De Tweede Ronde. Jaargang 19
(1998)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 140]
| |
Chauffeur Des Führers
| |
[pagina 141]
| |
Baker: Dat is duidelijk. Ik bedoel, daarom zijn we hier. Voor uw historisch testament. Selbst: Mijn historisch testament... Da's mooi. Een hoop flauwekul, maar toch mooi. Dus stel uw vragen maar. Wel opschieten. Misschien heb ik niet meer zo lang te leven. Baker: Dan... ja, laten we beginnen. Hoe hebt u Den Führer voor het eerst ontmoet? Selbst: Dat is simpel. Ik wilde autocoureur worden, maar ik was stuntman bij de Berliner filmstudio. Slippen, over de kop gaan, vanaf een schans over vaten vliegen, dat soort dingen. Het Ministerie van Propaganda vond dat belangrijk oorlogswerk, dus werd ik niet opgeroepen voor het leger - nog niet, in ieder geval. Hitler besloot dat hij een nieuwe auto wilde. Een kogelvrij geval. Wist u dat Hitler tot die tijd rondreed in een auto met zandzakken om hem heen? Niet te geloven! Hij vroeg Mercedes een speciale auto voor hem te bouwden. En toen hij langskwam om de auto te bekijken, vroeg Mercedes me om naar het Sportpalast te komen en het voertuig te testen op de slipbaan. U weet wel, laten zien wat ie kon. Baker: En hoe was de auto? Selbst: Duits! Een Mercedes! Ontworpen voor Hitler! Kon niet beter. Een fraai staaltje van Duits technisch meesterschap. Hij reed fantastisch. Heel zwaar, dat wel, met die bepantsering, de versterkte bodem en al die houten bekleding aan de binnenkant: de banden waren van massief rubberine. Maar dat was goed. Daardoor kwam het zwaartepunt laag te liggen. De auto was uitgevoerd met het nieuwe veersysteem van Henkel en de motor was heel krachtig. Maar hij zag er precies uit als een gewone limousine. Absoluut schitterend. Maar dat spreekt voor zich. Baker: En hoe bent u Des Führers persoonlijke chauffeur geworden? Selbst: Nu, dat zit zo. Toen ik de auto testte, keek Hitler toe vanaf de eretribune. Vervolgens stelde hij me voor met hem een paar rondjes over de racebaan te rijden, een pirouette te maken, door een korte bocht te scheuren, u weet wel, dat soort dingen. Hogere stuurmanskunst. Toen hij daarna uitstapte, zag hij eerlijk gezegd een beetje bleek, maar hij schudde me de hand en bedankte me. Hij zei: ‘Wat zou u ervan vinden voor mij te werken? Ik zoek iemand die zo kan autorijden als dat nodig is. Natuurlijk heb ik die kans met beide handen aangegrepen. Al de volgende ochtend begon ik mijn werk voor de Reichskanselarij. Baker: Wanneer was dat? | |
[pagina 142]
| |
Selbst: Ais ik me goed herinner, was dat vlak voor het nieuwjaar van 1940. Baker: Dus u hebt uw carrière als autocoureur opgegeven... Geen spijt gehad? Selbst: Carrière? Het was oorlog. Er waren geen echte races. Ik wilde autocoureur worden, dat is waar. Maar het had geen zin. Ik zou ieder moment opgeroepen kunnen worden voor het leger. Ik vond het prima om Den Führer te rijden in plaats van in een tank. Nee, ik had geen spijt. Baker: Herinnert u zich hoe de oorlog op dat moment verliep? Selbst: Eh, niet precies. Ik weet nog dat de zaken min of meer vastzaten, zowel in het oosten als in het westen. Maar eerlijk gezegd hield ik indertijd het algehele verloop niet zo bij. Ik had een taak. Daar richtte ik me volledig op. Bovendien moest ik bij de SS-Rassenprüfer verschijnen en al mijn papieren laten zien om aan te tonen dat ik zuiver Arisch was. En ze drongen erop aan dat ik een speciale lijfwachtencursus zou volgen - vechtsport, handwapens, dat soort dingen, dus ik had het heel druk. Baker: En u voelde zich verantwoordelijk voor Dem Führer? Selbst: Natuurlijk. Ik was Hitlers persoonlijke chauffeur. Zijn leven lag in mijn handen. Iedere dag weer. Ik legde er veel eer in om een perfecte chauffeur te zijn voor Dem Führer. Baker: Reed u hem alleen in Berlin of maakte u ook langere reizen? Selbst: Oh ja, ik reed hem natuurlijk rond in Berlin, zoals die stad toen heette. (Berlin werd in 1952 omgedoopt tot Germania. Red.) Maar we maakten zo nu en dan ook langere tochten. Naar Bayern, en naar Österreich, of om de Atlantikwall te inspecteren. En er waren ontmoetingen met buitenlandse diplomaten. Die vonden niet altijd plaats in de hoofdstad. Aanvankelijk gebruikte Hitler daarvoor de Diplomatieke Reichstrein. Die was speciaal voor dit soort zaken uitgevoerd, u weet wel, met slaapwagons, een dinerwagon, conferentiewagons, accommodatie voor de beveiliging en luchtafweergeschut aan de voor- en achterkant. Een paar keer heeft het maar een haar gescheeld. De trein is tweemaal bestookt door geallieerde vliegtuigen. Gelukkig zat Hitler er geen van beide keren in. Daarna reed de trein alleen nog maar 's nachts. Hitler zei altijd dat je met een trein niet aan de vijand kon ontsnappen, dat je er alleen maar mee naar voren of naar achteren kon. Hij was een beetje huiverig om de trein te gebruiken. En het ging niet alleen om de geallieerde vliegtuigen. Hij zei dat de trein gemakke- | |
[pagina 143]
| |
lijk opgeblazen kon worden of dat verzetstrijders 'm konden laten ontsporen, of dat ie van een afstand met machinegeweren onder vuur kon worden genomen. Hij zei: ‘Eerlijk gezegd is een auto een lastiger doelwit.’ In een auto voelde hij zich veiliger en veel minder opvallend en voorspelbaar. Baker: En hoe was Der Führer als baas? Selbst: Hij was een fantastische baas. Echt geweldig. Hij waardeerde mijn kwaliteiten en heeft niet één keer kritiek gehad. Als we een lange reis maakten, had hij altijd een fles vruchtensap en een mand met dieetvoeding bij zich die zijn persoonlijke kok samenstelde volgens het voorschrift van zijn dokter. Maar dat wist ik en gewoonlijk trof ik mijn eigen voorzieningen. Hij wachtte tot we een verlaten schilderachtig plekje in het bos of de bergen hadden bereikt, tikte dan tegen de glazen wand en vroeg me aan de kant te gaan staan. Baker: Hij was een grote natuurvriend uiteraard. Selbst: Zeker, maar u moet weten dat ik altijd een klein Führer-Opkikkerpakket bij me had: een thermosfles koffie met een scheut cognac erin en een picknickmand met lekkere dikbelegde broodjes ham met scherpe mosterd. Dan kwam hij voorin de auto zitten, trok zijn snor af, zette een slappe hoed en een zonnebril op om zich te vermommen en vervolgens doken we samen op mijn voorraad, als twee oude strijdmakkers, wat we eigenlijk ook waren. Het eten dat zijn dokter voorschreef w as troep. Konijnenvoer. Baker: Ik had geruchten gehoord over de snor... maar dit is de eerste keer dat iemand... Selbst: Zoals gezegd, die zat vastgeplakt. 't Maakte deel uit van zijn pogingen om er een privéleven op na te houden. Zonder snor dachten misschien een paar mensen dat hij hen vaaglijk bekend voorkwam, maar zelfs zijn eigen SS-lijfwachten herkenden hem niet. Dat heb ik meer dan eens meegemaakt. Baker: Juist, maar Der Führer die broodjes ham eet? En koffie met cognac drinkt? Selbst: Klopt. Baker: Maar Der Führer was toch een strenge vegetariër. Hij gebruikte nooit sterke drank en alleen op zijn verjaardag nam hij een slokje mousserende witte wijn... Selbst: Dat heb ik ook gelezen... Baker: Dus wat u zegt kan niet waar zijn! Selbst: Ik heb u al gezegd dat ik geen geschiedenisboek ben. Ik | |
[pagina 144]
| |
kan alleen maar vertellen wat ik met mijn eigen ogen gezien heb. Baker: Nou... Selbst: Maar goed. Als we de broodjes en de koffie naar binnen gewerkt hadden, maakten we de koeltas open en namen ijs met aardbeien toe. Hij was dol op aardbeien, zelfs van die halfbevroren pappige. Baker: IJs met aardbeien! Maar er gold een strenge distributie! Selbst: Voor sommige mensen wel, ja. Maar degenen die de oorlog feitelijk voerden en wonnen kwamen niets tekort. Maar goed. Daarna verlieten we de auto om de benen te strekken. Hij klopte de kruimels van zich af en ik veegde de stoelen schoon. Daar was hij een Pietje precies in. Vervolgens maakten we een wandelingetje langs de weg of het bos in en rookten een sigaret... Baker: Maar Der Führer was fel tegen roken! Selbst: Als hij met mij was, gedroeg hij zich heel anders. Hij ontspande zich en werd heel völkisch. Ik was er nogal trots op dat hij bij mij zo kon zijn. Hij rookte het liefst een Italienisch merk Caro Mio genaamd. Die waren mij iets te geparfumeerd, te verfijnd. Maar ik wist dat hij ervan hield, dus had ik er altijd een pakje van in het handschoenenvak liggen, naast mijn Führer-Protectiepistool. Baker: Dit heb ik nooit eerder gehoord. Selbst: Niemand heeft het me ooit eerder gevraagd... En ik zal u nog eens wat vertellen. Ik denk dat Hitler in zijn jonge jaren een echte kerel moet zijn geweest. Op een keer reden we terug van een vergadering in Vlaanderen. We reden door een dorpje even voorbij Ieper en hij zei me aan de kant te gaan staan. Hij liet de motorrijders van de SS op de wagen passen. Toen we de hoek om waren, vermomde hij zich op zijn gebruikelijke manier en dook een steegje in. Hij klopte aan bij een huis en er werd onmiddellijk open gedaan door een vrouw die... nou ja... schaars gekleed was. Kunt u zich dat voorstellen? Ik in een of ander Französisch bordeel samen met Hitler, de machtigste man ter wereld! Hij zei dat hij de tent nog kende van zijn militaire dienst tijdens de Eerste Patriottische Oorlog. Er kwamen een paar meisjes binnen die ons hun bekoorlijkheden lieten zien... Hitler lachte veel, streelde een van de meisjes zachtjes over haar dij, maar zei dat hij er na de dag die hij achter de rug had, niet meer toe in staat was. Hij zat alleen maar te grijnzen en snoof met volle teugen hun geur op. Hij raakte ze niet aan! Maar het was te zien dat hij genoot. Toen richtte hij zich tegen mij en zei: ‘Maar als jij er een wil, ga je gang...’ Dat heb ik | |
[pagina 145]
| |
niet gedaan. Kweenie. Ik was nog niet getrouwd, maar toch, op de een of andere manier leek het me niet juist... Ik had dienst. Hoe dan ook, we dronken een glas en maakten geintjes met de Madame. Ze herinnerde zich hem niet, natuurlijk...maar goed ook, eigenlijk. En daarna vervolgden we onze reis terug naar Berlin, zoals die stad toen heette. Baker: Juist ja. Hm, misschien moeten we terugkomen op de buitenlandse regeringsleiders. Herinnert u zich bijzondere ontmoetingen met buitenlandse leiders? Selbst: Oh ja. Ik heb ze allemaal ontmoet, moet u weten. Het waren geen persoonlijkheden die je snel vergeet, geen van allen. En het bood me natuurlijk ook de gelegenheid hun chauffeurs te ontmoeten om roddels uit te wisselen, zeg maar en, nou ja, om elkaar onze professionele ervaringen met auto's en werkgevers te vertellen. Baker: Hoe bedoelt u, auto's en werkgevers? Ging het om roddels? Selbst: Precies. We praatten over ons werk, onze bazen, dat soort dingen. Baker: Was dat niet riskant in verband met de veiligheid? Selbst: Misschien, maar ik had instructies. Bovendien was ik altijd heel voorzichtig. Ik luisterde meer dan dat ik praatte. En daarna werd ik op de Reichskanselarij altijd indringend ondervraagd door de SS-Kolonel van de Inlichtingendienst. Ik rapporteerde exact wat er was gezegd en ze hebben nooit de minste kritiek op me gehad. Baker: En wie hebt u ontmoet? Selbst: Nou, Mussolini natuurlijk een paar keer. Hij was altijd de joviale spaghettivreter. Nam iedere keer een kist grappa mee. U weet wel, als presentje voor de jongens, de chauffeurs, voor als we geen dienst hadden. Baker: En was hij altijd joviaal? Selbst: Vrijwel altijd. De enige keer dat hij zich niet gedroeg was toen Der Führer weigerde zijn plan te steunen om Jugoslawien en Griechenland binnen te vallen. Baker: Maar uiteindelijk kwam het allemaal toch weer goed? Selbst: Oh ja, absoluut. Ik was op het parkeerterrein maar ik kon Hitler en Mussolini horen schreeuwen. Hitler zei: ‘Ik heb op dit moment plannen met Russland, niet met dat kloterige Griechenland. Je hebt er een klerezooi van gemaakt in Afrika en in Griechenland zul je er weer een klerezooi van maken. Ik kom je | |
[pagina 146]
| |
niet te hulp, hoor je me, vetzak?’ Dat is geen diplomatieke taal, hè? Uiteindelijk hebben ze het bijgelegd en zoals gewoonlijk kreeg Hitler zijn zin. Een Griechenlandische operatie zou de invasie van Russland opgehouden hebben en die was veel belangrijker. Jugoslawien en Griechenland stonden later trouwens aan onze kant, dus... Baker: Nog iemand anders? Selbst: Franco. We zijn naar Biarritz gereden. Ik herinner me dat ik naar het casino ben geweest en een paar frankmarken gewonnen heb... Baker: En hoe was Franco? Wat bracht die mee? Selbst: Niks, nooit. Hooguit een priester of een zware verkoudheid. Baker: Geen presentjes? Selbst: Hij was niet zo gul. Een echte krentenkakker. Baker: U mocht Franco niet? Selbst: Absoluut niet. Ik heb Hitler beleefd voorgesteld om op zijn minst te overwegen Monaco of Le Mans als ontmoetingsplaats te kiezen als we Franco weer moesten ontmoeten. Op die manier zou ik in mijn vrije tijd ook wat kunnen racen. U weet wel, een beetje trainen voor het geval dat... Baker: Hebt u nog andere buitenlandse leiders ontmoet? Selbst: Ik kan me herinneren dat we in het voorjaar van 1942 een rit gemaakt hebben om de kersenbloesem in Unter Den Linden aan de ambassadeur van de Jappen te laten zien. Hitler probeerde de Jap over te halen. Hij zei: ‘Als u de Amerikaner aanvalt, zijn we volgens verdrag gehouden u te steunen en moeten we Amerika de oorlog verklaren. Maar we zijn op dit moment druk bezig in Russland en om eerlijk te zijn ziet mijn horoscoop er op dit moment niet gunstig uit. Ik verbreek nog liever ons verdrag dan dat ik het succes van mijn operaties in het oosten in gevaar breng. Begrijpt u wel? Dit is niet het juiste moment. We kunnen geen oorlog aan twee fronten voeren. De Engländer zijn geïsoleerd en dat wil ik zo houden. Ik heb ze in de tang met de blokkade van mijn U-boten en ik wil Amerika geen aanleiding geven hen te helpen of de Russländer te steunen.’ Nou, de Jap was daar niet gelukkig mee... heb hem trouwens nooit gemogen. Glimlachte als een slang... Baker: Oh ja, dat is waar ook. Der Führer heeft er een hels karwei aan gehad de Jappen zover te krijgen hun aanval op de Amerikanische Pacificvloot | |
[pagina 147]
| |
uit te stellen... Maar hoe kan het dat u dit gesprek gehoord hebt, dat was toch zeker... Selbst: Oh, Hitler had vergeten de glazen wand dicht te schuiven. Baker: Ik begrijp het... Selbst: Dus toen de Jappen uiteindelijk Sankt Francisco aanvielen, was dat een overweldigend succes en omdat ze hadden gewacht, schonk Hitler hun een geheim wapen om op Los Angeles te laten vallen, wat ook aanzienlijk geholpen heeft. De vuurstorm van Los Angeles, de verovering van Sankt Francisco, de vernietiging van de Amerikanische Pacificvloot bij Perlhaven, allemaal in dezelfde week. Daarmee werd de Englische hoop op Trans-Atlantische Hulp eigenlijk voorgoed de grond ingeboord en dat hadden ze zich moeten realiseren. Hitler was een kei van een strateeg. Wist zijn bondgenoten op één lijn te houden, hield vast aan de hoofdpunten van zijn aanvalsplan zonder daarvan af te wijken voor de Jappen, de macaronivreters of wie dan ook. Hij belazerde de hele kluit. Hij wist zijn vijanden te isoleren: Schakelde eerst de Amerikaner uit, daarna de Engländer en vervolgens de Ruskies. Dat maakte het voor de Jappen in de Pacific natuurlijk allemaal veel gemakkelijker, maar dat hadden ze aanvankelijk niet in de gaten... Baker: Is u veel ter ore gekomen over Des Führers Enigmaspiel? Selbst: Ik denk niet dat veel mensen van Enigma afwisten. Ik was chauffeur... Ik hield me niet bezig met geheimschrift. Maar achteraf gezien... ik denk dat er wel een paar aanwijzingen waren. Zo was ik een keer Der Stürmer aan het lezen toen Hitler vooroverleunde en vroeg of hij mijn krant even mocht inzien. Ik dacht dat hij zoals gewoonlijk de horoscooprubriek wilde lezen, maar nee, hij wilde de koppen zien, over de verliezen van onze U-Boten in de Atlantische Ozean. Hij zei - en ik kon hem heel goed verstaan - ‘Al die goede Duitse jongens dood... maar het is een noodzakelijk kwaad. Zonder hen zouden de Geallieerden denken dat wij niet weten wat zij weten...’ Natuurlijk begreep ik daar indertijd helemaal niets van. Pas achteraf heb ik gelezen dat hij de Geallieerden onze Enigma-marinecodes liet kraken, dat hij ze vol stopte met feitelijke informatie waardoor ze onze schepen tot zinken konden brengen, dat hij ze overtuigde door Duitse levens op te offeren... Baker: Met als doel hen tot de invasie van Normandie te verleiden... Zij dachten dat ze zijn codes lazen, terwijl hij hen feitelijk op het verkeerde been | |
[pagina 148]
| |
zette. Schitterende dubbelbluf was dat. En u hebt het voorrecht genoten het resultaat met eigen ogen te mogen aanschouwen. Hoe is dat zo gekomen? Selbst: Heel toevallig, eigenlijk. Ik had een paar jaar onafgebroken doorgewerkt. Hitler zei dat hij het zich gewoon niet kon veroorloven mij vrijaf te geven. Hij wist nooit wanneer hij me nodig zou kunnen hebben en hij was over geen enkele chauffeur zo tevreden als over mij. Plotseling, door het zware werk, de stress van die tijd, ik weet het niet...ik werd ziek, er deden zich complicaties voor. Mijn gezondheid liet me in de steek. Ik heb meer dan twee maanden niet gewerkt. Toen ik me weer meldde bij de Reichs-kanselarij, had Hitler aan een blik genoeg en zei: ‘Zoals je nu bent, zo bleek en vermoeid, heb ik niks aan je. Neem een maand rust en ontspan je. De komende tijd zal het uiterste vergen van ons allemaal. Je moet fit en gezond zijn. Selbst, dit is een bevel.’ Baker: Dus u werd onmiddellijk weggestuurd? Selbst: Ja. Hitler stond erop dat ik Berlin verliet, zoals die stad toen heette, en hij liet Himmler regelen dat ik naar een boerderij in Frankreich kon, een onderdeel van een SS-Vakantieverblijf in Normandie. Baker: Was u ervan op de hoogte dat de Geallieerden wisten dat hij u wegstuurde? Selbst: Helemaal niet. Baker: U werd feitelijk zelfs gevolgd, niet? Selbst: Dat klopt. Er was een Englische spion in de Reichskanselarij. Hitler wist dat er een spion was. Daarom heeft hij ervoor gekozen mij naar Normandie te sturen. Baker: Wat denkt u dat de redenering Des Führers geweest is? Selbst: Hij dacht natuurlijk dat de Geallieerden, als zij wisten dat Hitler zijn eigen chauffeur met vakantie naar Normandie stuurde, zouden denken dat hij niet kon weten dat ze juist daar hun invasie gepland hadden. Hij blufte. Hij wist het al de hele tijd. Baker: Dus u was eigenlijk een sleutelfiguur. Selbst: Oh... Dat zou ik niet durven zeggen... Baker: Maar zonder u zouden de Engländer hun plan misschien niet doorgezet hebben... Wat hebt u eigenlijk van de invasie gezien? Selbst: Meer dan me lief was, dat kan ik u wel vertellen... Ik had de gewoonte een wandeling over de kliffen te maken voor het ontbijt - die Normandische eieren, de boter, de croissants, die herinner ik me nog steeds. Ik denk dat mijn smaak erop vooruit was | |
[pagina 149]
| |
gegaan, omdat ik het advies had gekregen een tijdje te stoppen met roken. En onder het wandelen ademde ik de frisse Atlantische lucht met volle teugen in, want dat was goed voor mijn longen. In één twee drie, uit één twee drie, in... Op die bewuste ochtend liep ik naar de top van het klif en daar, op zee, net opdoemend uit de mist, waren ze, Englische schepen, honderden. En Englische vliegtuigen in de lucht. Baker: Wat deed u toen? Selbst: Ik rende terug het pad af naar de kuststelling van de artillerie om ze te waarschuwen. Ze zaten in hun bunker en droegen allemaal stalen helmen en donkere brillen. De officier zei dat ze al paraat waren en dat ik onmiddellijk dekking moest zoeken. Ik ging terug naar de boerderij en probeerde Berlin te bellen, maar ik kwam er niet doorheen. Toen ik de hoorn neerlegde, ging de telefoon. Ik herkende de stem meteen. Het was Adolf Hitler! Die belde mij! Vanuit Berlin! Ik vertelde hem meteen wat ik gezien had en hij zei dat ik rustig moest blijven, dat alles onder controle was. Toen vroeg hij: ‘Hoe laat is het - precies?’ Ik keek op mijn horloge en zei dat het zes uur negenentwintig in de ochtend was. Hij zei: Selbst, sta je bij een raam?’ Ik zei van niet en toen zei hij: ‘Mooi. Maar je moet alsjeblieft iets voor me doen, zonder vragen te stellen... Ik wil dat je onder de trap gaat liggen, met je rug naar de zee, doe je ogen dicht en hou je handen voor je gezicht. Je hebt maar een paar seconden. Je moet het nu doen, Selbst. Nu.’ Ik deed wat hij gezegd had. En net toen ik mijn gezicht bedekte, begon de aarde onder me te steigeren en hoorde ik vanaf zee een geweldige explosie. Zelfs door mijn oogleden heen kon ik de botjes in mijn vingers zien, zoals tegenwoordig op een röntgenfoto. Na de explosie werd de lucht weggezogen, een fantastische bulderende wind met wolken van stof, zand en as. Ik kon nauwelijks ademhalen. En toen was er die ongelooflijke stilte. Baker: En dat was het eerste dat u te weten kwam over de Zwaarwaterraketbom Des Führers? Selbst: Ja. Er waren wel geruchten geweest over het geheime wapen dat wij de Jappen gegeven hadden voor hun aanval op Amerika, maar we hadden geen idee wat dat was. Wij dachten dat het misschien een supersnel vliegtuig was of een nieuw kanon, een hittestraal misschien, of anders een ontwikkeling in de psychokinetische energie of het gedachten lezen - Der Führer was altijd gek op dat soort zaken. Maar zoiets als dit ging ons voorstellingsvermogen te boven. | |
[pagina 150]
| |
Baker: Het ironische was dat de Engländer sinds het midden van de jaren dertig over zowel de raket- als de zwaarwatertechnologie beschikten - een groot deel van ons werk berustte zelfs op Englische patenten. Ze zijn er alleen niet in geslaagd hun eigen uitvindingen te benutten. Selbst: Als u het zegt. Maar ik was er veel meer van onder de indruk dat Hitler op zo'n cruciaal moment, toen het lot van Europa aan een zijden draadje hing, de tijd genomen had mij te bellen, om te zorgen dat ik gezond bleef. Baker: Natuurlijk... natuurlijk... Wat gebeurde er toen? Selbst: Alle ramen van de boerderij waren weg. De deuren klapperden. Na een paar minuten ging ik naar buiten, de straat op. Er hing een vreemde afschuwelijke geur. Ozon. Jodium, en een brandlucht. Bomen waren omgewaaid en veel gebouwen van het dorp waren gewoon ingestort. Alles was met een wit poeder bedekt. Ik baande me een weg terug naar de top van de klif. De armada was weg. De zee stoomde, bruiste, stond op sommige plaatsen in brand en was bedekt met grijs schuim. Beneden op het strand kon ik onze manschappen zien, nog steeds met donkere brillen, die zich om de weinige tommy's bekommerden die de kust hadden weten te bereiken... Ze kermden, kronkelden in het zand. Verblind. Verbrand. Het was...ik had heel veel medelijden met ze... Baker: Wat konden onze manschappen nog voor de tommy's doen? Selbst: Ze schoten ze af... Dat was barmhartig. Baker: Wat voelt u nu als u daaraan terugdenkt? Selbst: Ik heb heel gemengde gevoelens. Ik vond dat de tommy's onze ras-bondgenoten hadden moeten zijn. Het idee om tegen ze te vechten stond me niet aan. Als die gangster van een Churchill er niet was geweest... Na de vernietiging van de invasievloot gaf Hitler de Engländer een week de tijd om na te denken over de kracht van onze Wonderwapens, daarna richtte hij zich tot hen via de radio. Hij verzocht hun dringend zich over te geven. Dat weigerden ze. Dus gaf Hitler de volgende dag het bevel een Zwaarwaterraketbom op Dover te laten vallen en een week later nog een op Portsmund. De Engländer smeekten om vrede. Baker: En Churchill vloog naar het voormalige Antwerpen om over de capitulatie te onderhandelen. Selbst: Ja. Baker: Was u daar bij? Hebt u Churchill met Dem Führer gezien? Hoe ging dat? Selbst: Het ging allemaal in het diepste geheim. Ze vroegen | |
[pagina 151]
| |
me de auto naar Paris in Frankreich te rijden. Hitler, Himmler en Göring vlogen de volgende morgen over en er ronkte een escorte van gevechtsvliegtuigen boven de stad. Ik pikte hen op van Orly en bracht hen naar Versailles. Die avond, toen de spertijd was ingegaan, reden we Paris uit naar het noordwesten. We hadden een paar vrachtwagens met SS'ers bij ons en werden geëscorteerd door een aantal motorrijders. Na een tijdje passeerden we de oude grens en reden het voormalige Belgien binnen. Hitler en de anderen zaten natuurlijk allemaal achterin. Ze waren heel gespannen. Zeiden nauwelijks een woord. Uiteindelijk, vlak voor het ochtend werd, arriveerden we bij een klein burgervliegveld. We stapten uit en wachtten. Hoog in de lucht zaten gevechtsvliegtuigen, in de omtrek stonden manschappen van de SS en overal staken lopen van afweergeschut de lucht in. Toen hoorden we, en even later zagen we in de druilerige regen een tweemotorig vliegtuig. Het landde en taxiede naar ons toe. Tot mijn verwondering stond het embleem van de RAF op de vleugels en de romp. Het vliegtuig kwam tot stilstand en tot mijn stomme verbazing stapte de aartsgangster in eigen persoon uit: Winston Churchill. Hij zag er uit als een logge, kale orang-oetang, gekleed in een blauwe overal met zo'n smerige, rafelige sigaar tussen zijn vingers gekneld. Ik keek om me heen en besefte dat er geen camera's van het bioscoopjournaal aanwezig waren. Himmler zag dat ik om me heen keek en zei van opzij tegen me, zonder Churchill met zijn ogen los te laten: ‘Als zijn volk wist dat hij hier was, zouden ze hem geheid lynchen.’ Ik besefte natuurlijk dat zij besprekingen voerden over de voorwaarden van de Englische capitulatie. Baker: Wanneer was dat? Selbst: Ik was net terug uit Normandie. Zomer 1947. Baker: Ja, dat moet wel. De Engländer realiseerden zich dat er na de rampzalige landing in Normandie dat voorjaar geen hoop meer was om de oorlog voort te zetten. Selbst: Ik denk... Ik heb er op de Kanselarij met de SS-kolonel van de Inlichtingendienst over gesproken. Hij zei dat het kwam doordat Hitler erin geslaagd was de Amerikaner buiten de oorlog te houden. Baker: En wat is er toen met Churchill gebeurd? Selbst: Hij tekende de capitulatie en richtte zich vervolgens tot het Englische volk in een radiotoespraak. Toen hebben we hem gearresteerd. We wilden Churchill levend om hem terecht te laten | |
[pagina 152]
| |
staan wegens oorlogsmisdaden. We wisten dat de Englische legerleiding zou proberen onder het capitulatieverdrag uit te komen, dus terwijl hij nog bezig was met zijn radiotoespraak, werden onze troepen al gedropt of vanuit zee aan land gezet. Baker: U bent met Dem Führer meegeweest naar England, niet waar? Selbst: Ja. Het was een verschrikkelijke puinzooi aan de zuidkust van England na de aanvallen met de Zwaarwaterraketbommen, dus moesten we via Belgien en zetten we voet aan wal in Harwich [omgedoopt tot Harveik in 1954, Red.]. Ik vond het maar een smerig klein gat, hoewel het voor de oorlog waarschijnlijk een vriendelijk vakantieplaatsje was geweest. Ik reed Hitler van de kust helemaal naar London. Daar aangekomen voerden we de overwinningsparade aan. Wat een dag was dat! Ik, aan de verkeerde kant van de weg rijden! Langs de hele Weisshalle [ex-Whitehall. Red.] zwaaide de menigte met Union Jacks. De Englische Polizisten droegen hun puntige helmen en banden met het hakenkruis om hun arm en de Koninklijke Cavalerie vormde een erewacht voor ons. Eerst gingen we naar een receptie in Downing Strasse die Lloyd George, de nieuwe eerste minister, gaf. Daarna gingen we door naar het parlement om toe te zien op de installatie van Odilio Globocnik als nieuwe Reichsprotektor. Hij was net uit Polen overgevlogen, uit Zamosc - de Polnische modder zat nog aan zijn laarzen! Hitler was zeer verstoord geweest toen hij hoorde dat Churchill de Englische goudreserves naar Kanada had laten overbrengen en dat de leden van het koninklijk huis naar de Bermuda-Inseln hadden weten te ontkomen. Daardoor had hij geen andere keus dan de vorige koning terug te roepen. Toen we naar het Buckingheim Palast reden, waren König Edward en Frau Simpson nog maar net aangekomen uit Frankrijk. Ze waren heel zenuwachtig en leken vrij opgelucht ons te zien. Het eerste wat de König zei, was dat hij de familienaam weer zou veranderen, deze keer van Mountbatten in Battenberg, zoals die vroeger was, om de banden met Duitsland te benadrukken. Dit leek Hitler nogal te plezieren. Ik weet nog dat Hitler over de bagage van de König moest stappen om op het balkon te komen en de menigte te begroeten. En 's avonds reden we natuurlijk naar Ochsford [Oxford tot 1954. Red.] waar Hitler een Eredoctoraat ontving van de Universiteit. Mij verleenden ze ook een titel... Baker: Dus de verstandhouding tussen Dem Führer en König Edward was altijd hartelijk? | |
[pagina 153]
| |
Selbst: Voor zover ik weet wel ja. Maar toen Globocnik zijn lijst tevoorschijn haalde van politici die hij wilde interneren en de lijsten van Joden die hij wilde deporteren en de König vroeg die te ondertekenen, werd de stemming minder vriendelijk. Maar naar het schijnt kalmeerde de König toen hij zich realiseerde dat hij er zelf een paar namen aan toe mocht voegen. Baker: Hebt u in die tijd contact gehad met de Irländische leiders? Selbst: Zo ongeveer op onze tweede dag in England kwam General O'Duffy met een paar van zijn Blauwhemden opdagen en bood aan om tegen De Valera's Irländische Freistaat op te trekken. Baker: Hoe reageerde Hitler daarop, weet u dat nog? Selbst: Al op het eerste gezicht mocht ik O'Duffy niet, hij zag eruit als een dronkelap, een bullebak, zo'n luidruchtig type dat altijd ruzie zoekt in de kroeg. Ik geloof dat Hitler ook niet van hem onder de indruk was. Natuurlijk was Hitler bang dat Amerika op een dag Irland zou gebruiken om van daaruit een invasie van England te beginnen. Maar O'Duffy was te laat. Hitler had al een deal gesloten met De Valera. Hitler en De Valera konden het heel goed vinden, samen. Baker: En nog geen twee weken later werd Irland een Reichsprotektorat. Selbst: Ik hoopte dat ik Hitler naar Irland mocht rijden, maar... Baker: Hebt u Churchill trouwens nog teruggezien? Selbst: Ja, ik heb Hitler naar Churchills proces gereden. Dat wil zeggen, naar de veroordeling. We zaten in een speciaal vertrek met een doorkijkspiegel. Wij konden er doorheen kijken, maar niemand kon ons zien. Churchill was een dunne, kale, bleke, oude man. Een gekrookt riet, vond ik. En ik bleef me maar afvragen of dit nu alles was geweest wat de zuivering van de raciale ziel van Europa in de weg had gestaan... Het leek haast niet mogelijk dat die ene man... Maar aan de andere kant, als ik aan de wilskracht van onze Führer denk, moet ik toegeven dat één man inderdaad zo sterk kan zijn. Maar een ander was nog sterker. Hitler had Churchill verslagen. De overwinning ging naar de beste. De rechter beval Churchill op te staan. Hij zei: ‘Als u om genade vraagt en uw misdaden tegen het Vaterland en de volkeren van Europa toegeeft, zal het Reichs-kommissariat van Justitie zo clement mogelijk zijn. Geeft u uw misdaden toe en vraagt u om genade, Herr Churchill?’ Baker: Weet u nog wat Churchill heeft gezegd? Selbst: Nee, dat kan ik me niet echt herinneren. Churchill wankelde even een beetje... | |
[pagina 154]
| |
Baker: Hij zei: Nazi's, ik zeg u allen dat u op deze dag een weerzinwekkende daad pleegt. Een daad die echter niet weerzinwekkender is dan de vele daden die u al eerder in het geheim heeft gepleegd. Het doet mij genoegen uw aanbod te weigeren. Het doet mij nog meer genoegen u te zeggen dat u het verdient in de hel te branden. En het doet mij het allergrootste genoegen u dringend en oprecht te verzoeken, uit naam van alles wat respectabel is in de wereld, stront te eten en te sterven.’ Selbst: Oh ja. Nu weet ik het weer. De rechter was ziedend. Hitler zei niks. Baker: Dus Churchill was toch geen gekrookt riet zoals u dacht. Vindt u dat zijn straf rechtvaardig was? Selbst: Göring wilde hem voorgoed naar het godverlaten schiereiland van Hela verbannen. Himmler wilde dat hij zou worden opgehangen in een strop van pianosnaar. Goebbels wilde dat hij in het openbaar gecastreerd, opgehangen, ontdaan van zijn ingewanden en gevierendeeld zou worden en dat een film van het gebeuren in alle bioscopen zou worden vertoond. Typisch Goebbels. Maar Hitler drong erop aan dat we grootmoedig zouden zijn in onze zege, dat het 't vuurpeleton zou worden. Snel en humaan. Baker: Maar was de straf rechtvaardig? Selbst: Rechtvaardig? Deze man had geprobeerd de loop van de geschiedenis tegen te houden. Hij had rassenvervuilers en halfbloeden beschermd, had de kant gekozen van Untermenschen, Joden, Zigeuners, Kelten en Slaven, had zijn eigen Germaanse ras verraden, onze eigen Arische destinatie verloochend... Misschien stak zijn Amerikanische bastaardafkomst de kop op of misschien had de syfilis van zijn vader hem op een of andere manier aangetast... Ik kan niet ontkennen dat ik medelijden had met de man en dat ik zijn vechtlust zelfs bewonderde. Maar al met al was het een rechtvaardig vonnis, ja. Daar twijfel ik niet aan. Baker: Weet u waar zijn as uitgestrooid is? Selbst: In de Atlantische Ozean misschien. Dat zou passend zijn. Baker: Hoewel dit het einde betekende van de oorlog in Europa, ging de oorlog om Lebensraum in Eurazië nog door. Selbst: Ja. Ik bleef gedurende de hele Euraziatische oorlog in dienst als Hitlers chauffeur en in 1952, toen de strijdmacht van de Sovjets eindelijk ineenstortte, viel mij de eer te beurt Hitler naar Moskau te rijden, naar het proces van Josef Stalin en zijn communistische apen. | |
[pagina 155]
| |
Baker: Maar die oorlog betekende voor u een persoonlijke tragedie. Kunt u dat uitleggen? Selbst: Ja, weet u... Mijn vrouw en ik wilden aan een gezin beginnen, maar besloten dat een tijdje uit te stellen tot er meer zicht zou zijn op Vrede. Dat was een hele moeilijke beslissing voor ons, want mijn vrouw had een speciale postdoctorale opleiding in de Huisvrouwkunde gevolgd aan het Institut für die Deutsche Mädchen. Ze was ervoor opgeleid om kinderen te baren en op te voeden, snapt u, om een gezin te stichten. Dat was het enige wat ze wilde doen met haar leven. Dat was haar patriottische ambitie en ik was heel trots op haar. Maar zo'n twee jaar nadat de Engländer getracht hadden een invasie op Normandie uit te voeren, net nadat we een aanvraag ingediend hadden voor onze voortplantings-vergunning, riepen de artsen van de SS-Herrenklinik me op voor een speciaal consult. Ze zeiden dat ik blootgestaan had aan iets dat vrijgekomen was bij de ontploffing van de Zwaarwaterraketbom. Ze wisten nog niet zeker wat het nu precies was, maar een aantal van de soldaten die indertijd in Normandie gelegerd waren, had sindsdien afschuwelijk misvormde kinderen verwekt... zonder armen, benen of ogen... Ik herinnerde me dat ik na de raketbomaanval wekenlang veel had overgegeven en aan de dunne was geweest, maar ik dacht dat dat kwam door iets wat ik gegeten had... Ook viel mijn haar uit. Toen ze dat hoorden, zeiden ze dat het betekende dat ik ongetwijfeld besmet was. Ik was daar... kapot van. Mijn vrouw ook. Ze wilde heel graag een kind maken voor het Vaterland, maar hoe kon ik van haar verlangen een kind te baren dat misvormd zou kunnen zijn. Ik bedoel, we vochten een oorlog uit voor rasverbetering, om te voorkomen dat het Duitse volk zou verworden tot een gedegenereerd zootje. Het zou een vervuiling van het ras zijn geweest. Hoe kon ik, Hitlers persoonlijke chauffeur, dat doen...? Laten we zeggen dat het in raciaal opzicht niet hygiënisch was. Maar u kan zich wel voorstellen hoe moeilijk mijn vrouw het daarmee had. Ze was sterk en gezond. Ze wilde zo graag een kind. En ik had een goede baan. Ik was een van de eersten die een eigen Volkswagen kocht. Ik had een geweldig appartement in de buurt van Alexanderplatz - achtergelaten door joden die hadden besloten zich ergens in het oosten te vestigen. Onze families waren beide minstens vijf generaties raszuiver. Het was onze plicht een kind te krijgen, maar als het niet helemaal volmaakt zou zijn... Ik heb het er met Hitler over gehad en die heeft | |
[pagina 156]
| |
het er weer met Himmler over gehad, en ze toonden heel veel begrip. Ze regelden een afspraak voor me met Hitlers persoonlijke SS-Kolonel voor Runeninterpretatie. Hij bestudeerde de runen en raadde ons aan een kind te adopteren van de SS-Lebensbornorganisation. Baker: Wat gebeurde er toen? Selbst: We deden wat hij ons voorgesteld had. We adopteerden een jongen van tien, Heini genaamd, gegarandeerd van zuiver Noord-Europese afkomst. Hij zat al bij de Hitlerwelpen. Op zijn veertiende werd hij lid van de Hitlerjeugd. Hij was blond, had blauwe ogen en de lichaamsbouw van een volmaakte Ariër. Hij was in alle opzichten een model Duitse jongeling en al spoedig verdiende hij zijn SS-dolk. We waren zo blij met hem. Op zijn zeventiende werd hij opgeroepen voor de Euraziatische oorlog. Hij nam deel aan een patrouille langs de Uralischer Grens, in District 351, toen zijn eenheid in een hinderlaag gelokt werd door een bende joodse communisten. Hij sneuvelde. Hitler nam me speciaal apart om te vertellen dat deze ongeprovoceerde daad van agressie de Untermenschen-partizanen die er verantwoordelijk voor waren geweest, duur was komen te staan. Zijn commandant leidde persoonlijk een Sonderaktion naar het dorp waar de partizanen zich verschanst hadden. Ze werden uitgeroeid als ongedierte. Dat was raciale hygiëne. Maar daarmee kregen wij onze Heini niet terug. Mijn vrouw was diep bedroefd. Ze kon het niet aan. Ze werd zwaar depressief, nam slaappillen, wat ik ook probeerde...Ik kon niets voor haar doen. Baker: Wat gebeurde er toen? Selbst: Na een paar maanden was onze huisarts natuurlijk verplicht de autoriteiten te melden dat ze labiel was. Op een avond kwamen ze haar halen. SS-artsen brachten haar naar een Revalidatiecentrum ergens in Polen. Ze zeiden dat een Speciale Behandeling van een aantal weken - zware lichamelijke arbeid in de buitenlucht - haar er weer snel bovenop zou helpen. Ze stuurde me een kaart om te zeggen dat ze goed aangekomen was. Dat is het laatste wat ik van haar heb gehoord. Enige weken later kreeg ik een brief van de leiding waarin stond dat ze longontsteking opgelopen had... dat ze gestorven was... Binnen een paar maanden was ik mijn vrouw en mijn kind verloren. Ik had het gevoel dat mijn werk het enige was dat ik nog had. Baker: Dus u had persoonlijke redenen om een verzoek in te dienen de executie van Stalin te mogen bijwonen? | |
[pagina 157]
| |
Selbst: Dat klopt. Weet u, ik dacht dat ik van een vorm van wraak zou genieten. Ze stopten hem in een kooi en voerden hem mee in een optocht door Moskau. Vervolgens sloegen ze hem dood met ijzeren staven. Ik heb nooit iemand zo horen krijsen. Nooit gedacht dat er zoveel bloed in een lichaam zat. Ik kon niet begrijpen hoe iemand die zo... in elkaar geramd, kapot geslagen is, toch nog zo lang in leven blijft... Ze lieten hem buiten liggen en hielden meer dan drie dagen de wacht bij hem, tot hij stierf. Drie dagen... Daarna werd het lijk tentoongesteld op het Rode Plein [omgedoopt tot Adolf Hitler Platz in 1953. Red.] Hoe graag ik Stalin ook dood wilde, deze daad van raciale hygiëne leverde me geen voldoening op. Het was niet bevredigend voor me. Ik vond zijn einde barbaars, vond dat wij ons ermee verlaagden en onze waardigheid als Duitsers ermee ondergroeven en dat heb ik Hitler ook gezegd toen ik terugkwam. Hitler stak zijn arm door de mijne en liep samen met mij naar het balkon van het Arendsnest in Berchtesgaden. Ik weet nog dat het koud was, de lucht was fris en helder, de hemel bleek-blauw. We konden kilometers ver in de rondte kijken. Hitler keek me diep in de ogen en zei: ‘Je verlies is groot, Selbst, dus ik moet je woorden serieus nemen. Ik ben het met je eens. Het was barbaars. Maar we hebben te maken met barbaren. Deze behandeling is de enige die ze begrijpen. Hiermee stellen we een voorbeeld. We moeten nu wreed zijn om later mild te kunnen zijn.’ Dat mag dan wel zo zijn, maar ik kreeg er mijn Heini of mijn lieve Greta nog steeds niet mee terug... Maar... ik ben blij dat Europa nu een eenheid vormt, raszuiver is en dat er vrede heerst. Niet zomaar vrede, maar een solide Duitse vrede. Ik heb alles gedaan wat in mijn vermogen lag om Den Führer en mijn volk te helpen en ik denk dat men dat altijd gewaardeerd heeft. Ik kreeg een uitnodiging voor de uitvaart Des Führers afgelopen jaar, maar zoals u ziet was ik te ziek om die bij te wonen. Dankzij de Partij heb ik de beste medische zorg gehad. Ik mag niet klagen. Maar eerlijk gezegd denk ik niet dat ik ver achter Hitler bij de poorten van Walhalla zal aankomen. Omdat ik hier zolang zijn auto heb bestuurd, laten ze me misschien daar ook wel zijn strijdwagen besturen. Heinrich Selbst is vroeg in de ochtend van 1 mei 1997 overleden in het Sankt Georg SS-Veteranentehuis te Bad Harrogate in England. Zijn stoffelijk overschot werd op kosten van de staat van Elughaven Gatveik overgevlogen naar | |
[pagina 158]
| |
Germania. De rouwplechtigheid vond plaats in het König Edward VII Krematorium in Charlottenburg. De Partij heeft een Lagere Staatsbegrafenis aangeboden (vierde klasse), maar de jongere zus van Selbst, zijn enig overgebleven familielid, heeft het aanbod afgeslagen en accepteerde slechts met grote weerzin een rouwkrans van De Partij. De as van Selbst is in haar bezit, hoewel er een SS-erenis voor hem is gereserveerd in de Hal van de Gevallen Duitse Held in Hermann Gönngstadt. |
|