte recognitie, voor als nog, niet te kunnen besluiten, 't welk men egter hem toezeide, by de terugkomst der afweezenden, gunstiglyk te zullen geschieden.’ - De Schryver meldt, vervolgens, dat ‘in de eerstvolgende Oogst- | |
[pagina 413]
| |
maand,’ den Prinse vyfentwintig duizend guldens eens werden toegelegd ‘niet onder naam van Recognitie, maar onder dien van Vereeringe over den wellecom ende defroyementGa naar voetnoot(*).’ ‘Kort na de afscheidsneeming, vertrok zyne Doorlugtigheid naar Breda, alwaar hy, den 12den van Hooimaand des Jaars 1609, werdt ingehuldigd. Men meldt, dat hy, ten zelfden tyde, wegens de Algemeene Staaten... door den Heere van Bredenrode, begroet is geworden, waar voor hy hunne Hoogmogenheden schriftelyken dank betuigdeGa naar voetnoot(†). My is, egter, van deeze bezending in de Staatspapieren niets voorgekoomen, schoon ik de zaak niet ontkenne. Zeker gaat het, dat hy, of ten minste zyne Gemalin... in Slagtmaand van dat zelfde jaar, een keer, voor eenige dagen, herwaarts deedt, en een bezoek afleide, by louise de coligny, Prinsesse Weduwe van Oranje... 't Verdient eenige opmerking, dat men, in de algemeene Staatsbesluiten, op den 16 van Slagtmaand, deeze woorden vindt, “geproponeert, off men de Prinsesse van Oraingien, ende andere alhier gecommen, zal verwillecommen, maer goetgevonden, dat men 't selve zal dissimuleerenGa naar voetnoot(‡).” Dan, wat ook tot deeze koelheid reden gegeven moge hebben ... zy duurde niet lang, en, reeds den volgenden dag, vaardigden Hunne Hoogmogenheden de Heeren van Oldenbarneveld, Magnus en Nyeveld, wegens Holland, Zeeland en Utrecht, af, om haar te congratuleeren, 't geen, vervolgens, plaats hadtGa naar voetnoot(§). Zy kwam, na dien tyd, te meermaalen in Holland; onder anderen, ten Jaare 1611, toen zy, met haaren Gemaal, nevens de Prinsesse Moeder en regeerende Prinsesse van Condé, een keer door de Steden doende, ook, wegens de Staaten van dit Gewest, trefiyk onthaald, vergast, en, met, omtrend, voor twaalf duizend gulden aan Lynwaat, naar de gewoonte van die tyden, beschonken wierdtGa naar voetnoot(**). | |
[pagina 414]
| |
Philips willem, zo om 't Roomsche geloof, 't geen hy en zyne Gemalin beleedt, als om de hooge bedieningen, in welken zyne jongere Broeders zig hier bevonden, zig niet wel met der woon in Holland kunnende nederzetten, hieldt zig, sedert, meest, met zyn gezin, binnen Breda, somtyds ook te Brussel, Parys en elders, op. Te Brussel byzonderlyk, was hy, na zyn aanzienlyk huwelyk, en bekooming van een groot deel zyner Goederen, meer dan in vroeger tyden gezien, en de Prins van Condé, uit Frankryk gevlugt, toefde, aldaar, by hem. 't Bestuur van zyn Prinsdom Oranje betrouwde hy, eenigen tyd, aan emanuel, Prins van Portugal, zynen Schoonbroeder. Zyn leeven dus, buiten den slommer van zaaken, doorbrengende, overleedt hy te Brussel, op den 20 van Sprokkelmaand 1618, het 64 jaar zyns ouderdoms, aan de kankerige gevolgen eener kwetsinge, die hem, zeer met bloedige aembeïen gekweld, door zynen Kruidmenger, ongelukkiglyk, was toegebragtGa naar voetnoot(*). Hy was een man van gezond, maar, in het diepst der Staat- en Krygskunde, min geoefend, vernuft; 't geen aan 't verzuim zyner opvoeding, in Spanje, te wyten was. Ook scheen zyn treurig verblyf aldaar ('t welk hy, nu en dan, door het Schaal spel plagt te leenigen,) de natuurlyke leevendigheid van zynen geest eenigsints verminderd, en zwakker indrukzelen te hebben gelaaten van de gronden en beginselen der Wetenschappen, die hem, hier te Lande, in zyne eerste jeugd, met zeer veel zorge, waren aangeleerd. Met dat al, ontbrak het hem aan geene beschaafdheid, die, byzonder na zyn ontslag, door 't bywoonen van 't Hof der Aartshertogen, en zyne reizen door Italien, Frankryk, Duitschland en de Nederlanden, bevorderd was geworden; waarom hy ook ... somwylen, tot het afleggen van Gezantschappen, niet ongeschikt, en, door albertus, gekooren wasGa naar voetnoot(†). Van zyne goede geaartheid heb ik reeds gewaagd; ook bleek zyne verdraagzaamheid in den Godsdienst, uit de | |
[pagina 415]
| |
onverhinderde oefening, zo van den Roomschen als van den Hervormden, welken hy, beiden, in zyn Prinsdom Oranje, toelietGa naar voetnoot(*). Kloek en zwaar was hy van ligchaam, draagende een' vry grooten en blonden baart. Zyne Gemalin overleedt nog geen jaar na hemGa naar voetnoot(†).’ De lengte van dit Uittreksel verbiedt ons hier meer by te voegen, schoon wy daartoe anders overvloed van stoffe zouden hebben. De stukjes zelve zyn onontbeerlyk voor de Liefhebberen van de Geschiedenissen des Vaderlands. De styl, in welken zy geschreven zyn, konde somtyds netter, zuiverder en beknopter, zyn; waarover wy, misschien, by eene volgende gelegenheid, wel iets zullen zeggen. Doch, indien de Schryver, of Schryvers, deezer Byvoegselen hierin niet met wagenaar gelyk staan, zy evenaaren hem in de gewigtiger verëischten van kundigheid, arbeidzaamheid, onpartydige waarheidsliefde en bezadigdheid. |
|