De Tweede Ronde. Jaargang 17
(1996)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 36]
| |
Drie gedichtenGa naar voetnoot*
| |
[pagina 37]
| |
*
Het brokkelgebit
van een stadssilhouet
kauwt op een laatste strootje licht.
Weer schuift een hart
zijn lege plekken
door het landschap,
een orgelboek
van kleine graven
behoedzaam op muziek gezet:
dit zeldzaam wit
van halskruid hier,
het verder wuiven
van de zegge.
| |
MandelstamOp jaarringen
in de aardas geslagen
staat een huis
bestemd met de menselijke maat.
Buiten spoelt de branding witregels aan
en warm paardengesnuif.
Het zeil van een eik
bolt zwart in het tegenlicht.
En binnen, op de geur van bottende rogge,
snijdt een vrouw de schijven brood
uit haar herinnering
en dekt de tafel met de gaven:
verbitterd zout, schaafsel van steenvrucht,
een weckglas met de smaak
van verduisterde bramen.
|
|