De Tweede Ronde. Jaargang 16(1995)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 64] [p. 64] Twee gedichten Frans Kuipers Om alleen te zijn Zeegeruis zeegeruis zeegeruis. Om houtblokken te gooien op het vuur, batavieren-teevee, tot 's avonds laat. Kwam naar hier, zal altijd naar plekken als deze komen. Om wateren wouden karresporen. Vliegende kraaien boven de oude droomdomeinen. Als de distel het dorste ritselt, de paden verlaten zijn. Om te lezen in het oeuvre van wind, sneeuw en ijs. [pagina 65] [p. 65] KWAM KOUDE, grauwe zeedag. Kwam wijdwaddendag. Kwam winddag op duindag. Kwam nooit-diep-genoeg-geïnhaleerde-blauwe-hemel-dag. Kwam de verlaten-zwarte-modderpaden-dag. (O het eroties zuigen van modder mother moeder aarde aan je laarzen.) Geen (ik had gehoopt op een) sneeuwdag. Wel mooie mistdagen met misthoorns. Heldere waterdrupdagen in de roestige ton! Rustige stapelwolkdagen onder de kale berk! Kwam zwarte ik-kan-het-toch-niet-monster-dag. Tussen de vele beesten van de vrije wijdte het enig kniesoor te zijn in wie de leegte hengsels heeft. Kwam grote, zonovergoten klaarwaterdag en kwam 's nachts, in de slaapzak wakkerliggend, halfzuster van het visioen, kleindochter van de openbaring, nogmaals: grote, zonovergoten klaarwaterdag. Dagen van kijken en zwijgen. Oude koning Eenvouds dagen. Dagen van zwijgen en zien. Vorige Volgende