De Tweede Ronde. Jaargang 22
(2001)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 190]
| |
Drie gedichten
| |
Map of the New World
| |
[pagina 191]
| |
Een kaart van EuropaAls het idee van Leonardo
Waar landschap opengaat op een druppel water
Of een draak hurkt in een vlek,
Laat mijn bladderende wand in het felle licht
De kaart van Europa zien met zijn aderen.
Op zijn gefijnschilderd raamkozijn
Glanst de goudrand van een blikje bier als
Een avond aan een meer van Canaletto,
Of als die rotsige kluizenarij
Waar, in zijn cel van licht, Hieronymus hologig
Bidt dat Zijn koninkrijk kome
Naar de verre stad.
Het licht schept zijn stilte. Alles in de lichtkring
IS. Een gebarsten koffiekop,
Een gebroken brood, een gedeukte urn worden
Zichzelf, als bij Chardin
Of (bier-heldere) Vermeer,
Niet bedoeld voor ons mededogen.
Er is geen lacrimae rentm in,
Geen kunst. Alleen de gave
Dingen te zien als ze zijn, gehalveerd door een duister
Waaruit geen heenkomen is.
| |
A Map of EuropeLike Leonardo's idea
Where landscapes open on a waterdrop
Or dragons crouch in stains,
My flaking wall, in the bright air,
Maps Europe with its veins.
On its limned window ledge
A beer can's gilded rim gleams like
Evening along a Canaletto lake,
Or like that rocky hermitage
Where, in his cell of light, haggard Jerome
Prays that His kingdom come
To the far city.
The light creates its stillness. In its ring
Everything IS. A cracked coffee cup,
A broken loaf, a dented urn become
Themselves, as in Chardin,
or in beer-bright Vermeer,
Not objects of our pity.
In it is no lacrimae rerum,
No art. Only the gift
To see things as they are, halved by a darkness
From which they cannot shift.
| |
[pagina 192]
| |
Midzomer, TobagoBrede stranden, zongestenigd.
Witte hitte.
Een groene rivier.
Een brug,
verzengde gele palmen
van het huis in zomerslaap,
soezend door de augustusmaand.
Dagen die ik vasthield,
dagen die ik verloor,
dagen die, als dochters, te groot worden
voor de haven van mijn armen.
| |
Midsummer, TobagoBroad, sun-stoned beaches.
White heat.
A green river.
A bridge,
scorched yellow palms
from the summer-sleeping house
drowsing through August.
Days I have held,
days I have lost,
days that outgrow, like daughters,
my harbouring arms.
|
|