De Tweede Ronde. Jaargang 27
(2006)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 75]
| |
Vijf gedichten
| |
[pagina 76]
| |
Kinderen (2)onder het wolftandkleurige maanlicht
een geheim genootschap van alle vermiste kinderen
uiteindelijk hebben ze allemaal een paar skeelers
waarmee ze de wereld najagen die hen dwingt op te groeien
en in een gemeenschappelijk graf liggen
kleren, schoenen en handschoenen die niet meer passen begraven
ze spugen en laten het vliegertouw los
met hun grote mond zitten ze regelmatig
aanstellerig te lachen
snijden hun vingertop af om een eed te zweren
ontelbare linkerringvingertopjes
weggegooid in winterse pretparken aan de kust
wanneer hun korte haar verwaait door een dageraadbriesje
vertellen ze je laatdunkend alles komt alleen
doordat een lang geleden beloofd uitje op een zondagochtend
achterloos werd vergeten
de dag van de collectieve vermissing werd uitgeroepen
tot jaarlijkse feestdag
en alle kinderen keerden verkleed als straathond terug
naar het kruispunt waar ze op het laatst waren verdwenen starend
naar het huis waar ze niet meer naar terug konden het uitje en
de slapeloosheid voor het uitje
de foto's van de gezochte personen op een melkpak
honderd spreuken, gebruikt om hen te laten opgroeien
tot volwassenen
| |
[pagina 77]
| |
Privégesprek met dieren (1)over griekenland.
griekenland is vreselijk saai, overal zijn toeristen,
maar mijn paarse leren schoenen met bijpassende groene sokken
trekken de aandacht,
elke ochtend wanneer ik opsta vind ik
dat dit oude lichaam het niet meer waard is om opgezadeld te worden
met de nieuwe behoeften van de geest.
over de thermometer.
zij verkleden zich echt helemaal als
thermometer, hun hoofd eruit stekend, eensgezind
naar links hangend, ik gluur
met de deur op een kiertje hoe ze
hoog in de lucht hangen hun gezichten
heel bedaard, op de transparante glazen buisjes
is een grove schaalverdeling aangebracht, elk heeft een eigen
indeling, die we ‘schaalverdeling van de zonden’ noemen
| |
[pagina 78]
| |
Privégesprek met dieren (2)de handdoeken van een negenkoppig gezin hangen op dezelfde
stok
de badkamer is altijd donker en vochtig
de handdoeken die nog nooit droog zijn geworden verrotten
langzaam tot ze zwart zien de negen koppen
wassen elke dag hun gezichten maar nooit
schoon
ze slapen in een groot meerpersoonsbed
als negen handdoeken plakkerig tegen elkaar
het enige bewijs van de tijd is
het stuk zeep in de badkamer dat onophoudelijk wordt verbruikt
en dunner en kleiner wordt waarna niet meer te zien valt of er le-
ven is
in het schuim van de tijd maar
dat nooit verandert nooit verdwijnt
enkel verrot tot het zwart ziet
| |
Fusion Kitschwanneer is het allemaal begonnen
die pastorale pan-incestueuze atmosfeer?
ze zitten al zolang in hetzelfde familiealbum
minnaars die ontaard zijn tot familieleden
dieren die ontaard zijn tot minnaars
en dan nog die verstikkende ontwikkeling in
het animistische discours die uiteindelijk
alle liefdesrelaties wacht
|
|