mogen hen niet treft, zullen zy gewisselyk, als wy Slaven moeten worden, zullen zy gewisselyk, ----- hunne Lyken, ----- de Schansen zyn, waar achter wy, ik, ----- en God geeve Gy allen die my hoort, onze Vryheid bevechten zullen. -----
Wy zullen onzen ouden roem zien herleeven; wy zullen geene smaadredenen meer hooren, van onze werkelooze onverschilligheid: wy zullen geen aanfluitinge zyn voor onze vyanden. ----- Onze macht zal ons geducht maken: de Vorsten van Europa zullen hunne Soldaaten niet zoo ligt tot ons doen uitstrekken, en wie zal aanspraak op onze Bezittingen durven maaken; daar wy als een eenig Man ter bescherming van dezelven gewapend zyn? ----- Wy zullen gelyk zyn aan de vrye Burgers van Noord-America, die zich Vry gevochten hebben, en nu hunne Vryheid bewaaren: wy zullen deelen in de Burger Voorregten, en een iegelyk, wat Godsdienst hy ook beoeffend, zal dezelve, by het genot der Vryheid, Vry kunnen beoeffenen. -----
Wy zullen eindelyk in staat weezen, om onze bezittingen te bewaren tegen binnenlandsch geweld, of buitenlandsche strooperyen: wy zullen onze Wyven, onze Dogteren, onze Kinderen trouwhartig kunnen beschermen. Kortom, wy zullen toonen, dat wy voor geen Hydra beeven, noch voor eenen Nero knielen. -----
Myn God! - wanneer? - ach! laat het nu zyn, dat dit zalig tydstip gebooren worde, waarin een ieder zich ter wapening aanbied ----- myn Vaderland! ----- ik zie de Zon van uwe Vryheid herryzen, ----- dan opdagen. ----- Aanbiddelyke Vryheid! ----- als wy allen uwen tuin bewaken, ----- zult ge immers na geen anderen oort heenen vlugten. ----- Burgers! ----- gevoelt nu uwe bestemming.’ -
Onze Leeraer versterkt wyders zyne aenmoediging ook met zyn eigen voorbeeld, zeggende, wanneer hy van de Looting van den derden Man spreekt, ‘zullen wy aarselen! Neen M.H. Laat ons ons eenparig laten opschryven; laten wv ons allen wapenen; laten wy vooral die vry zyn de eersten wezen. En ziet daar, begeert gy eenen Voorganger in dit werk, ik zal de eerste zyn, ik kan dien drift van myn Vaderlands hart niet langer wederstaan. ----- Ik zal zelfs de Wapenen aangorden: en he-