De Tweede Ronde. Jaargang 19
(1998)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermdPeter KahnGa naar voetnoot*Ik zal u een verhaal vertellen waar ik met een zekere genegenheid aan terugdenk. Een collega en diens vrouw, die tot een vooraanstaand geslacht in Ithaca behoorde, wilden een raam in de kapel van St. John's Episcopalian Church in het centrum. Nabokov dacht dat ik, aangezien ik schilderde, ook wel voor een gebrandschilderd raam kon zorgen, en op de een of andere manier gaf hij me de opdracht om dat raam te maken. Ik had nog nooit een gebrandschilderd raam gemaakt. Toen rees de vraag: om wèlke Johannes gaat het hier? Daar zat Nabokov niet mee, want hij noemde zo vijfenvijftig heiligverklaarde Johannesen op, die hij in categorieën indeelde, zoals hij dat erg graag deed. Hij vertelde van de hoofdheiligen, de mindere heiligen, de verbannen heiligen, de pausen die heiligen waren, enzovoort enzovoort. Er zaten trouwens twee ramen in dat kleine kapelletje en er zijn twee grote Johannesen. De een was klaarblijkelijk Johannes de Doper, de ander de evangelist Johannes. Nabokov kende al hun attributen en de symbolen die geassocieerd worden met deze twee heiligen. Ik ontwierp de ramen en ontdekte tot mijn verbazing dat hij verstand had van brandschilderen. Uiteindelijk kreeg ik het gebrandschilderde glas vanuit New York; ik plaatste de ramen en dat was dat. We waren nog even naar de predikant gegaan om te vragen om welke Johannes het nu ging. Hij wist het niet. Nabokov sprak de hoop uit dat het om de Spaanse heilige Johannes van het Kruis ging. |
|