De Tweede Ronde. Jaargang 18(1997)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 44] [p. 44] Nederlandse poëzie [pagina 45] [p. 45] Vier gedichten Bernd Bevers Op weg 's Nachts in treinen of bussen door onbekende steden reizen, zien dat vrede overal dezelfde is: dagdroom van winkelbedienden. Europa: duurzaam terrein van eeuwen leugens en handel. Wij willen niet weten wat waar is, wat geweest, insekten slaan stuk op de ramen, het zicht vermindert. Wij slapen, kreunend, in imitatieleer, bij elke schok verspringt de kleur van onze uitgeputte dromen. Paniek of de wind zwaait kettingen van licht door passerende straten, in de regen staan enkelingen, wachtend om over te steken. Laten we op deze dag slaan als op een trom, de doffe klank is ons vertrouwd, nu de herfst komt, de laatste grasmaaiers ratelen, spinnen door de maan borduren, zwermen donkere vogels achter in de spiegel door het raam zwenken en verdwijnen. We zwaaien wel terug met slaapdronken handen, handen die uit onze ogen groeien, handen die gebaren ook wij redden het niet. [pagina 46] [p. 46] Het uitzicht is bekend en stelt gerust: geleefde tafel, stoelen, sigaret, een boog van coniferen rond de horizon gezet, een aantal jaren met vertrouwd gezicht waarin zij nog wat willen blijven. Zij hebben vuur, het wiel, elkaar, de wind die door de haren gaat, een eeuw van ontbering als geschiedenis en televisie in zes vreemde talen. Zij wachten op wat hun wordt voorgelegd bij wijze van gesprek: de uitkomst van een laatste test, regen die is aangezegd. In een trein als een ruimteschip jagen we door het landschap dat dof en gesloten voor zich uit kijkt. Het seizoen is jong; zwanen staan bevuild in de weilanden, als kleine mismaakte gedaantes van engelen, eenzame spookbeelden van deernis en rouw. We zijn op weg naar iemand die scheuren in levens met woorden en kalme gebaren herstelt. In een regen die al eeuwen valt zeg jij dat het helpt. Vorige Volgende