Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1794
(1794)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijBeknopte Historie der Onlusten in de Nederlanden, sedert de Onderhandelingen over de Gewapende Neutraliteit in 1780, tot op deezen tyd, uit echte Gedenkstukken byeen gesteld. IVde Deel. In Brabant, 1792.Naardemaal de Schryver in dit Vierde Deel denzelsden voet houdt als in de drie voorgaande, willen wy het daar van reeds gezegde ook op 't zelve toegepast hebbenGa naar voetnoot(*). 't Zelve is, om den Inhoud kortlyk aan te duiden, in Drie Hoofdstukken verdeeld. - Het Eerste behelst de Gebeurtenissen, van het begin des Jaars 1787, tot aan het Gevegt tusschen een Detachement Soldaaten van van efferen, en eenige Utrechtsche Burgers, by Vreeswyk, gezegd de Vaart. - Het Tweede het voorgevallene, zints 't gemelde Tydperk, tot aan de Aanhouding van Mevrouw de Prinses van orange, by de Goejanverwellen-Sluis. - Het Derde loopt, van die Gebeurtenis af, tot aan den Inval der Pruissische Troepen in Holland, en het overgaan van Utrecht. De Byeensteller, die weinig meer dan de Nieuwe Nederlandsche Jaarboeken, en het Beroerd Nederland, schynt | |
[pagina 90]
| |
geraadpleegd te hebben, betuigt zyne Vaderlandsche Vrienden, in een kort Voorberigt: ‘Het hier verhaalde, Land- en Lotgenooten! raakt ook u van zeer naby. Gy vindt daar een spiegel opgehangen van de rampen, die den Vaderlyken eigen-grond getroffen, - van de verdeeldheden, die het hart der Ingezetenen verscheurd, deezen van elkander vervreemd, hebben, en, ongelukkig! nog blyven afkeerig houden: in één woord, gy ziet u zelven, uwe tydgenooten, en beider onderscheidene bedryven.’ - En meldt ten Slot: ‘Hier zal ik voor eene wyl myne pen nederleggen, om, naa eenige ademhaaling, my over te geeven aan de treurige beschouwing der verdere Onlusten, die deeze merkwaardige Omwending vergezeld hebben, of wel de gevolgen daar van geweest zyn, ten einde ook deeze, met bescheidene vrymoedigheid, in een volgend Deel voor te draagen.’ |
|